55* 29 Juli 1935 205- 7e van dit besluit, inmiddels in eigendom is overgegaan aan G.van Bloemendal, wonende te Soest, die bereid is het be doelde gedeelte onder de in het besluit genoemde voorwaar den aan de gemeente in eigendom over te dragen. 2. het in schenking aanvaarden van A.Brugman, wonende te Soest, van een strook grond ter grootte van ongeveer 110 M2 van het aan den Eigendomweg gelegen perceel G.no.2169. 3. het in schenking aanvaarden van^M.Hornsveld en J.J.van Scha dewijk van een strook gronds vóór het perceel B.Grothestraat 4. het verkoopen aan Joh. van Geijtenbeek te Soest, van een aan den Pelikaanweg gelegen stuk gronds, groot ongeveer 390 M2 kadastraal bekend in sectie H.no.5492 ged. voor den prijs van /.2,= per M2 onder de bepalingen vermeld in het ontwerp besluit 5» het verkoopen aan makelaar P.Man te Soest van een aan den Pelikaanweg gelegen stuk gronds, groot ongeveer 1116 M2 ka dastraal bekend in sectie H.no.5492 ged. voor den prijs van f'2t~ per M2 onder de bepalingen, vermeld in het ontwerp besluit De heer Gasille vraagt met betrekking tot het besluit sub c. of de daaruit voortvloeiende kosten niet te hoog zijn. De Voorzitter geeft hierop een ontkennend antwoord. De besluiten sub tot en met c_ worden hierna zonder hoof delijke stemming vastgesteld. De heer Mulder zegt tegen de besluiten d en e te zijn, en wel op dezelfde gronden als Gedeputeerde StaTen. ÏÏij aanneming zou een besluit genomen worden in strijd met een goedgekeurd verkavelingsplan. Bovendien moet men rekening houden met ande re belanghebbenden. De Voorzitter zegt dat bedoeld plan niet goedgekeurd is, doch dat het slechts een leidraad is. Met aanteekening dat de heer Mulder tegen is, worden hier na de besluiten sub d_ en e_ zonder hoofdelijke stemming vastge steld 137. BOUWPOLITIE. (1e Afd. ho.2/316). Adres van A.J. Hoest, verzoekende intrekking van de'inde verga dering van 28 Juni j.1. genomen beslissing op zijn beroep schrift tegen een besluit van B. en W. inzake aanhouding van de beslissing op zijn bouwaanvrage, en hem alsnog bouwvergunning te verleenen. B. en W. deelen in hun schrijven dd. 24 Juli 1935, Do. 2/316 mede, dat de aanhouding van bedoelde beslissing uitslui tend is gegrond op wettelijke voorschriften» Mitsdien zal, zoo lang het uitbreidingsplan met de daarbij behoorende schadever goedingsverordening niet is vastgesteld, geen vergoeding van de schade, welke adressant door de genomen beslissingen meent te ondervinden, kunnen worden verleend. In verband met een en an der stellen B. en W. voor niet terug te komen op de beslissing van den Raad dd. 28 Juni j.1. De heer hooder wijst er op dat de betrokkene een vergun ning wenscht voor uitbreiding van zijn veestalling, welke uit breiding noodzakelijk is. ïhans kan hij zijn bedrijf niet uit breiden. Spreker vraagt of niet aan de wenschen van den aanvra ger kan worden tegemoet gekomen. De Voorzitter zegt dat het verzoek van Roest thans niet voor inwilliging vatbaar is, doch dat deze zaak bekeken kan worden bij de vaststelling van het ontwerp-uitbreidingsplan. De

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 410