18 Maart 1947 19.
De onderbreking van het onderwijs is geen motief tegen
de melkverstrekking. De onderwijzers en onderwijzeressen
hebben het er graag voor over, want daarna gaan de leerlin
gen met des te meer lust aan het werk.
Op grond van deze argumenten zou spreekster het op prijs
stellen, indien de melkuitreiking op de scholen doorgang
zou kunnen vinden.
Mevrouw ROLET-MUSLER wijst er op, dat te Bussum en te
Voorburg wel melk op de scholen wordt verstrekt. Daar zal
de toestand toch niet zooveel slechter zijn dan te Soest.
Spreekster had hieromtrent gaarne vergelijkende cijfers ge
zien en zou het op prijs hebben gesteld, indien over het
ingesteld onderzoek iets meer bekend was gemaakt.
Het bevreemdt spreekster, dat de heer Stroband de orga
nisatie en de kosten als argument laat wegen, daar hij h.i.
de zaak alleen van den medischen kant had moeten bekijken.
De heer NOODER is met de heeren Endendijk en Thijssen
lid geweest van de commissie voor melkverstrekking. Met be
trekking tot het bij sommigen bestaande bezwaar, dat door
het verstrekken van voedsel op de school wordt ingegrepen
in het huisgezin, is door deze commissie een modus gevonden,
waardoor zegenrijk werk verricht is kunnen worden.
Dat dokter Stroband eigenlijk met een armslag een advies
geeft, zint ook spreker niet, Bij een zuiver medisch advies
zou hij zich moeten neerleggen, maar het thans gegeven advies
lijkt hem niet correct. Spreker stelt voor de melkvoorziening
op gang te brengen zooals vóór den oorlog.
Mevrouw LAN DY'® ER-DE VISSER stelt voor de zaak aan te hou
den en een beter advies aan dokter Stroband te ragen,
Mevrouw BUNGENER-ODINOT zegt, dat het dan weer langer
zal duren, hetgeen zij zou betreuren. Doordat het advies in
de vorige vergadering niet behandeld kon worden, zijn veer
tien dagen verloopen, waarin geen melk verstrekt is kunnen
worden en juist in die periode hebben vele arbeiders slechts
de helft van hun normale inkck.on. gehad. Er wordt dan het
eerst bezuinigd op het eten, zeker op de melk, en daarvan
worden de kinderen de dupe. Daar dokter Strobanddie zijn
praktijk heeft, niet een-twee-drie de scholen zal kunnen na
gaan, zal het zomer worden voor hij een nieuw advies kan uit
brengen. Daarom hoopt spreekster, dat de Raad heden zal beslui
ten de melkverstrekking op de scholen op gang te brengen.
De heer HOM is niet tegen melkverstrekking, maar alvorens
daar vóór te stemmen, zou hij eerst een duidelijke uiteenzet
ting willen hebben, dat het inderdaad noodig is,
Mevrouw LANDWEER-DE VISSER zegt, dat zij daarom aanhouding
heeft voorgesteld. Voor dokter Stroband mogen alleen medische
motieven gelden en zijn standpunt, dat melkverstrekking niet
noodig is, behoort beter te worden gemotiveerd.
Mevrouw BUNGENER-ODINOT kan met het denkbeeld van Mevrouw
landweer accoord gaan, mits de grootst mogelijke spoed wordt
betracht
De wethouder VAN ZADELHOEE betwijfelt, of de heer Stroband
een zelfstandig onderzoek heeft ingesteld. Hij vermoedt, dat
■.<eze zich gebaseerd heeft op een niet lang ^:"lsden gehouden
onderzoek met betrekking tot de tuberculose, waaruit gebleken
is, dat de gezondheidstoestand der kinderen niet anders dan
gunstig genoemd kon worden. Melkverstrekking acht spreker op