26 januari 1 962
een stembureau op hetzelfde bedrag te bepalen dat de voorzitter
daarvan geniet, namelijk op 2.0,--
De VOORZITTER acht het juist het presentiegeld voor de
voorzitter van een stembureau op een iets hoger bedrag te handha
ven, omdat hij de verantwoordelijke man is Hij is niet alleen ver
antwoordelijk voor het behoorlijk noteren en administreren van de
stemmen, maar ook voor alles wat zich in het stembureau afspeelt.
Wanneer zich in een stembureau kwesties of moeilijkheden voor
doen, moet de voorzitter beslissen, terwijl hij ook moet zorgen voor
de orde in de stemlokalen. Het is goed dat deze speciale verant
woordelijkheid in de hoogte van de vergoeding tot uitdrukking komt.
Dat de leden het onaangenaam zouden vinden dat de voorzit
ter iets meer krijgt, gelooft spreker eigenlijk niet. In het stem
bureau waarin spreker zitting heeft, doet zich het omgekeerde
voor: de voorzitter krijgt niets en de leden ontvangen wel presentie
geld. Maar nooit heeft spreker het gevoel gehad dat daarbij schele
ogen te pas kwamen.
De leden van het stembureau als blijk van waardering een
hoger presentiegeld toe te kennen, lijkt sympathiek, maar principi
eel is het toch juister de voorzitter van een stembureau een hogere
beloning toe te kennen dan de leden, omdat daardoor zijn verant
woordelijke positie tot uitdrukking komt. Wanneer het presentiegeld
voor de leden zou worden verhoogd, zou dit ook met dat voor de
voorzitter moeten gebeuren.
Gezien de grote moeite die het heeft gekost om tot een slui
tende begroting te komen, waarbij ten aanzien van iedere post naar
een zo zuinig mogelijk beheer is gestreefd, acht spreker het niet
juist, bij deze post royaler te worden.
De heer DIJKSTRA is het met de voorzitter eens, dat het
presentiegeld voor een voorzitter van een stembureau hoger be
hoort te zijn dan dat voor de leden, maar hij vindt het totale be-
drag aan presentiegeld - 50, -- per bureau - toch wel zéér be
scheiden. Van des ochtends half acht tot des avonds zeven uur is
een lange ruk en met 15,-- wel erg karig beloond. Redelijker zou
het zijn de presentiegelden op 50, -- en 40, -- of op 40, -- en
30,-- te bepalen, al kunnen daartegen financiële bezwaren be
staan, waarbij de raad zich moet neerleggen. Maar de huidige be
loning is wel heel mager.
De VOORZITTER is het volkomen met de heer Dijkstra eens,
dat de beloning zeer mager is, maar zij moet niet uitsluitend wor
den gezien als een beloning voor verrichte arbeid. Zitting hebben
in een stembureau is een ereambt en het presentiegeld moet meer
worden gezien als een onkostenvergoeding bij het vervullen van een
vertrouwensfunctie ten aanzien van de verkiezingen. Men zou kun
nen tegenwerpen dat de voorzitter dezelfde onkosten heeft als de
leden, maar hij is nu eenmaal de voorzitter; zijn grotere verantwoor
delijkheid komt tot uitdrukking in de vergoeding.
De heer VAN DEN AREND is van oordeel dat wanneer het
lidmaatschap van een stembureau een ereambt is, alle leden ook
over één kam behoren te worden geschoren. Spreker stelt voor het
presentiegeld voor de leden van een stembureau, evenals dat voor
de voorzitter, te bepalen op twintig gulden.
De heer DE BRUIN acht de redenering van de heer van den
Arend, dat de leden een even groot presentiegeld moeten ontvangen
als de voorzitter, omdat zij het werk doen, niet juist. Volgens die
redenering zou ook een jongste bediende hetzelfde salaris moeten
hebben als de directeur. Het is de verantwoordelijkheid die wordt
betaald
- 52 -