29 Juli 19^5 196.
ligste wijze van afwerking dezer zaak gevolgd is.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel van
B. en Vvaangenomen, en het desbetreffend besluit tot begroo-
tingswijziging vastgesteld, met aanteekening dat de heeren Ga-
sille en Mulder geacht wenschen te worden te hebben tegenge
stemd
De heer Mulder zegt dat hij zich niet bij deze beslissing
zal neerleggen.
Wethouder van Klooster zegt dat dit hem een genoegen zal
doen.
124. PERSONEEL (4e AfdNo.4052).
Behandeling van het voorstel der raadsleden Nooder en de
Nies inzake intrekking erediet voor honoreering van den contro
leerend ambtenaar, met prae-advies van B. en W.
B. en W. deelen mede dat de redenen, welke tot de instel
ling der functie van controleerend ambtenaar hebben geleid,
waartoe door den Raad bij de behandeling der gemeentebegrooting
1954 werd besloten, nog ongewijzigd bestaan* Voor een goede af
doening van zaken, waarbij het belang der gemeente ten zeerste
is betrokken, kunnen de diensten van een controleerend ambte
naar niet worden gemist. Tevens is handhaving der functie in
verband met van hoogerhand gegeven voorschriften vereischt.
Een en ander geeft B. en W. aanleiding te adviseeren om afwij
zend te beschikken op bovenvermeld voorstel van de heeren Noo-
der en de Nies.
De heer Nooder zegt dat het prae-advies van B. en W. geen
antwoord geeft op het voorstel. Zooals Spreker reeds eerder
heeft te kennen gegeven, dreigt een tak van dienst aan het oog
van B. en W. te ontglippen. De heer de Nies en Spreker kunnen
zich niet vereenigen met den aangewezen persoon voor contröle-
werkzaamheden, en er moet voor gezorgd worden, dat deze persoon
niet automatisch een vaste aanstelling verkrijgt. De Raad heeft
over de tijdelijke aanwijzing wel geen zeggenschap, doch de
Raad kan hierop wel invloed uitoefenen door het erediet in te
houden. Spreker vraagt zich af, welke oorzaken toch bij B. en
W. ten grondslag liggen om dezen persoon, die aanvankelijk ont
slag gevraagd had, weer te herbenoemen. Spreker, die meent dat
deze functie niet is gegeven in handen van den juisten persoon,
wijst op de ontoelaatbare uitlatingen over B. en W. en den Secre
taris, van dezen persoon.
De Voorzitter zegt dat het voorstel van de heeren Nooder
en de Nies hierop neerkomt, dat ten behoeve van een persoon,
die door B. en W. in tijdelijken dienst wordt aangesteld, geen
erediet meer wordt toegestaan. Spreker, die dit onjuist vindt,
zegt dat deze benoeming heeft plaats gehad geheel in overeen
stemming met het advies der Commissie Werkverschaffing en
Steunverleening. B. en W. hebben nadrukkelijk verklaard, dat
deze ambtenaar alleen oontrölewerk zou verrichten, waarmede de
Commissie accoord ging. De Raad dient geen erediet te weigeren
voor een persoon, die door B. en W» aangewezen wordt en die
een of ander lid van den Raad niet welgevallig is.
De heer de Nies zegt dat hij ernstige bezwaren naar voren
heeft gebracht omtrent de uitlatingen, welke door den functio
naris zijn gedaan. Deze heeft zich op ongepaste wijze uitgela
ten over den Burgemeester, de Wethouders en den Secretaris. In
de Pinancieele Commissie heeft Spreker deze zaak ook besproken
en den heer Batenburg zijn die uitlatingen ook niet vreemd.
Volgens dezen functionaris deugde er ten Raadhuize geen snars,
behalve