20 Juni 19J879. gesteld. 85. RECHTEN OPHALEN A3CH EN VUILNIS (4e Afd.no.4777). Voorstel tot vaststelling van een verordening op de heffing van rechten voor het ophalen van asch en vuilnis. In hun schrijven dd. 17 Mei 1958? no.4777, merken B.en W, op, dat tegen het ontwerp-hesluit tot wijziging van bovengenoemde verordening, dat in de raadsvergadering van 9 Sept.19 57 werd behandeld, voornamelijk het bezwaar rees, dat voor het ophalen van het winkel- en/of bedrijfsvuil een afzonder lijk tarief was bepaald, In verband daarmede werd het voorstel tot een vol gende vergadering aangehouden. B.cn V. hebben getracht aan het gerezen be zwaar tegemoet te komen door in de thans ter vaststelling aangeboden veror dening de hoeveelheid asch en vuilnis te bepalen, welke per gewone ophaling mag worden medegegeven voor het thans bestaande tarief van f.2,50 per jaar. Boven deze hoeveelheid, zijnde l/lO M3 per gewone ophaling, is een tarief van f.5,per jaar verschuldigd. De heer van den Berg merkt op dat men volgens de redactie der verorde ning voor f,5,onbeperkte hoeveelheden vuilnis kan medegeven, hetgeen wel eens bezwaren zou kunnen opleveren. Daarom stelt Spreker voor te bepalen welke maximum hoeveelheid vuilnis kan worden medegegeven. Wethouder Gasille is van meening, dat de maat van l/lO MJ al heel ruim is. Wanneer meer daarboven gaat? dan moet men f.5,betdien en wanneer er sprake is van een wagenvracht, dan geldt daarvoor niet de voorgestelde ver ordening, In een dergelijk geval wordt een speciale regeling getroffen en wordt een afzonderlijk bedrag geëscht als diensten voor derden. Spreker heeft er echter geen bezwaar tegen om een limiet te stellen en wel in dier voege, dat b.v, tegen betaling van f.5,een maximum-hoeveelheid vuil kan worden medegegeven tot 1/5 M3. De heer Stroband vindt een dergelijke bepaling wel eenigszins bezwaar lijk. Het komt Spreker wel wat onbillijk voor om dadelijk f.5,te eischen indien iemand eens één keer wat meer vuilnis medegeeft en in gewone gevallen beneden de voorgeschreven hoeveelheid blijft, Wethouder de Bruijn meent dat de betrokkenen dan maar de af te geven hoeveelheid vuil heter moeten verdeelen over meerdere ophalingen. De dienst dient niet verplicht te worden elke willekeurige hoeveelheid mede te nemen, daar zulks bezwaren voor dien dienst zou opleveren. Er dient wel degelijk bepaald te worden welke hoeveelheid door de betrokkenen kan worden medegege ven, Komt men daarboven, dan is het alleszins billijk, dat daarvoor extra betaling plaats heeft.,. Wethouder Gasille wijst er op, dat de ingezetenen moeten medewerken. Zulks is zeer goed mogelijk en het personeel zal. soepel optreden. Spreker stelt vervolgens voor sub I van het hesluit te schrappen, aangezien het daarin opgenomene reeds geregeld is in art«9a der verordening. Voorts stelt Spreker voor te bepalen, dat tegen betaling van f.5,per jaar een hoeveel heid vuil kan worden medegegeven "tot een maximum van 2/10 MJ", De heer Stroband acht het gewenscht dat in art.1 in plaats van "per" gewone ophaling wordt gelezen "bij een" gewone ophaling. De heer van de Ven vraagt zich af of de door den Wethouder voorgestelde beperking geen bezwaren zal opleveren voor den winkelstand, die in enkele gevallen wel eens grootere hoeveelheden vuil of afval heeft af te geven. Wethouder de Bruijn zegt dat men voor een dubbeltje per week toch al veel vuil kan medegeven. De heer Hilhorst is het eens met den heer van de Ven| daarom is Spreker er voor om geen veranderingen aan te brengen en niet over te gaan tot invoe ring eener extra belasting, Wethouder Gasille bepleit handhaving van de voorgestelde redactie, waar-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1938 | | pagina 156