De heer SCHAAPSMA vraagt, of de eigenaar de grond verkoopt onder het beding, dat het gebouw er komt De VOORZITTER deelt in antwoord op deze vraag mede, dat het de eigenaar bekend is, dat de grond overgaat naar Oorlog. De heer OOMS vraagt, of van de zijde der gemeente Zeist geen bezwaren zijn te vrezen tegen het stichten van een begraafplaats. De VOORZITTER deelt mede, dat de gemeente Zeist zich in beginsel met het aanleggen van een begraafplaats accoord heeft verklaard, terwijl de Burgemeester dezer gemeente aan spreker heeft medegedeeld, dat tegen de in tweede instantie gekozen grond zeker niet meer en zelfs nog minder bezwaar bestaat dan tegen de grond die men aanvankelijk op het oog heeft gehad. De heer SCHAAPSMA vraagt naar de verhouding tussen de grootte van de begraafplaats en het aantal inwoners van Soesterberg. De VOORZITTER antwoordt, dat voor een plaats als Soesterberg één hectare voldoende is, terwijl het terrein in kwestie zes hectare beslaat. De wethouder VAN DEN AREND deelt mede, dat

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1948 | | pagina 146