- 15 november 1961 - 185.
De voorzitter doet spreker zojuist de suggestie om naast het
maken van bezwaar tegen opneming van het met een geblokte lijn aange
geven tracé van de rijksweg, hfet verzoek te doen het tracé over de Eng,
voorzover dit niet door de stedelijke bebouwingssfeer loopt, in het
randgebiedop te nemen. Hiermee wordt volkomen aan het bezwaar van
de heer Hilhorst tegemoetgekomen.
De heer HILHORST merkt op dat bij het indertijd gedachte
tracé over de Eng de weg ook voor een gedeelte door het polderland zal
gaan. Zou onderzocht kunnen worden de mogelijkheid om het desbetref
fende gedeelte van dit tracé ten zuiden van de bestaande rijksweg te
leiden
De wethouder VAN ZADELHOFF: Zonder kleerscheuren zullen
wij er toch niet afkomen.
De heer HILHORST: Niet geschoten is altijd misi
De wethouder VAN ZADELHOFF merkt op dat de heer Hilhorst
zelf reeds heeft gezegd dat het huidige tracé van de Birkstraat te smal
is voor een moderne verkeersweg. Men zal het dus altijd door de lan
derijen moeten zoeken. De enige manier om van de Eng in dit gebied
te komen is via het indertijd gedachte tracé. Wel zal worden nagegaan
of de weg enigszins kan worden omgelegd, ten einde in de Birk zo
weinig mogelijk "pijn" te doen. "Fijn" doet men echter altijd. De moge
lijkheid om de weg dwars door Soest-Zuid om te leggen, is al verschil
lende keren onderzocht. Een dergelijke oplossing is echter ondoenlijk,
omdat men dan niet met ongelijkvloerse kruisingen kan werken. Of men
zou de weg op "pootjes" door Soest-Zuid moeten leiden, hetgeen natuur
lijk een onmogelijkheid is.
De heer HILHORST zou de financiële consequenties van deze
laatste oplossing wel eens uitgewerkt willen zien. Het is in alle opzichten
veel voordeliger hier een weg aan te leggen dan ten noorden van de Birk
straat. Hij meent dat het hier zuiver een financiële kwestie betreft. De
andere moeilijkheden zijn tegenwoordig technisch wel op te lossen.
De wethouder VAN ZADELHOFFmeent dat het hier een - wel
iswaar belangrijk - detailpunt betreft, dat men zo rond de raadstafel
niet kan oplossen.
De VOORZITTER merkt op dat men vanavond het principe
van de weg over de Eng moet vaststellen. Daarbij moet het gemeente
bestuur verwijzen naar het eigen structuurplan. Dit plan is in Utrecht
bekend en bedoeld tracé staat daarop aangegeven. Zo wordt geen nieuw
element ingevoerd. Is de weg over de Eng er in principe, dan kan over
de rest later nog wel eens worden beraadslaagd.
De heer DE BRUIN is het met wethouder van Zadelhoff eens
dat de gemeente blij moet zijn met dit streekplan. Ook hij heeft gezegd
dat dit streekplan in principe noodzakelijk is. Ook bestaat er tussen hem
en de wethouder geen verschil over de ter-visie-legging. Spreker heeft
wel begrepen dat de gemeente in deze een soort van dubbelrol vervult.
De wethouder stelt dat de sportvelden ook buiten het bebouwde
gebied mogen komen. Dit is juist. In het rapport staat echter de eigenaar
dige voorwaarde, dat er dan wel een eenvoudige tribune, maar geen
kleedlokaal bij de sportvelden mag komen.
Over de toekomstige recreatie wordt in het streekplan zeer,
zeer weinig gezegd. Is het niet onlogisch dat in een boekwerk van om
streeks zeventig pagina's over het behoud van het natuurschoon, niets
wordt gezegd over de toekomstige functie van het betrokken gebied?
De heer HILHORST: Nu, niets?
De heer DE BRUIN: Praktisch niets.
Spreker is het volkomen eens met de opmerkingen van de heer
Hilhorst inzake het tracé langs de Lange Brinkweg. Als dit punt niet in
het bezwaarschrift wordt opgenomen, zou het wel eens heel snel te laat
kunnen zijn. - De -