- 9 december 1959 -
182.
ten aanzien van het werven van leden en donateurs, wordt de subsidie met
geen cent verminderd. Het gaat er eigenlijk alleen om, dat er voor 1960
voor 250,-- meer aan contributies e.d. komt. Gezien de prestatie van
de V.V.V. van het afgelopen jaar, moet toch worden aangenomen, dat dit
de V.V.V. zal gelukken.
De heer DE BRUIN vraagt,of de subsidie van de gemeente uitsluitend
is afgestemd op de contributies van de leden en niet op toevallige baten.
De VOORZITTER; Neen, zuiver op contributies en donnaties; niet
bij voorbeeld op inkomsten door de verkoop van de folder.
De heer VAN DEN AREND merkt op, dat de heer Elbertse hem zo
juist persoonlijk vroeg, of de V.V.V. aan de gemeente geen jaarstukken
moet overleggen. Naar aanleiding van deze vraag deelt spreker mede,
dat de V.V.V. wel degelijk de jaarstukken bij de gemeente indient.
Hierop brengt de voorzitter het voorstel van de heer van den Arend
om het raadsbesluit van 19 december 1957 niet te wijzigen, welk voorstel
wordt ondersteund door de heren Hom en Dijkstra, in stemming, waarna
het wordt verworpen met 10 tegen 8 stemmen.
Tegen hebben gestemd de leden: Klarenbeek, van Zadelhoff, Hil-
horst, mevrouw Polet-Muslervan Roomen, Grift, Oranje, de Bruin,
Brouwer en Pieren.
Voor hebben gestemd de leden; mevrouw van Goor-Cleton, Dijkstra,
Versteijne, Hom, mevrouw Muurling-VoorthuisKalden, van den Arend
en Elbertse
De uitslag van deze stemming houdt in, dat het bij dit volgnummer aan
de orde gestelde voorstel van B&fW is aangenomen.
Hoofdstuk XIII. Overige inkomsten en uitgaven.
Volgnr.742. Onvoorziene uitgaven.
Dit volgnummer wordt in verband met de nota van wijzigingen ver
minderd met 27.557,71,-- tot 12.544, 84 en vervolgens in verband
met het besluit tot het opnemen van een post voor een eventuele subsidie
aan het Collegium Musicum Ultrajectinum te Utrecht verminderd met
250, -- en uiteindelijk vastgesteld op f 12. 294, 84
Hoofdstuk XIV. Verrekeningen.
De heer PIEREN zegt, dat uit het jaarverslag van het I.Z.A. een
aanmerkelijk tekort blijkt. Is het mogelijk, dat de gemeenten en/of de
deelnemers worden verplicht in dit tekort bij te dragen in de vorm van een
na-heffing
De VOORZITTER deelt mede, dat de deelnemers daartoe niet kunnen
worden verplicht. De rechten en plichten van de deelnemers liggen vast.
Het nadelig saldo van het I.Z.A» wordt omgeslagen over de deelnemende
gemeenten. Dit tekort wordt ieder jaar aangezuiverd.
Vervolgens stelt de voorzitter aan de orde de inkomstenposten van
de begroting in engere zin.
Hoofdstuk V. Volkshuisvesting.
Volgnr.87. Leges voor bouwvergunningen.
De heer DIJKSTRA vraagt waaruit is te verklaren het grote ver
schil tussen hetgeen in 1958 is ontvangen en hetgeen voor 1959 en voor
1960 is geraamd.
De VOORZITTER: Dat hangt van het aantal werken af. De grote
post van 1958 is waarschijnlijk te danken aan de grote bouwwerken op het
vliegveld of bij het kamp van Zeist.
De kapitaaldienst geeft geen aanleiding tot het maken van op- of
aanmerkingen.
Vervolgens wordt de begroting in haar geheel, met inachtneming van
de aangebrachte wijzigingen, zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
De VOORZITTER wil, nu men aan het einde van de begrotings
behandeling is gekomen, de raadsleden hartelijk dankzeggen voor de
aandacht die zij aan de begroting hebben besteed, eerst tijdens het
afdelingsonder zoek en ook in deze openbare vergaderingen. Voorts
- dankt -
