18 Juni 1937 94.
93» HINDERWET, (le afd.no.7/l81
Adres van de Vereeniging "Soesterberg' s Bloei''1 te Soesterberg, verzoeken
de het daarheen te willen leiden dat te Soesterberg niet kan worden opgericht
een transportwerktuigenfabriek, met voorstel van B.en W,
In hun schrijven dd. 9 Juni 1937? no.7/l81 zetten B.en W. uiteen, dat
uitsluitend hun College heeft te "beslissen, zoowel op de "bouwaanvrageals
op de Hinderwetsaanvrage, en dat de Raad in dezen niet "bevoegd is terzake
een rechtsgeldige "beslissing te nemen, B.en W. stellen derhalve voor het
adres voor kennisgeving aan te nemen.
De heer Nooder vraagt of de Schoonheidscommissie zich ook georiënteerd
heeft naar de plaats, alwaar de fabriek zal komen te staan, In een bevesti
gend gevalzal Spreker gaarne vernemen de resultaten van het onderzoek dier
Commissie, en speciaal of het bouwwerk niet in strijd met de omgeving
zal verrijzen. De bedoeling heeft steeds voorgezeten om langs de Amersfoort-
schestraat groote villa's met ruime erfafscheidingsafstanden te bouwen.
Spreker is een groote voorstander van het oprichten van fabrieken, maar de
plaats, alwaar deze fabriek gesticht zal worden, lijkt Spreker niet juist.
Aanvankelijk dacht Spreker, dat de oprichting van deze fabriek van belang
voor de gemeente zou zijn, mede met het oog op het betrekken der woningen
van "Ons Belang", doch Spreker is later tot een ander inzicht gekomen. Spre
ker, die meende een en ander naar voren te moeten brengen, weet wel, dat
uitsluitend B.en W. bevoegd zijn de vereischte beslissingen te nemen, doch
het is niet van belang ontbloot, dat de aandacht wordt gevestigd op de bezwa
ren, welke tegen de Hinderwetsaanvrage zijn ingekomen. De pater van het Mis
siehuis St.Jan" heeft o.a. bezwaren ingebracht tegen het te verwachten
lawaai. "Verder wijst Spreker op de treurige ervaringen, welke zijn opgedaan
ten aanzien van de afwatering der Stichtsche Margarine-fabriek, die momen
teel niet meer in die mate in werking is als vroeger. De grond ter plaatse
is verzadigd. Dit zijn tal van argumenten, welke bij B.en W. overwogen dienen
te worden in verband met de af te geven vergunningen tot oprichting der fabriek.
De heer van den Berg ziet voordeel in de vestiging dezer fabriek te
Soesterberg. Haar Sprekers meening zijn de bezwaren tegen oprichting der fa
briek niet overwegend.
De Voorzitter zegt dat B.en W. omtrent de hierbedoelde zaken te beslis
sen hebben. De bouwvergunning is in principe reeds verleend. Het wachten is
nog op eventueels voorwaarden, welke opgelegd zouden moeten worden in ver
band met de uitvoering van de Luchtbeschermingswet,
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel
van B.en W. besloten het adres voor kennisneming aan te nemen.
94» HERSOHEEL. (4© afd.no.4669
Voorstel tot benoeming van een gemeente-vroedvrouw.
Bij schrijven dd. 1 Juni 1937no.4669 deelen B.en W. mede, dat zij
hunne meening, dat thans zonder bezwaar kan worden overgegaan tot benoeming
van een gemeente-vroedvrouw, ten volle handhaven. Met verwijzing naar de bij
hun voorstel van 27 April j.1. no.4669 gedane aanbeveling, stellen B.en W,
andermaal voor om over te gaan tot de benoeming van een gemeente-vroedvrouw
en zulks met ingang van 1 Juli 1937*
De heer Thijssen wijst er op, dat men in de vergadering der Financieele
Commissie tot de meening is gekomen, dat tot eene benoeming kan worden over
gegaan. Toen Spreker s avonds op den dag dier vergadering thuis kwam, vond
hij een brief met bijlage van den advocaat van MejfJestra, In de vergadering
der Financieels Commissie deelde de Voorzitter mede, dat de Inspecteur van
de Volksgezondheid gehoord was en dat die van meening was, dat tot benoeming
moest worden overgegaan. De advocaat heeft blijkens de bijlage van zijn
brief een schrijven gericht tot genoemden Inspecteur en nu is het voor Spre
ker een vraag, wat die Inspecteur op papier zal zetten.
De