-20 juli 1960
94.
De VOORZITTER acht het het beste het huurcontract in de
commissie openbare werken eens door te nemen. Dit zijn de eerste huizen
die geheel vrij komen te staan in een plantsoen en van alle kanten zichtbaar
zijn. Hij kan zich voorstellen dat het wenselijk is met betrekking tot deze
huizen de normale huurvoorwaarden eens te bezien. Wanneer dit in de com
missie openbare werken geschiedt, kunnen daar ook suggesties naar voren
worden gebracht.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
135. Voor stel tot verkoop van grond nabij de Hildebrandlaan aan de P.U.E.M.
N.V. met gelijktijdige verlening van een zakelijk recht (1-7945).
136. Voor stel tot het verlengen van de ontruimingstermijn van de woning Dorre-
steinweg 88 (1-1638).
137. Voor stel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de eerste inrichting
van de nieuwe lokalen van de R.K. u.l.o.-school, alhier (1-1639).
138. Voor stel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de aanleg van een
riolering in een gedeelte van de Laanstraat (1-1636).
139.Voorstel tot aankoop van:
a. grond, gelegen aan en nabij de Smitsweg van P.de Bruin Czn.(1-7950);
b. grond, gelegen op de Soester Eng van W.H. Blom (1-7948).
140.Voorstel tot verkoop van:
a. grond, gelegen nabij de Plasweg aan H.G.Geijsen (1-7952);
b. grond, gelegen aan de Lange Brinkweg aan P.C.Blom (1-7949).
141. Voorstel tot aankoop van een perceel grond van J. P. Matthijssen ten
behoeve van de v.g.l.o. school (1-7951).
142. Voorstel tot het verlenen van medewerking als bedoeld in artikel 72 van
de Lager-onderwijswet 1920 aan het bestuur van de Vereniging "De School
met den Bijbel" voor:
a. het aanschaffen van tuingereedschap (1-1641);
b. het aanschaffen van 200 sets en 6 klassebureaux met daarbij behorende
stoelen ten behoeve van de Savornin Lohmanschool (1-1643).
Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder discussie
en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
143.Voorstel tot onteigening van een perceel grond gelegen aan het le Wete
ringpad (1-7953).
De heer HILHORST zegt zojuist van mevrouw Polet te hebben
gehoord dat de volgende maand geen raadsvergadering zal worden gehouden.
Hij begrijpt daarom, dat het onderhavige punt in deze vergadering aan de
orde wordt gesteld. Met betrekking tot het voorlopige onteigeningsbesluit,
dat de raad op 16 maart heeft genomen, is gezegd dat de raad zich daardoor
tot niets bindt, want alvorens de procedure officieel zou worden ingezet,
zou de raad opnieuw een besluit moeten nemen, welk besluit binnen een
half jaar na het eerste besluit moet worden vastgesteld. De vergadering
op de derde woensdag in september zou derhalve net iets te laat zijn om
het definitieve onteigeningsbesluit te nemen.
Het onderhavige voorstel houdt in, dat de periode van 16 maart
tot heden niet voldoende is geweest om tot een vergelijk met de betrokkene
te komen. In deze raadsvergadering is evenals in de vorige wethouder
van Zadelhoff niet aanwezig, terwijl thans ook wethouder Oranje afwezig is.
Spreker weet niet of dit zijn oorzaak vindt in de hogere wethouderswedde.
Het is hem uiteraard niet bekend, waarin de wethouders deze verhoging
omzetten', In ieder geval is het een feit, dat in deze tijd de werkzaamheden
wat stroever verlopen dan in de andere delen van het jaar.
Het is voor spreker zeer moeilijk thans het definitieve onteige
ningsbesluit te nemen. Door dit besluit wordt B SW de gelegenheid gegeven
om, wanneer geen overeenstemming wordt bereikt, de onteigeningsprocedure
in te zetten.
Bij deze aankoop heeft men de moeilijkheid, dat op deze grond
een onbewoonbaar verklaarde woning staat. Deze onbewoonbaarverklaring
is in hoofdzaak geschiedt tengevolge van het uitwonen van het huis door de
vorige bewoners. De woning verkeert thans echter in een zodanige staat,
- dat -