- 20 september 1961, 166, De heer BROUWER meent juist in verband met de ontruimings procedure er op te moeten wijzen, dat een kortgeleden geboren baby om hygiënische redenen niet in de onbewoonbaarverklaarde woning van de ouders mocht vertoeven. Op grond daarvan heeft het gezin kans gezien om binnen tien dagen een andere woning te krijgen. Het is weliswaar een voor deel dat deze woning werd ontruimd, maar het blijft toch eenmerkwaardig geval. Het gezin heeft vele malen de gelegenheid gehad om een andere wo ning te betrekken, doch heeft steeds geweigerd. Nu de jongste spruit niet thuis kan komen is men wel gedwongen te verhuizen. De VOORZITTER zegt dat het geval hem niet bekend is, maar dat een bewoner van een onbewoonbaarverklaarde woning na het verstrijken van de ontruimingstermijn er uit moet. Alleen indien er geen oplossing wordt gevonden, stellen B&W voor de ontruimingstermijn te verlengen, maar anders moet de bewoner de woning verlaten of wordt hij er - zoals ook al eens is voorgekomen - uitgezet. De heer BROUWER meent dat verlenging van de ontruimingstermijn niet heeft plaatsgehad. Er is een andere woning aangewezen, waarvoor de bewoner bedankt heeft. Het is dat kleine dingetje aan de Utrechtseweg. De VOORZITTER zegt dat de bewoner daarvan niets aangeboden heeft gekregen. Er wordt al jarenlang gepoogd een oplossing voor hem te vinden, maar die is er nog niet. Het voor stel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 200c Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet voor de aanleg van een riolering in de Rademaker straat aan beide zijden met bijkomende werken» De heer PIEREN verzoekt het college, in overleg met de rijkswater staat, de vraag te bezien of het mogelijk is, langs de Rademaker straat voetpaden aan te leggen. Het is in die straat voor winkelende huisvrouwen levensgevaarlijk, daar zij van het fietspad gebruik moeten maken, waarop ook bromfietsen rijden. Vooral op zaterdag is het er een noodtoestand. De heer D, DE HAAN acht het niet in het belang van de winkelstand wanneer de werkzaamheden worden uitgevoerd in een zeer drukke tijd. Hij verzoekt dit te doen geschieden in het late najaar of in het vroege voorjaar maar niet middenin de zomer. De heer KALDEN vraagt wanneer de Kampweg en de Postweg aan de beurt komen. De wethouder VAN ZADELHOFF deelt mede dat met de rijkswater staat wel overleg is gepleegd inzake het verkrijgen van een bijdrage, omdat het ook een regenwaterriolering is, maar weet niet of over het aanleggen van trottoirs overleg is gepleegd. Indien dit niet het geval is, zegt spreker gaarne toe dat het alsnog zal gebeuren. Daar het voorstel nog goedkeuring van gedeputeerde staten behoeft, zal het voor of na middenwinter pas kunnen worden uitgevoerd en zeker niet meer in de zomer. Het is overigens zeer goed mogelijk, zoals het destijds ook in de van Weedestraat is geschied, de rioleringswerkzaamheden zodanig te doen gebeuren, dat men behoorlijk de winkels in en uit kan, fampweg De yPosfcwog/is op het ogenblik nog niet het meest urgente punt, Postweg Over de Kampweg ,»komt in een van de eerstvolgende vergaderingen een voorstel in de raad. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, 201. Voorstel tot wijziging van de verordening op de openbare wegen, het openbaar water en de gemeentekade (tippelverbod). De VOORZITTER stelt voor het voorstel van de commissie voor de strafverordeningen in dier voege te wijzigen, dat het begin van het eerste lid van het voorgestelde artikel 43a (Het is degene, aan wie dit door de hoofdinspecteur van politie.,.) wordt gelezen; Het is degene, wie dit door de burgemeester - Spreker -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1961 | | pagina 331