- 5 -
131
wezen. Ten aanzien van het door de heer de Bruin aangeroerde punt
zijn metingen verricht, maar de gemeente heeft er nog nietsnaders
over gehoord.
Mevrouw MUURLING-VOORT" JIS is blij, dat de Nederlandse Padvinders
de onder punt f in de voordracht vermelde renteloze geldlening kunnen
krijgen. Er zijn in Soest echter twee padvindersgroepen. Komt ook de
andere groep voor een deel van deze renteloze lening in aanmerking?
Voorts merkt spreekster op, dat het volgende jaar de N.P.V.
150 jaar bestaat. Haar is ter ore gekomen dat het hoofdkwartier de
diverse plaatselijke groepen heeft aanbevolen zich bij de gemeente
besturen aan te bieden voor het opknappen van karweitjes. Wil het
college een eventueel aanbod van de Soester Padvinders accepteren?
Deze jongelui zouden de bossen rondom het natuurreservaat, waar veel
dozen, schillen en ook gekapt hout verspreid liggen, keurig kunnen
opknappen voordat het toeristenseizoen begint.
De VOORZITTER deelt mede dat de renteloze lening van 3*000>-_
aan de Nederlandse Padvinders is verstrekt voor een bepaald object,
namelijk de bouw of vernieuwing van een clubhuis. Daarvoor hebben de
Nederlandse Padvinders een lening gevraagd en die heeft de raad toen
toegestaan.
Mevrouw MUURLING-VoorthuisWanneer de andere groep in verlegen
heid komt te zitten, kan zij dan een zelfde aanvrage tot de raad
richten?
De VOORZITTER!Vragen staat natuurlijk vrij. De raad moet dan
echter beslissen of deze aanvrage wordt ingewilligd.
De gemeente heeft een brief ontvangen, waarin diensten van pad
vinders voor eenvoudige werkzaamheden in de bossen ?/orden aangeboden.
B&W zullen bekijken, wat zij daarmede kunnen doen.
Hierop wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
225» Voorstel tot het onbewoonbaar verklaren van de woning Kerkpad Z.Z.
158 (1-1501).
De heer BROUWER merkt op, dat blijkens de voordracht de ont
ruimingstermijn op zes maanden is gesteld. Bestaat er kans dat de
woning inderdaad binnen zes maanden wordt ontruimd?
De VOORZITTER merkt op dat zes maanden de maxiumum termijn is,
die wettelijk mogelijk is. Hij gelooft echter niet dat er uitzicht
op bestaat, dat deze v/oning binnen zes maanden wordt ontruimd.
De heer BROUWER:Alleen bij verlenging van de ontruimingstermijn
kan dus een termijn van een jaar worden gesteld?
De VOORZITTER: Inderdaad, maar de eerste termijn kan maximaal
op zes maanden worden gesteld.
De heer HILHORST vraagt of het juist is dat een aanvrage is in
gediend om deze woning hersteld te krijgen.
Is het cb bedoeling het gehele pand af te breken of wil men enkel
het onderhavige onderdeel daarvan afbreken?
De VOORZITTER zegt dat het onderhavige pand is vastgebouwd aan
een ander pand. Het is echter van een geheel andere kwaliteit dan het
laatste pand en waarschijnlijk ook later gebouwd. Er is geen sprake
van onbewoonbaarverklaring van het pand, waaraan de onderhavige woning
is vastgebouwd.
De heer HILHORST meent dat beide panden één geheel vormen.
De VOORZITTER: Neen, de kwaliteit van beide panden is ook geheel
verschillend. Aanvankelijk is met de eigenaar overleg gepleegd over
herstel. De eigenaar achtte herstel echter dermate goed geld naar
kwaad geld gooien, dat hij daartoe niet bereid was. Het pand is
inderdaad zo slecht, dat het praktisch niet meer bewoonbaar is te
maken.
De heer HILHORST: Maar de bewoner zal hier toch node afstand
van doen.
- De -