30 September 1936 145- die uiting gaf, moest geven van Haar geluk, omdat Haar Kind Haar geluk heeft gevonden Wij hebben geluisterd naar de van vreugde juichende stem van de gelukki ge jonge vrouw, die Hc~ar geluk heeft gevonden, heeft gevonden Hem, die Haar aal zijn een steun in dit leven, Hem, die Haar wil geven Zijn groote liefde, Zijn gansche hart, Zijn onverbrekelijke trouw. Nur wo die Liebe blüht, da reift die wahre Treue. Dit hoorden wij uit de stem van den jongen man, den Prins, die juichend en stralend naast zijn Prin ses ging, die tegenover het gansche volk de belofte van ware trouw, gerijpt uit zijn bloeiende liefde, heeft afgelegd. Welkom hebben wij gezegd, van gan- scher harte welkom, gij, Prins, die onze Prinses gelukkig maakt. Is er ooit aan een vreemdeling na zijn woorden en bij zijn beminnelijke verschijning een warmer welkom geheeten dan aan Prins Bernhard van Lippe Biesterfeld. Eén laaiende golf van het grootste, warmste enthousiasme steeg op uit het hart van het Nederlandsche volk. Dat anders flegmatieke volk was warm ge worden. Het moest uiting geven aan zijn vreugde, cordons werden verbroken. Kan het ook eigenlijk wel anders? Wij zagen toch aan de stralende gezichten van het jonge Vorstelijke Paar het groote geluk dat hen verwarmde, doorstraalde. Het geluk van onze Prinses is ons geluk! Zagen wij niet het gelukkige gezicht van de gelukkige Koninklijke Moeder? Oranje is gelukkig en dan is het Neder- landsche volk ook gelukkig. Oranje, in onderdrukking één geworden met het Nederlandsche volk. Deze eenheid, bezegeld met het bloed van den eersten Oranjevorst en in stervens nood opgedragen aan God, deze eenheid is onverbreekbaar. Door de heele Vader- landsche geschiedenis heen, in tijden van voorspoed en van tegenspoed, is die onverbrekelijke eenheid gebleven. Oranje is nu gelukkig en dan moet - het kan niet anders - het Nederlandsche volk uiting geven ook aan zijn geluk. De band van het Volk met Oranje in God is onschendbaar. Geen schendende hand kan die band verbreken. Nooit en te nimmer. Zooals hij door den dood van Oranje is bezegeld kan hij ook alleen door den dood worden losgemaakt. De feestklanken zijn weggestorven; de vele en velerlei soort woorden zijn weggevlogen, alles is heengegleden in den alles verslindenden tijd en tijde lijkheid. Achter blijft, na blijft trillen de diep in het hart van het Neder- landsche volk zoowel als in het hart van Oranje gewortelde dankbare herinne ring aan innigen samenhang. Nederland en Oranje zijn onscheidbaar. Volk en Vorst! Den Vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood." NOTULEN Vaststelling van de notulen der vergadering dd. 31 Juli 1936. De heer Thijssen zegt dat op de laatste bladzijde dezer notulen iets niet geheel juist geformuleerd is. Op regel 14 van boven behooren de woorden 'moet er derhalve ook een advies-commissie zijn" te worden vervangen door de woor den "waarom is er derhalve geen advies-commissie". Spreker verzoekt mitsdien aanbrenging dezer wijziging. De Voorzitter verzoekt d_n heer Thijssen in den vervolge eventueele op merkingen van tevoren schriftelijk in te zenden, zulks overeenkomstig het be paalde in het Reglement van Orde. Spreker kan thans niet beocrdeelen of de door den heer Thijssen gewenschte wijziging wel juist is. De heer Thijssen zegt er ook voor te zijn dat aan de bepalingen van het Reglement de hand wordt gehouden, zoodot hij met de opmerking van den Voor zitter rekening zal houden. Zender hoofdelijke stemming worden de notulen hierna vastgesteld met aan brenging van de door den heer Thijssen verlangde wijziging. INGEKOMEN STUKKEN. De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen; a. Exploitatierekening van de Stichting tot beheer van het Soester natuurbad (no.273).

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1936 | | pagina 290