30 Augustus 1939109.
de opbrengst was f533s>per jaar. Nadat de Commissie van deskundigen haar
oordeel had te kennen gegeven, is een exploitatiebegroting opgemaakt, welke
tot uitslag geeft, dat de pacht zonder stichting der boerderij zal bedragen
f.530,en het nadeelig verschil f»478,36» Bij bouw van een boerderij wordt
de pacht geraamd op f,1050,- en het nadeelig verschil op f.576,54» Het nadee
lig verschil zal dus in geval van bouw eener boerderij f.100,meer zijn dan
bij verpachting der landerijen zonder boerderij, Spreker voegt zich nu bij de
minderheid van B„en W.daar* hem volgens de mededeeling van de Commissie van
deskundigen uit den Raad gebleken is, dat de bouw eener boerderij een mindere
opbrengst zal geven dan hij oorspronkelijk gedacht had» Het is volgens Spre
ker niet verantwoord om een verlies, als door hem genoemd, voor rekening der
gemeente te nemen» Voorts zegt Spreker, dat de Pachtwet ook van toepassing is
aparte op verpachting van landerijen zonder boerderij, terwij]/.verpachting van het
hooi en de naweide niet meer mogelijk is» De landerijen zullen voor 5 jaren
verpacht dienen te worden»
De heer Nooder merkt op dat elk jaar een bedrag van f»925s!5 als rente
moet worden opgebracht uit den gewonen dienst, terwijl de opbrengst der lan
derijen slechts op de helft van dit bedrag wordt begroot» Het is voor Spreker
een groote vraag hoe de Commissie van deskundigen uit den Raad tegenover deze
zaak staat» Voor Spreker is nog niet komen vast te staan, dat de bouw eener
boerderij en het verpachten daarvan voordeeliger is dan het alleen verpachten
der landerijen. Spreker zegt het wel eigenaardig te vinden, dat de familie
Van Winden wederom de boerderij wil pachten, Spreker zegt voor den bouw eener
boerderij te zijn wanneer men hem weet te overtuigen, dat zulks verantwoord
is» Men kan wel een boerderij bouwen uit een moreel standpunt om een jongen
boer gelegenheid te geven een bedrijf te beginnen, doch dan moet men wel be
denken of men de gemeenschap de uit den bouw/ voortvloeiende kosten kan laten
betalen-
Wethouder Gasille deelt nogmaals mede, dat de Commissie van deskundigen
uit den Raad? bestaande uit de heeren de Bruijn, Dorresteijn en Hilhorst een
schatting omtrent de pacht heeft gedaan» Aanvankelijk was men van oordeel, dat
de pacht f 1350,zou bedragen, welk bedrag bij nader inzien te hoog geraamd
is. De heer Hilhorst schatte een opbrengst van f.1200,de heer Dorresteijn
van fr800doch is ten slotte meegegaan met een bedrag van f,1050,ter
wijl Wethouder de Bruijn een opbrengst verwacht van f,1200,Spreker meende
zich te moeten refereeren aan het oordeel van dengene, die een opbrengst schat
te van f,1050, rekening houdende met een mogelijk oordeel der Pachtkamer»
De heer Thijssen heeft gesproken over de boekwaarde der landerijen, doch de
schatting van 1935 was reeds aan den hoogen kant. Deze komt neer op ongeveer
f.3.000,per jaar. Deze landerijen behooren wel tot de beste perceelen in
den polder, doch Spreker vreest dat in geval van een nieuwe schatting, een
boekwaarde van f.26,000,wél niet bereikt zal worden» Tenslotte wijst Spre
ker er op, dat de gemeente Amersfoort een andere wijze van verpachting volgt.
Bedoelde gemeente verpacht de gronden, daarbij het recht aan den pachter geven
de om er een boerderij op te bouwen. Of zulks aan te bevelen is, weet Spreker
niet. Men heeft bij bouw van een boerderij in elk geval wel het voordeel, dat
de landerijen goed w/orden onderhouden, hetgeen echter ook mogelijk is indien
de landerijen zonder boerderij voor 5 a 6 jaren worden verpacht» Spreker zegt
dat hij zijn standpunt gewijzigd heeft»
De heer Hilhorst, die constateert dat Wethouder Gasille van inzicht is
veranderd, zegt dat hij deze zaak ook heeft bestudeerd, v/aarbij hij tot de
conclusie is gekomen, dat het gewenscht is, dat in den bestaanden toestand
verandering wordt gebracht door het bouw/en eener boerderij» Spreker w/ijst er
op, dat een boerderij met 8 ÏÏ.A» land een gebruikelijke boerderij is en dat
men in de omgeving geen grootere boerderijen aantreft. Het vestigen van een
melkbedrijf