Nr.4, -- 2 April 1947 -- 37. NOTULEN van het verhandelde in de openbare vergadering van den Raad der gemeente Soest op Woensdag 2 April 1947, des namiddags te 14.30 uur. VOORZITTER? de Burgemeester, de heer Mr.S.P.Baron Bentinck. SECRETARIS; de heer J.Gr.A.Batenburg Tegenwoordig de leden; JA van den Arend, mevrouw Th.J.Bungener- Qdinot, G.Burgwal, H.J.S.ölemensT,Dorresteijn, K.de Haan, A.P. Hilhorst, R.Kilhorst, JAH.Horp., G,Kvuijff, mevrouw S.G.Landweer-de Visser, J.Nooder, J.W.Ooms, mevrouw S.M.Polet-Mualer, J.A.Schaafs- ma (later), W.Schimmel, mevrouw H,A,S=E.van der Swan-de Kiewit en Y/.G.van Zadelhoff. Een vacature. De VOORZITTER opent de vergadering en gaat voor in gebed. 44. Beëediging van het toegelaten lid T,Dorresteijn. De heer DORRESTEIJN legt in handen van den Voorzitter de bij de wet vereischte eeden afe De VOORZITTER wenscht den heer Dorresteijn geluk met zijn be noeming tot lid van den Raad. 45. Onderzoek van de geloofsbrieven van het nieuw benoemde lid R.Tol man. De VOORZITTER verzoekt mevrouw van der Swan-de Kiewit, alsme de de heeren A.P.Kilhorst en Kr uijff de commissie tot onderzoek der geloofsbrieven te vormen en schorst de vergadering. Na heropening der vergadering deelt de heer A.P.HILHORST namens de commissie mede, dat zij de geloofsbrieven van den heer Tolman nagezien en in orde bevonden heeft. Zij adviseert mitsdien den heer Tolman toe te laten als lid van den Raad. Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het' advies der commissie besloten. 46. Voorstel -tot benoeming van een lid van de Commissie Openbare Wer ken in de vacature-Beekman (Afd1,nr.959) De VOORZITTER verzoekt mevrouw Landweer-de ViSBer en den heer Schimmel het stembureau te vormen. Uitgebracht worden 17 stemmen, waarvan 1 blanco en 16 op den heer T.Dorresteijn, zoodat benoemd is de heer Dorresteijn, die verklaart de benoeming aan te nemen, 47. Voorstel inzake melkverstrekki.ng op de scholen (afd.1 nr.1007). Mevrouw BUNGENER-Odinot betreurt het zeer, dat de verstrek king van melk op de scholen niet kan plaats hebben. Met het ad vies van den heer Stroband is spreekster het niet eens. De beoor deeling van de vraag, of kinderen ondervoed zijn, moet aan hem medicus worden overgelaten, maar er moet ingegrepen worden voor de kinderen ondervoed zijn, De heer Stroband is nog maai? kort schoolarts en geruimen tijd zijn de scholen gesloten geweest, zoo dat niet alle kinderen onderzocht kunnen zijn. De kinderen, bij wie ondervoeding is geconstateerd, behooren zoo'spoedig mogelijk voor een vaoantiekolonie in aanmerking te ko men. Het zal van belang zijn. Indien de heer Stroband eens met de onderwijzers praat, want dat de kinderen bij voorbeeld vroeger naar bed moeten, wordt beter uren van de onderwijzers dan van de ouders. De heer CLEMENS heeft de bestrijding van de tuberculose al tijd met volle overtuiging gesteund, maar de wijze, waarop deze zaak naar voren wordt gebracht, acht hij sterk overdreven. Wanneer er melk verstrekt kan worden, moet dit gebeuren aan de kir.deren,

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1947 | | pagina 106