21 December 1939 178. De Voorzitter is van oordeel dat het bezwaarlijk is om een ambtenaar als hier bedoeld op arbeidscontract aan te nemen; daar men dan zeer wordt beperkt in de keuze,. Wethouder Gasille deelt mede dat hij in de vergadering der tweede afdee- ling een uitvoerige uiteenzetting heeft gegeven omtrent deze aangelegenheid en speciaal omtrent de moeilijkheden, welke zich destijds hebben voorgedaan met betrekking tot de administratie van het GrondbedrijfSpreker wijst er op dat er tal van oude acten zijn, welke in het belang der gemeente bekeken moe ten worden door iemand, die opgeleid is voor candidaat-notaris. In de gemeen te Amersfoort bestaat een soortgelijke regeling. Het lezen van oude acten is niet ieders werk, daarvoor moet men ter zake kundig zijn. De heer Nooder merkt op dat het toch over de administratie der gronden gaat. Spreker meent dat, waar de eigendommen-administratie als gevolg van de vroeger ondervonden moeilijkheden bij het grondbedrijf in de war schijnt te zijn, men juist iemand noodig heeft om uit te zoeken welk stukje grond aan de gemeente toebehoort, en welk stukje grond in particuliere handen is over gegaan, Omtrent deze zaak is verschil van inzicht, doch Spreker is van oor deel, dat d.e betrokken wachtgelder buitengewoon goed op de hoogte is in Soest, hetgeen met een nieuwen ambtenaar niet het geval zal zijn. Spreker blijft van meening dat men het uit te keeren wachtgeld productief moet maken. De heer van de Ven vraagt of men inderdaad de overtuiging heeft dat be doelde wachtgelder geen kennis van deze administratie heeft. De Voorzitter is van meening dat betrokkene niet op de hoogte kan zijn met deze bijzondere administratie, doch dat hij wel technisch ontwikkeld is. Wethouder Gasille zegt dat de administratie van het Grondbedrijf vroeger in de war is geloopen omdat deze administratie toen berustte in handen van een directeur; die een technisch-ambtenaar was, en niet administratief onder legd was. Spreker wijst er op dat de balans van 1923 van dat bedrijf na her haalden aandrang eerst in 1928 verscheen, en dat na veel inspanning daarna de balansen van 1924 en volgende jaren verschenen. Deze balansen werden ten slotte opgemaakt door het Verificatie-Bureau der Vereeniging van Nederland- sche Gemeenten, Er is sedert eenige jaren een opdracht van Gedeputeerde Sta ten om de weder-instelling van een grondbedrijf te overwegen, en waar het vroege' re Grondbedrijf op ondeskundige wijze werd beheerd, is het ten zeerste ge- wenscht dat men thans een deskundig persoon aanstelt voor de eigendommen-ad ministratie, De heer Nooder zegt dat het wel gemakkelijk is te schermen met vroegere toestanden toen een Directeur van Gemeentewerken tevens Directeur van het Grondbedrijf was, doch de gemeente draagt z.i, de schuld dat de zaken toen zoo zijn geloopen- Spreker, die de argumenten van den Wethouder misplaatst vindt, zegt niet door dezen overtuigd te zijn, zoodat hij meent bij zijn voor stel te moeten blijven De heer Beekman wijst er op dat er meerdere gemeenten zijn, alwaar het Grondbedrijf door een Technisch Ambtenaar wordt beheerd en geadministreerd. Spreker meent dat men eens met den betrokken wachtgelder moet praten en hem voorloopig dat werk moet opdragen voor een proefjaar- De heer van de Ven ondersteunt het gezegde van den heer Beekman. De heer van den Brandeler meent dat men te dezer zake met den betrokken wachtgelder een regeling moet treffen, waardoor voordeel te bereiken is. De heer Stroband. is van oordeel dat men voor deze functie iemand moet nemen, die daarvoor door zijn opleiding geschikt is. Spreker meent dat men hij aanneming van een dergelijke kracht geen misbruik maakt van het terrein van den Notaris., Wellicht zal men over eenige jaren, wanneer de administratie der eigendommen geregeld is, de wederinstelling van een Grondbedrijf overwegen. In dit verband vraagt Spreker of de administratie, wanneer deze eenmaal is opgezet

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1939 | | pagina 356