29 Juli 1935 184. Zooals reeds door Spreker gezegd is, verzocht de Wethouder een blanco crediet, en tot een verhoogde crediet-aanvrage is het niet gekomen. Wethouder van Klooster zegt dat hij toen permissie heeft gevraagd, om het werk af te maken, De heer Grootewal wil even opmerken dat de Wethouder toen heeft gezegd dat een en ander meer geld zou kosten. Het crediet bleek echter later voldoende te zijn, zoodat nieuw crediet niet noodig was. Wethouder van Klooster, die eveneens zegt dat het crediet voldoende is gebleken, brengt in herinnering, dat hij destijds op het werk kwam, en dat de opzichter hem mededeelde, dat er een rioolbuis stuk was. Spreker heeft toen opdracht gegeven dat alle buizen werden nagezien, daar er meer stuk konden zijn. Een en ander zou wellicht het gevolg kunnen zijn van langdurig wal sen en het aanbrengen van de buizen te hoog in den grond. De heer Gasille meent dat er verkeerd materiaal was aange schaft Wethouder van Klooster zegt dat de buizen veel te hoog za ten en dat deze door het walsen kapot zijn gegaan. De heer Mulder zegt dat hem verteld is dat de Wethouder dit al lang wist, doch er niet over gesproken heeft. Wethouder van Klooster zegt dat hij niet zoo onnoozel zou zijn geweest om dat onder zich te houden. Spreker wist wel dat er ruw werk verricht werd, doch van de rioleering, als door den heer Mulder bedoeld, heeft Spreker vóór dien tijd niets geweten. De heer Mulder zegt dat Arie Vos het allang wist en dat Vos het eerder aan den Wethouder heeft medegedeeld. Wethouder van Klooster zegt dat Arie Vos hem alleen mede gedeeld heeft dat ruw werk werd verricht. De heer Mulder, die er op wijst wat A.Vos hem heeft ge zegd, vraagt of B. en W. zich kunnen vereenigen met het rapport dd. 20 Juli 19J4, en met de daarin voorkomende conclusies. De Voorzitter brengt in herinnering dat hij reeds in de vorige vergadering heeft gezegd, dat B. en W. im groszen ganzen deze conclusies kunnen onaerschrijven. Spreker zegt dat omtrent de uitvoering van het werk verschillende perioden waren. Aan vankelijk geschiedde de uitvoering als object voor de werkver schaffing, daarnawerd het verdere werk uitbesteed aan den heer Belt, en vervolgens werd het werk afgemaakt door de firma Keij. Het gaat dus nu om het leggen van de gresbuizen, welke werkzaam heden werden verricht door Belt. Spreker wil even opmerken, dat B. en W. en de Technisch Ambtenaar van Openbare Werken zich met hand en tand hebben verzet om het werk aan Belt te gunnen, maar de Commissie Openbare Werken en de leden van den Raad wil den anders, en jammer genoeg is het met Belt misgeloopen. Spre ker zegt nogmaals, dat B. en W- zich in groote lijnen met het rapport kunnen vereenigen. De heer Gasille wijst er op dat hij reeds in de vorige ver gadering heeft te kennen gegeven dat het jammer is, dat de we genaanleg op het Hart tegelijk met het natuurbad werd uitge voerd. Beide objecten hebben daar onder geleden en de werkzaam heden zijn daardoor minder doeltreffend geweest. Spreker zegt voorts dat het werken van de arbeiders treurig is geweest; zij stonden te praten en deden niet veel werk. Daarna heeft men de gesohiedenis met Belt gekregen. Na aanbesteding bleek dat de rioleering veel te hoog werd gelegd. Waarom heeft de Wethouder geen

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 368