30 December 195^ 272.
ten aanzien van de regeling der bebouwing.
Nadat de heer van de Ven heeft opgemerkt dat de plannen tot aankoop al
een publiek geheim waren, wordt kennisgenomen van de mededeeling van den Voor
zitter.
270. Y/CNINGBOUWAANGELEGEKHEDEN 4e afd.no.4634)
De Voorzitter deelt hierna mede dat bij de behandeling der begroeting een
voorstel van den heer Nooder aangenomen is, verziekende den Minister van Socia
le Zaken maatregelen te willen nemen, dat een schatting zal plaats hebben van
de werkelijke waarde der bestaande woningen der weningbouwvereenigingen en als
gevolg daarvan een regeling te willen treffen dat de boekwaarde in overeen
stemming wordt gebracht met de werkelijke waarde. Toen dit voorstel door den
heer Nooder aanhangig werd gemaakt, heeft de heer Endendijk gezegd, dat de be
sturen der woningbouwvereenigingen van den Hoofdinspecteur der Volksgezondheid
een schrijven hadden ontvangen, verzoekende verschillende inlichtingen omtrent
die vereenigingen. Deze zaak hebben B.en dezer dagen met den Inspecteur van
de Volksgezondheid besproken, die heeft medegedeeld dat hem omtrent een her
schatting niets bekend is. Laatstbedoelde Inspecteur dringt wel aan op huurver-
laging en verbetering der weningen. B.en '.7. hebben nu de zaak "Ons Belang" in
handen van den Inspecteur gegeven oir. advies» Als gevolg van een en ander meent
Spreker dat het op voorstel van den heer Nooder genomen besluit feitelijk over
bodig is geworden.
De heer Nooder vindt het van buitengewoon belang dat het op zijn voorstel
genomen besluit gehandhaafd blijft en uitgevoerd wordt. Die zaak moet aan de
orde worden gebracht en vanuit de gemeente moet een stem bij den Minister ko
men. Men moet niet alleen tot huurverlaging en verbetering der woningen over
gaan, doch de door Spreker bedoelde schatting moet geschieden, aangezien de
lasten der gemeente steeds grooter worden.
Wethouder Gasille is van meening, dat het voorstel van den heer Nooder in
de ruimte is. Het voorstel had anders ingekleed moeten zijn. Men had moeten
wijzen op de hooge belastingen in leze gemeente, mede veroorzaakt door de kos
ten van de gebouwen der woningbouwvereenigingen, welke niet rendeeren, enz,,
en daarbij had men dan den Minister een voorstel kunnen doen. Spreker wil de
ze zaak ook niet preciseeren, doch den Minister in groote lijnen met argumen
ten wijzen op de noodzakelijkheid tot ingrijpen, zooals door den heer Nooder
bedoeld wordt.
De heer Nooder heeft er geen bezwaar tegen dat de redactie van zijn voor
stel gewijzigd wordt, wanneer de grondslag maar blijft bestaan.
De heer Thijssen gaat accoord met de zienswijze van den heer Nooder. Wel
licht zal deze zaak de aandacht trekken van een Kamerlid, zoodat dan een en ander
wel ter bevoegder plaatse zal worden behandeld.
De Voorzitter zegt dat dus uitvoering zal worden gegeven aan meergenoemd
voorstel van den heer Nooder.
271. RONDVRAAG.
De heer Bilhorst wijst er op dat varkenspest heerscht bij de varkens, die
op de vuilnisbelt der gemeente loopen. Spreker verzoekt maatregelen ter voor
koming van uitbreiding dier ziekte te nemen, zulks in het belang van de boeren
in de omgeving, aangezien hem gebleken is, dat de betrokken arbeiders van de
belt gaan zonder maatregelen van ontsmetting genomen te hebben. Voorts verzoekt
Spreker bij de vervaardiging van het tweede exemplaar van het uitbreidingsplan
geen menschen van buiten de gemeente tewerk te stellen.
De heer van de Ven vraagt hoe het staat met de plannen inzake de Centrale
boekhouding. Hebben deze al vasten vorm aangenomen?
De Voorzitter geeft hierop een ontkennend antwoord.
De heer van Breukelen verzoekt de koppen van de paaltjes langs het rij
wielpad op den Soester Engweg wit te schilderen, aangezien deze paaltjes thans