23.
avonduren aan heeft gewerkt. In verband met de tussen
B.B.B. en Meecrom ontstane strijd dringt echter de heer
De Goede bij de heer Schneider op spoed aan. Deze laatste
is wel de gehele dag op Gemeentewerken, maar hij is niet
meer met zijn volle aandacht bij zijn werk.
De heer CLEI.IENS vraagt, of dit de mening is van het
gehele College.
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt over de mening van
het gehele College te kunnen spreken, maar veel op Gemeente
werken komende, voelt hij het zo aan.
De heer KRTJIJFF acht het mogelijk, dat het systeem
van de heer Schneider het gehele nationale belang zal
dienen en gelooft dat dit systeem wel degelijk levens
vatbaarheid zal hebben. De Raad behoort daarom het
streven van de heer Schneider aan te moedigen. Deze heeft
initiatief getoond en wanneer hij er een deel van zijn
diensttijd aan heeft besteed, zou hij dit als een offer
willen zien, dat de gemeente ten algemenen nutte brengt.
Wanneer het systeem wordt goedgekeurd en tot bouwen wordt
overgegaan, zal het misschien mogelijk zijn de heer Schneider
een maand verlof te geven zonder salaris.
De heer SCHAAFSHA kan zich wel bij de redenering van
de heer Kruijff aansluiten, maar meent toch, dat de
gemeente van een ambtenaar moet vorderen, dat hij zijn
prestatie volledig ten bate van de gemeente levert. De
door de heer Kruijff voorgestelde oplossing is wellicht
de meest juiste. De heer Schneider zal in een onderneming
beter kunnen slagen dan bij bouw- en woningtoezicht te
Soest, zodat een ontslagaanvrage mag worden verwacht. Tot
dat moment moet de gemeente hem zoveel mogelijk tegemoet
komen, maar zo lang hij zijn volle ambtenaarssalaris ontvangt
moet hij zijn volle arbeid verrichten.
De wethouder VAR ZADELHOFF zegt, dat het nodig is