12 Mei 193759. Op de "begrooting was een bedrag van f,250,uitgetrokken voor het huren van muziekcorpsen, omdat toekenning van subsidie aan corpsen niet meer werd toe gestaan. leze aangelegenheid is door Gedeputeerde Staten behandeld toen het crediet voor de versiering werd aangevraagd en wel in verband met de extra- bijdrage, welke de gemeente uit het werkloosheidssubsidiefonds heeft aange vraagd. Spreker zet voorts uiteen, dat B.en W, geenszins een verschillenden maatstaf willen aanleggen, zooals door den heer Helmus blijkbaar verondersteld wordt De heer Thijssen, die het er volkomen mee eens is, dat geen dissonant in de feestviering gebracht moet worden, wil toch nog iets zeggen over de voorgevallen vlaggenkwestieDe Voorzitter verbiedt Spreker wel het woord, doch de Raad moet beslissen. De Voorzitter zegt dat hij dan tot stemming zal overgaan. Bespreking van dit punt is niet gewenscht| het staat niet op de agenda en is niet aan de or de De heer Thijssen zegt nogmaals, dat de Voorzitter niet het recht heeft om deze bespreking niet toe te laten. De Voorzitter zegt dat hij den heer Thijssen het woord ontneemt. De heer Stroband zegt dat hij dan het woord wenscht. De Voorzitter deelt mede, dat hij het woord niet kan geven. Spreker stelt dus voor deze zaak niet te behandelen, daar dit onderwerp niet aan de orde is en niet op de agenda voorkomt. Bovendien is het niet in het belang der ge meente, dat thans over deze kwestie gesproken wordt. De heer Thijssen stelt vdor wel over deze zaak te spreken. Inmiddels gaat de Voorzitter tot stemming over, welke stemming echter geen volledigen doorgang ondervindt. Tegen behandeling dezer zaak stemden de heeren de Bruijn, Hilhorst, Zijlstra en vddr de heeren Thijssen, van Breuke- len en van de Ven. Verder wordt niet gestemd in verband met het verzet, dat tegen het houden dezer stemming door eenige leden wordt kenbaar gemaakt. Door de heeren Thijssen, Stroband en van de Ven wordt hierna een voor stel ingediend, met betrekking tot de versiering tijdens de gehouden feesten. De Voorzitter zegt dat hij dit thans niet ter sprake kan brengen. Spre ker stelt voor het in handen te stellen van B.en V, om prae-advies. Zonder hoofdelijke stemming wordt aldus besloten. De begrootingswijziging sub c. wordt hierna zonder hoofdelijke stemming aangenomen De Voorzitter brengt alsnu in behandeling de begrootingswijziging sub d. Spreker zegt dat twee leden der Financieele Commissie tegen deze wijziging zijn, terwijl 1 lid zijn stem heeft voorbehouden. De overige leden gaan er mede accoord. De heer Thijssen zegt tot zijn groote verwondering gelezen te hebben dat B.en W. nu in hun desbetreffend schrijven mededeelen dat, wanneer de Raad de ze wettelijk verplichte uitgaaf niet op de begrooting brengt, zulks ingevol ge art.247 der Gemeentewet door Gedeputeerde Staten zal geschieden. Men moet de Vet echter goed lezen en wanneer men bedoeld artikel goed leest, dan zal men zien, dat daarin uitdrukkelijk vermeld staat dat Gedeputeerde Staten de door de Wet aan de gemeente opgelegde uitgaven op de begrooting zullen bren gen, wanneer de Raad dit weigert. Wanneer de Raad dus weigert datgene op de begrooting te brengen Wat de Vet gebiedt, dan zal van hoogerhand worden in gegrepen. Een dergelijk geval is echter te rangschikken onder de exceptionee- le gevallen, en het onderhavige geval heeft hiermede niets te maken. Artikel 247 der gemeentewet zegt dat ingegrepen kan worden, wanneer de Raad niet de uitgaven op de begrooting brengt, welke de Wet gebiedt. Dit artikel der Ge meentewet correspondeert op een ander artikel dier Wet, waarin staat wat in de begrooting moet worden vermeld. Spreker is het met de door den Voorzitter in de vergadering der Financieele Commissie uitgesproken meening eens, dat de wachtgelden

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1937 | | pagina 118