- 12 juli 1961 - 158 a De wethouder VAN ZADELHOFF: Dit blijft u altijd houden. Zelfs wanneer een aannemer inschrijft op het bedrag dat men heeft begroot, weet men nog niet of het een werkelijk reële inschrijving is. Wat betreft de door de heer Dijkstra uitgesproken hoop, dat ge meentewerken nu opschiet, wijst spreker erop dat het hier in het geheel geen zaak voor de dienst gemeentewerken betreft, want dit gebeurt door het ingenieursbureau Dwars, Heederik en Verhey. De heer DIJKSTRA: Daar heeft u inderdaad gelijk in. Maar er blijft toch altijd nog wel iets voor gemeentewerken over. De heer HILHORST vraagt hoever men nu is met de aanleg van de Industrieweg. Worden de eventueel daarvoor te maken hogere kosten ook verdisconteerd in de toekomstige grondprijzen? De wethouder VAN ZADELHOFF wijst erop dat de Industrieweg is begrepen in het onderhavige voorstel. Hierop wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen, RONDVRAAG Mevrouw MUURLING-Voorthuis zegt, terugkomende op de kwestie van de loslopende honden, er toch niet voor te voelen de honden bij navolging van de verordening van Baarn de dupe te laten worden van de nonchalance van de eigenaars door de honden na een week af te maken. Kunnen ze dan niet naar het dierenasyl worden gebracht. Dit geeft de honden dan nog wel een kans door even te wachten of een nieuwe eigenaar zich a anmeldt, die beter op de hond zal passen. De VOORZITTER merkt op dat mevrouw Muurling wel enigszins vooruitloopt op een eventueel voorstel van het college. B&W hebben toege zegd zich op de hoogte te zullen stellen van het Baarnse systeem. Wanneer daar wat in zit, zullen de honden waarschijnlijk toch direct naar het asyl worden gebracht, omdat het waarschijnlijk niet mogelijk zal zijn ze bij ge meentewerken een week onder dak te brengen. Het asyl kan dan zien wat het met de honden doet. De heer HOM wijst op het huis aan de overkant van de Hervormde kerk, dat zou worden vernieuwd. Op het ogenblik staat de kelder ervan geheel open. Dit levert gevaar op; kinderen zouden daar wel eens in kunnen vallen. De VOORZITTER zegt dat de eigenaar van het huis, die naar hij meent elders woont, van de toestand op de hoogte zal worden gesteld. De heer PIEREN vraagt of het juist is dat het bedrijf van de lompen handelaar van Es aan de Sterrenbergweg te Soesterberg op last van de ge meente is gesloten. Zo ja, bestaat dan niet het gevaar dat thans de lompen, oude meubelen enz. zullen verhuizen naar de plantsoenen en de bossen? Men kan zeggen dat er in de omliggende plaatsen lompenhandelaren zijn, maar in Soesterberg heeft men nooit een andere lompenhandelaar dan de heer van Es gezien. De VOORZITTER merkt op dat het bedrijf van de heer van Es valt onder de Hinderwet. De heer van Es heeft een vergunning ingevolge de Hinderwet gehad, waaraan voorwaarden waren verbonden. Hij is die voor waarden niet nagekomen. Daardoor is een voor de gezondheid der omwonen den gevaarlijke situatie ontstaan. De heer van Es is aangeschreven aan de gestelde voorwaarden binnen een bepaalde termijn te voldoen. Dat heeft hij niet gedaan. Daarop heeft het gemeentebestuur het bedrijf gesloten. Daar tegen is de heer van Es in bercep gegaan bij de Kroon. Indian iemand in be roep gaat bij de Krcon wegens suiiting van zijn bedrijf, wordt die sluiting geschorst. De heer van Es heeft daar gebruik van gemaakt en heeft zijn - bedrijf -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1961 | | pagina 315