2 April 1947 54. de "bedoeling een cursus te geven van vijf of zes gangen met een theoretisch gedeelte en een muzikale toelichting, doch niet een of twee concerten. De wethouder van ZADELHÖFF voelt niet veel voor dezen post voorzoover het "betreft de gewone lagere scholen, leze hebben reeds een heele taak om de kinderen lezen, schrijven, rekenen en taal te leeren, vooral nu het onderwijs in de laatste jaren herhaaldelijk is onderbroken en daardoor - dus geheel buiten de schuld van de onderwijzers - veel te lijden heeft gehad. Spreker is niet tegen vernieuwing van het onderwijs, mits maar kan wor den aangetoond, dat de vernieuwing ook een verbetering is. Ten slotte is het toch zoo; een goed onderwijzer leert de kinderen wat, maar een slecht onderwijzer bereikt, met of zonder vernieu wing, niets. Voor de U'.L.O*scholen vindt spreker het een ande re zaak, maar de gewone lagere scholen zou hij willen uitsluiten, le wethouder de HAAN acht het, in tegenstelling tot den vorigen spreker, toch wel wenschelijk, dat het muziekonderwijs in beperkte mate op het programma van de hoogste klasse der lagere school komt te staan, zooals men ook tracht in die klasse den kinderen iets bij te brengen op het gebied van vreemde talen. De zesde klasse zou spreker in ieder geval niet willen uitslui ten. Het eerste concert is geen succes geweest doordat de lei der geen paedagoog, maar een uitvoerend musicus was. Mevrouw POLET-Musler vestigt er de aandacht op, dat volgens art.42 van de L.O.wep het onderwijs onder het aanleeren van ge paste en nuttige kundigheden moet opvoeden tot alle maatschappe lijke en christelijke deugden. De wetgever legt dus meer den na druk op de karaktervorming dan op de practische resultaten. Met het oog op de karaktervorming is muziekonderwijs zeker van be lang. Spreekster heeft trouwens gelezen, dat minister Gielen de toezegging heeft gedaan om het muziekonderwijs als verplicht leer vak in te voeren op de lagere scholen. De wethouder van ZADE1HQFF is van oordeel, dat dc lagere school over het algemeen al moeite genoeg heeft de kinderen voor te bereiden voor het verdere onderwijs. Op het examen voor apothekers-assistente zakt 70fo, waarvan de helft op doodgewone lagere-school-rekenfouten, zooals spreker uit ervaring bekend is En elders heeft men dezelfde ervaring opgedaan. De heer BÜRGWAL is van oordeel, dat de resultaten van het onderwijs wel beter zouden zijn, indien de regeering voor kleine re klassen zorgde. De heer CLEMEITS is tegen verzwaring van het lesrooster, om dat de kinderen van de lagere scholen toch al extra lessen moe ten hebben om het toelatingsexamen voor H.B.S. of M.U.D.O. te kunnen doen. Het voorstel van den heer Kom om den post van ƒ.500,= voor muzikale ontwikkeling der schoolkinderen niet op de begrooting te brengen wordt met 11 tegen 7 stemmen verworpen. Tegen stemden de leden mevrouw Polet-Muslermevrouw Land weer-de Visser, mevrouw Bungener-OdinotOoms, mevrouw van eer Swan-de Kiewit, looder, Kruijff, de Haan, Schaafsma, Burgwal en van Zadelhoff. Voor stemden de leden A5P,Hilhorst, Dorresteijn, Clemens, van den Arend, Hom, B.Hilhorst en Schimmel. De wethouder van BADELHOIF stelt voor de gewone lagere scholen uit te schakelen en deze muzikale ontwikkeling te beper ken tot de kinderen van de u,1oscholen.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1947 | | pagina 140