16 Juli 1937106.
105. BOUWVERORDENING. (le afd,no„2785)
Voorstel tot/vaststelling van de op 9 Dec.1936 vastgestelde Bouwveror
dening, zulks in verband met eenige door Gedeputeerde Staten gemaakte op
merkingen.
Bij schrijven van Burgemeester en Wethouders dd» 29 Juni 1937 no.2785
stellen B.en W, eenige wijzigingen in de bouwverordening voor, zulks als
gevolg van eenige door Gedeputeerde Staten gemaakte opmerkingen. In verband
hiermede wordt voorgesteld de verordening-, aldus gewijzigd, opnieuw vast te
stellen, zulks met intrekking van de verordening dd. 9 Dec.1936.
De heer Helmus maakt een opmerking omtrent de nieuwe redactie, welke
voor het vijfde lid van art.l6 voorgesteld wordt. Volgens deze redactie
wordt het recht van den Raad uitgeschakeld^ de Raad kan alsdan te dezer za
ke geen beslissing meer nemen. Spreker wil derhalve handhaving van de woor
den "tenzij met toestemming van den Raad".
De Voorzitter zegt dat de nieuwe redactie voorgesteld word.t door Gede
puteerde Staten.
De heer Endendijk verzoekt het oordeel van Ged.Staten te mogen vernemen.
De heer Hilhorst is het met den heer Helmus eens.
De Voorzitter zegt dat het de bedoeling is, dat door het vervallen
van de door den heer Helmus bedoelde woorden de hoogere machten worden inge
schakeld. Ged.Staten hebben opgemerkt, dat ontheffing van het onderhavige
voorschrift, zeifa door den Gemeenteraad zonder goedkeuring van hooger ge
zag, ongewenscht is. Zulks zou tekort doen aan de rechtszekerheid, welke
juist door de maatregelen, in den aanhef van dit artikel genoemd, wordt be
schermd, en den weg openen voor willekeur. Een en ander houdt ook verband
met het streekplan.
De heer van Breukeion wijst er op, dat in de thans bestaande bouwver
ordening ook de mogelijkheid is geschapen tot het verleenen van bedoelde
ontheffing door den Raad. Ged.Staten willen zeker schrapping dier onthef
fingsbevoegdheid, zulks als gevolg van de onlangs door den Raad genomen be
sluiten tot het verleenen van ontheffing van het verbod tot den bouw van
meerdere woningen onder één kap. Haar Sprekers meening zal den Raad thans in
zijn bevoegdheid tekort worden gedaan. Het is niet gev\renscht, dat deze be
voegdheid den Raad wordt ontnomen.
De Voorzitter bepleit nogmaals aanneming der nieuwe redactie. Gedeputeer
de Staten verlangen zulks uitdrukkelijk.
De heer Thijssen merkt op dat een en ander breedvoerig is besproken
door de Commissie voor de Strafverordeningen. De Commissie heeft een advies
gegeven, en wel in dien zin, dat bepaald wordt, dat in alle voorkomende
gevallen door den Raad ontheffing kan worden verleend onder goedkeuring van
Ged.Staten.
Nadat de Voorzitter heeft gezegd, dat een dergelijke regeling niet mo
gelijk is, en het thans alleen gaat om een nieuwe redactie van art.16, 5c
lid, wordt bedoelde redactie ten slotte zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
Ton aanzien van de voorgestelde wijziging van art.39vraagt do heer
Helmus of de daar bedoelde afstand, van 30 M» in sommige gevallen niet wat
te gering is.
Nadat do Voorzitter heeft opgemerkt, dat door wijziging dezer bepaling
tegemoet gekomen -wordt aan reeds eerder uitgesproken wenschen, wordt hierna
zonder hoofdelijke stemming besloten de in de raadsvergadering van 9 Dcc.
1936 vastgestelde bouwverordening in te trekken, en de verordening opnieuw
vast te stellen met aanneming der wijzigingen voorgesteld in het schrijven
van Burgemeester en Wethouders dd. 29 Juni 1937s no.2785.
106. BELASTINGEN. (4e afd.nos.4398 en 4416)
Vaststelling