31 Juli 1936 132. van B,en W. aan het andere onderdeel vastzit. Thans ligt voor de leden het rapport van den Directeur en daarnevens het antwoord van B.en W. Spreker meent dat punt a. wel uitgeschakeld kan worden, doch dat de overige punten hij el kander bekeken moeten worden. Allereerst wijst Spreker er dan op dat een Di recteur is benoemd als eerste begin van de reorganisatie, Spreker heeft reeds hij de behandeling van twee begrootingen gezegd, dat een reorganisatie noodig was, en het was steeds Sprekers bedoeling aan te dringen op de omzetting van Gemeentewerken in een adviseerend technisch bedrijf, Spreker wilde daarbij geen menschen ontslaan, doch hij wilde om cournier ieele redenen een reorganisatie. Spreker, die wel dacht dat geen bezuiniging zou zijn te bereiken, is ook nu overtuigd, dat geen bezuiniging te verkrijgen is, zelfs ook niet na kennisne ming van het antwoord van B.en W. Om de zaak gezond te maken, moet men het ad vies van den Directeur aanvaarden, of wanneer men het er niet mee eens is, ver werpen. Met behandeling in onderdeel en kan Spreker zich niet vereenigen. Spre ker wijst er vervolgens op, dat geen der leden van het College van B,en W. be schikt over de noodige capaciteiten om een oordeel over deze zaak te kunnen vellen. Spreker is vo'o'r aanvaarding van het voorstel van den Directeur. Bij dezen, die ingenieur is en beschikt over diploma's, moet men zijn oor te luis teren leggen. Men moet zich op het standpunt stellen dat men behoort af te gaan op het hoofd van dienst. De Voorzitter zegt dat het om de discussies eenvoudig te houden, gewenscht is de zaak in onderdeelen te behandelen. Bij elk onderdeel kunnen toch immers algemeene beschouwingen worden gehouden. De heer Thijssen merkt op dat bij den Secretaris nog in studie is een ontwerp regeling betreffende de boekhouding en dat den Raad eerlang nadere voorstellen dienaangaande zullen bereiken. Spreker gaat er meer accoord om voorloopig het Gasbedrijf niet bij Gemeentewerken onder te brengen. In het rapport van den Directeur komen twee merkwaardige feiten voor, en wel aller eerst, dat de Directeur niet spreekt over een reorganisatie van het bedrijf, doch van een organisatie. Het rapport is door den Directeur opgemaakt op verzoek van den Wethouder van Gemeentewerken en den Secretaris namens B.en Het is, naar uit de inleiding is op te maken, samengesteld, zooals de feiten zich hebben voorgedaan. Het rapport van den Directeur is een blijvend stuk werk. Dit rapport is echter niet het oorspronkelijke rapport. Het komt Spreker noo dig voor dat de Raad ook kennis kan nemen van het oorspronkelijke rapport, dat niet in het gedrang mag raken. Er zijn merkwaardige zaken bij Gemeentewerken, zooals de heer Nooder in de vorige vergadering heeft gezegd, en waaraan aan dacht dient te worden besteed. Spreker is er voor om niet op alle punten "ja" te zeggen. De Voorzitter meent dat de behandeling over vaste punten gaat, en dat de kwesties van het personeel bij punt e_, uitvoerig behandeld kunnen worden. Bij dit punt begint de eigenlijke personeelsformatie. Hierna worden nogmaals de punten a,. en b,. conform hiervoor vermeld, aangenomen, nadat de heer Stroband verzocht heeft vast te leggen dat punt b.. afhankelijk is van punt c De Voorzitter wil hierna wederom punt c, in behandeling brengen. De heer van de Ven is absoluut tegen al die punten. Spreker, die wantrouwen heeft tegen de wijze, waarop deze geheele zaak wordt behandeld, wijst er op, dat er geen voldoende tijd is geweest om de voorstellen en rapporten te bestu- deeren. Voorts zijn geen cijfers gegeven door B.en W. De heer Hilhorst is het met den heer van de Ven eens. De heer Endendijk acht het niet juist om, zooals de heer ïïooder dat wenscht, het rapport van den Directeur zoo maar te aanvaarden. Men kan zeer goed een andere meening hebben. Verder wijst Spreker er op dat de Directeur zich vol gens het rapport bemoeid heeft met dingen, waarmede hij niets te maken heeft, n.I

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1936 | | pagina 264