29 Juli 1935 195- welke voor dezen van belang zijn. De Voorzitter zegt dat deze gegevens bij B. en Vingele verd dienen te worden, die dan voor doorzending aan den Direc teur zullen zorgdragen. De heer Mulder verzoekt aan punt 6 nog toe te voegen de mededeeling van B. en W. dat geen sabotage, als waarvan gerept wordt in het rapport der deskundigen, heeft plaats gehad door de arbeiders. Er zijn menschen, die geen blaam hebben verdiend, haar Sprekers meening weten de heeren de Boer en Koornwinder wel wat meer van de plaatsing van teekens op de afscheidingen. De heer Stroband zegt naar aanleiding van het gesprokene door den heer Grootewal, dat het gewenscht is dat de Directeur gesteund wordt in zijn positie, zoodat een voorstel van B. en W. wenschelijk is om de tijdelijke benoeming te verkorten en de benoeming voor vast te doen zijn. Een vaste aanstelling is noo- dig om den Directeur te steunen in de belangrijke opdracht in zake reorganisatie, welke opdracht hij met volle overtuiging dient uit te werken. De Voorzitter vraagt zich af of het nu op dit oogenblik wel het psychologisch-juiste moment is om een vaste benoeming naai voren te brengen. Wanneer een stervende Baad een dusdanig besluit neemt, is dat wel zeer bindend voor den nieuwen Baad. Spreker zegt 'geen bezwaar te hebben, wanneer de Baad geen be zwaar heeft, doch hij heeft gemeend hierop even de aandacht te moeten vestigen. De heer Grootewal meent dat de thans zitting hebbende Baad het beste kan oordeelen over de verschillende omstandigheden. Spreker wil den nieuwen Raad behoeden voor een beslissing en Spreker acht het in het belang der gemeente dat de oude Raad de beslissing neemt. De Voorzitter zegt dat B. en W. deze aangelegenheid zullen overwegen en prae-advies zullen uitbrengen. De door B. en W. voorgestelde conclusies worden hierna zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met aanteekening dat de heeren Mulder en Rooder geacht wenschen te worden te hebben tegengestemd. Laatstgenoemde deelt nog mede dat hij tegen is, omdat de beschuldigden aan den verkeerden kant staan. COMPTABILITEIT. WEGER (4e Afd. Ros.3245 en 21/392). Alsnu brengt de Voorzitter in behandeling het in de vorige vergadering aangehouden voorstel tot overschrijving van het restant-crediet van 19)4 naar 1935 en verhooging van het ere- diet voor de verbetering van den weg Soest-Soesterberg. De heer Grootewal wijst op het rapport, uitgebracht door Ir.Groote. hetwelk zoo straks door den Voorzitter is voorgele zen. De eindafrekening is naar Sprekers oordeel goed opgelost. Verder onderzoek zou absoluut in het nadeel der gemeente zijn. Bovendien gaat de Commissie Openbare 'Werken ermede accoord dat achteraf geen wijzigingen meer zullen plaats hebben. De heer Mulder kan zich niet met een en ander vereenigen. De heer van Duren vraagt zich af welke bezwaren er nu zijn om het crediet goed te keuren. De heer Gasille wil eerst alle stukken inzien. De Voorzitter zegt dat de begrootingswijziging met de daarbij behoorende toelichting ter visie heeft gelegen, en reeds door de Pinancieele Commissie vóór de vorige raadsverga dering is behandeld. De heer Grootewal betoogt nogmaals dat thans de voordee- ligste

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 390