18 Januari 1939 15»
gLashelder uit de adressen van "Soesterdal,ie Naar Sprekers oordeel dient de
Raad zich te vereenigen met het voorstel, van B-en Wo Men dient niet in te
gaan op de scheeve voorstelling van zaken van "Soesterdal". Het is geenezins
de "bedoeling van B.en Wc cm :'3oesterdal,: tegen te werken,,
He heer Hornsveld zegt het eens te zijn met Wethouder de Bruijn. Volgens
de bouwaanvrage wordt afgeweken van de oorspronkelijke teekening.
He heer van de Ven zegt dat het schrijven van adressante ook niet zijn
volle instemming heette Spreker meent dat deze zaak veel te breedvoerig wordt
behandeld? en dat men eigenlijk op zijpaden ingaat- He Schoonheidscommissie
had geen bezwaar tegen het oorspronkelijk plan en nu zou Spreker willen voor
stellen de bouwvergunning te verieenen onder de voorwaarde, dat de oorspron
kelijke teekening wordt gehandhaafddesnoods met een boete-bepaling» Alsdan
kan volgens de oorspronkelijke bedoeling gebouwd worden» Spreker herhaalt
nog eens van meening te zijn dat verdere breedvoerige discussies vermeden
kunnen worden,
De heer Nooder meent dat de heer van de Ven op zijpaden ingaat. Heze
bouwaanvrage vold et geheel aan de ei.schen der Bouwverordening, zoodat ze in
gewilligd dient te worden, He beslissing moet vandaag worden genomen.
He heer Hornsveld merkt op dat de tweede teekening niet aan de aanvrage
voldoet, zoodat daarop geen vergunning dient te worden verleend,
He Voorzitter is van oordeel dat de heer Nooder een verkeerd inzicht
heeft omtrent de Schoonheidscommissie- Heze Commissie is een adviseerend lich
en men moet zich niet de wetten 'laten voorschrijven door die Commissie» B.en
W», die geenszins gebonden zijn aan. het advies der Schoonheidscommissie, heb
ben uit den aard der zaak een eigen meeni.ng op het gebied der aesthetica. Het
rapport der Schoonheidscommissie blijft een advies, hetwelk B„en W. al dan
niet kunnen opvolgen- Voorts zegt Spreker, dat het Departement van Defensie
destijds inzage heeft gevraagd van alle bouwplannen in de omgeving van het
vliegkamp» Er is geen enkele reden voor Boen W- om niet aan dit verzoek te
voldoen» maar zij zijn op geenerlei wijze gebonden aan het inzicht van Defen
sie» Er zou sprake zijn van .aa wonderlijke tactiek, wanneer niet voldaan werd
aan het verzoek van Defensie- De behandeling der aanvrage is van gemeentewege
niet getraineerd- Zoodra de bouwaanvrage werd ingediend, is deze bij brief
van 25 Aug„19 38 aan Defensie toegezonden en op 18 October d.a.v, ontvingen
B.en W. antwoord.- Hit antwoord, is lang uitgebleven, zulks - volgens mededee-
ling van den Minister - als gevolg van den gespannen internationalen toestand,
Men dient dus den ambtenaren geen smaad aan te deen» Spreker, die opmerkt,
dat uitstel van behandeling thans niet mogelijk is in verband met den beroeps
termijn, zegt dat de beide Wethouders aesthetische bezwaren hadden tegen den
aangevraagden verbouw en dat Spreker niet zulke groote bezwaren had» Bedoelde
bezwaren zijn niet van de laatste 2 maanden, doch deze golden reeds ten tijde
van de door het College genomen beslissing.
He heer Hom zegt persoonlijk voor den verbouw te zijn» Spreker wil daar
om zijn stem niet laten afstuiten op den inhoud der stukken»
Nadat de Voorzitter nog heeft opgemerkt, dat omtrent het voorstel van
B.en W. niet te marchandeer«n Jat men het dus dient aan te nemen of te
verwerpen, wordt het voorstel van B-en W- om de bouwvergunning niet in be
roep te verieenen, in stemming gebracht en verworpen met 8 tegen 4 stemmen.
Voor het voorstel stemden de heeren Hcnnsveld, Stroband, Gasille en de Bruijn,
He Voorzitter vraagt hierna of er tl .ma nog een voorstel wordt gedaan
om de bouw er gunning wel in beroep te verieenen.
De heer Nooder zegt dat hij daartoe het voor.stel doet»
De Voorzitter leest hierna de gebruikelijke voorwaarden voor, welke als
dan aan de vergunning dienen te worden verbonden-
Wethouder Gasille zegt dan aan de vergunning nog de voorwaarde te willen
verbinden