9 December 1936 233.
geven den man leed te besparen. Een ieder kan feuten maken en daarom moet men
hem gelegenheid geven zijn fouten te herstellen. Spreker adviseert dus den
betrokkene een half jaar als proeftijd een functie te laten vervullen.
De heer Hilhorst wijst er op dat Vos 17 jo.ar lang goed heeft gewerkt, en
dat hij destijds, toen een kwestie aanhangig was, door de Rechtbank is vrijge
sproken, Sinds dien tijd heeft hij bij den dienst geen goed meer kunnen doen.
Nu zcu hij ineens ongeschikt voor de vervulling van den dienst zijn, waarmede
Spreker het niet eens kan zijn. Vos heeft steeds de belangen der gemeente ge
diend, Er zijn echter andere belangen naar voren gekomen. Er staat n.1. iemand
op de nominatie cm voor vast aangenomen te worden. Deze door Spreker bedoelde
persoon is thans in tijdelijken dienst en heeft er belang bij dat hij in vas
ten dienst overgaat. Voorts meent Spreker dat een agent, die een en ander om
trent het gebruik van de auto door Vos geconstateerd zou hebben, geen techni
cus is. Spreker wil niet goed praten dat Vos geen fouten gemaakt zcu hebben
en als hij straf verdient, dan moet men hem gelegenheid geven zich te verbete
ren door hem een proeftijd van 3 maanden te geven. Spreker refereert zich dus
aan het desbetreffend voorstel van de drie leden der Commissie Openbare Wer
ken.
De Voorzitter wijst er op dat het aantal dienstjaren van Vos niets ter
zake doet.
Wethouder de Bruijn deelt mede dat ieder raadslid kennis heeft kunnen
nemen van de stukken en dat men dus kan weten waarom B.en W. met hun voorstel
zijn gekomen. Als men den dienst zuiver wil maken, moet men geen lapmiddelen
gebruiken. Het is B.en er nooit om te doen geweest om den persoon te tref
fen, doch de dienst moet zuiver zijn. Spreker zal in die richting steeds werk
zaam zijn. Spreker heeft getracht een einde te maken aan de onzuivere toestan
den. Bij gemeentewerken was er een geest van schuilevinkje spelen. Spreker
zegt dat hij bij de kwestie Vos zeer voorzichtig is geweest in het trekken
van een conclusie. Spreker zegt echter dat, wanneer men den dienst zuiver
wil hebben, het voorstel van B.en W. een goed begin is. Spreker bedoelt den
betrekken persoon niet onaangenaam te zijn, doch naar Sprekers meening hoort
hij niet in den dienst thuis. Spreker meent dat de toestand niet zal verbete
ren, wanneer men Vos een proeftijd geeft van 3 maanden. Een andere dienst,
waarbij hij tewerkgesteld zou kunnen worden, is er niet. Spreker zegt dat
Vos zichzelf onmogelijk heeft gemaakt; hij is niet in den dienst te handhaven.
De Voorzitter zegt dat B.en geen bezwaar hebben om met het voorstel
van den heer Endendijk mee te gaan.
Bedoeld voorstel, als zijnde het meest ver strekkend, wordt in stemming
gebracht en verworpen met 8 tegen 6 stemmen. Voor het voorstel stemden de
heeren Zijlstra, Hornsveld, Gasille, Endendijk, Stroband en de Bruijn.
De Voorzitter constateert dat het ontslag dus niet is verleend, zoodat
deze zaak nu afgedaan is.
240. ONDERWIJS (le afd.no.192/l50).
Benoeming vans
a, een lid der Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs in verband met
de ontslagname als zoodanig door W.Th.Weijts;
b. een lid der Commissie tot wering van Schoolverzuim te Soest ter voorzie
ning in de vacature, ontstaan door de ontslagname, als zoodanig door
W.A.Pattijn,
B.en W. bieden de navolgende aanbevelingen van benoembaren aans
1. voor de benoeming van een lid der Commissie van Toezicht op het Lager On
derwijss 1. S.Fokkens, hoofd der Chr.U.L.0.school.
2. A.v.Asselt, hoofd der Engendaalschool
2. voor de benoeming van een lid der Commissie tot wering van Schoolverzuim.
1. M.van Veeren
2JA.Wasterval
Eerst