26 Juli 1939 101. 119. EIGENDOMMEN (le afd.no2374) Voorstel tot ■wijziging van het raadsbesluit van 2? Februari 1938» le afd.no,3396, inzake machtiging verkoop gronden complex 't Hart. Bij schrijven dd,14 Juli 1939» no.2374 deelen B.enW. mede» dat het mede in verband met het ter vaststelling aangeboden ontwerp-besluit inzake ruiling van grond met C„de Jong noodig zal zijn, dat het raadsbesluit van 22 Februari 1938» le afd.no.3396 (het z„g, perceleeringsplan 't Hart) ten aanzien van het gedeelte, gelegen tusschen Leeuwerikweg, Albert Hahnweg, Laanstraat en Koekoek- weg wordt gewijzigd- Aangezien het voor een goede verkaveling ook noodig is, dat de grenzen van de perceel en gronds, gelegen in het complex Zwaluwenweg, Albert Hahnweg, Laanstraat eenigermate worden herzien, ware het wenschelijk deze aangelegenheid aan te grijpen het perceleeringsplan ook op dit punt te wijzigen. B.en W, stellen voor daartoe te besluiten en vragen machtiging het desbetreffend besluit, hetwelk in werking zal treden op den datum, waarop de notarieele acte betreffende grondruiling met C.de Jong zal zijn verleden, te formuleeren. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel van Burgemeester en Wethouders aangenomen. 120. BELASTINGEN. Behandeling van belastingreclames. Deze behandeling geschiedt in geheime zitting na afloop Ier openbare vergadering, 121. BEANTWOORDING VRAGEN (le afd.no.29 De Voorzitter bn gt hierna in behandeling de aan de agenda toegevoegde stukken, n.1, de vragen van den heer Nooder en de beantwoording van Burge meester en Wethouders met betrekking tot voorwaarden, welke verbonden zouden zijn aan vergunningen tot verkoop van consumptie-ijs. Sprekor leest zoowel de vragen van,als het antwoord aan den heer Nooder voor. Uit dit antwoord blijkt dat het niet juist is, dat verschillenden verkoopers van consumptie-ijs is aangezegd, dat in den vervolge geen ijs meer mag worden betrokken van de V.A.M.I. Wel is aan sommige houders van standplaatsvergunningen voor ijs me degedeeld dat, in verband met het zeer groote, nog steeds toenemend aantal aanvragen daartoe, voortaan bij de verdeeling van de beschikbare standplaat sen, voorgaan de ijsverkoopers en ijsbereiders uit deze gemeente. Den verkoo pers van ijs, dat niet in deze gemeente wordt bereid, zullen als gevolg daar van slechts de minder goede plaatsen kunnen worden toegewezen. De vrijheid van handel is op deze wijze naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders niet in den door vrager bedoelden zin beknot. De heer Nooder zegt den Voorzitter dank dat deze aangelegenheid in de vergadering van heden behandeld kon worden. Spreker had deze vragen per abuis gericht tot den Voorzitter van den Raad, doch de Voorzitter was zoo welwil lend om aan te nemen, dat de vragen tot Burgemeester en Wethouders waren ge richt. Naar aanleiding van het antwoord op zijn eerste vraag merkt Spreker op, dat het hem bekend is» dat twee verkoopers van ijs door de politie mon deling is aangezegd, dat ze in den vervolge geen ijs meer mochten betrekken van de V.A.M.I. Spreker acht het niet de juiste manier om de betrokkenen al dus te behandelen. Men had deze ijsverkoopers tijdig en schriftelijk met een en ander in kennis moeten stellen, Spreker vraagt of het den Voorzitter he kend is, dat op een dergelijke manier is opgetreden. Als te dezer zake een regeling noodig is, dan moet zulks van hoogerhand worden medegedeeld en niet door een agent van politie. Spreker hoopt dat in den vervolge in dit opzicht mededeelingen zullen worden gedaan, welke voor een ieder aanvaardbaar zijn. De Voorzitter zegt dat hem niets anders bekend is dan hetgeen in het antwoord van Burgemeester en Wethouders aan den heer Nooder is medegedeeld. De heer Nooder dringt aan op de benoeming van een Commissie, welke tot taak

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1939 | | pagina 202