20 november 1963.
De VOORZITTER: Wij liggen dus ruin 10% boven het landsgemid-
delde
Het stuk wordt voor kennisgeving aangenomen.
d. Controle-rapporten van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financiële
Adviezen der Vereniging van Nederlandse Gemeenten met voorstel deze voor
kennisgeving aan te nemen.
e. Schrijven van de heer J.K. de Bruin, penningmeester van het Comité 40-jaar
Vereniging Vrijwillige Brandweer d.d. 4 november 1963 houdende mededeling
in hoeverre een beroep is gedaan op de grantie van de gemeente met voorstel
dit voor kennisgeving aan te nemen.
f. Aanbieding begroting 1964 en financieel verslag over 1962 ingevolge artikel 16,
lid 4, van de gemeenschappelijke regeling opleidingsschool voor gemeentepo
litie te Wassenaar met voorstel deze voor kennisgeving aan te nemen.
Met betrekking tot deze stukken wordt besloten overeenkomstig het
geen daaromtrent door burgemeester ai wethouders is voorgesteld.
g. Schrijven d.d. 11 november 1963 van de heer R Schaatsber gen te Soest inzake
grondtransactie aan de Batenburgweg te Soesterberg met voorstel niet daarop
in te gaan en derhalve het reeds genomen besluit te handhaven.
De heer HILHORST zegt niet op de hoogte te zijn van dit schrijven.
Hij neemt aan dat dit voor meer raadsleden geldt. Misschien kan het schrijven
worden voorgelezen?
De VOORZITTER merkt op dat het hier om twee brieven gaat. In
de eerste plaats betreft het een brief van de heer Schaatsber gen aan het college,
met het verzoek om terug te komen op het besluit dat de raad in de vorige ver
gadering heeft genomen. Dat kan het college uiteraard niet doen. Voor het geval
het college op genoemd besluit niet terugkomt, heeft de heer Schaatsber gen ver
zocht een bijgevoegde brief ter kennis van de raad te brengen. Aangezien het col
lege niet aan het verzoek van de heer Schaatsbergen kan voldoen, wordt bedoelde
tweede brief thans de raad voorgelegd. Deze brief luidt:
"Het schrijven, afdeling I, nr.3266, d.d. 30 oktober 1963, van het
college van burgemeester en wethouders noopt ondergetekende uw raad nogmaals
te vragen zijn ver zoek - volgens zijn brieven 7478, 7501, 7505, en 7519 met bij
lage d.d. 6 mei 1963 - opnieuw welwillend te behandelen. Ondergetekende za.1
het zeer op prijs stellen wanneer uw Raad in deze een duidelijk standpunt in
neemt en gunstig zou willen beschikken op zijn volgende verzoeken.
1 Her uitzetting van de aan ondergetekende reeds overgedragen 3000 m2 grond
met behoud van de voor-erfscheiding, maar op basis van een nieuwe zij-erf-
scheiding waarbij het belendende perceel overal dezelfde breedte krijgt, als
destijds voor de grondbreedte aan de weg is vastgesteld, namelijk 30 meter,
langs de weg 34 meter."
(Dit betreft dus de ook in de vorige raadsvergadering ter sprake gekomen
kwestie, dat de heer Schaatsbergen de zijscheiding zodanig veranderd wenst
te zien, dat hij in totaal meer grond krijgt. De raad heeft daarentegen beslo
ten de zijscheiding zodanig te veranderen, dat weliswaar een rechthoekig stuk
wordt verkregen, maar de totale oppervlakte gelijk blijft. Het wordt dan een
ruiling van twee driehoekjes).
'2Ingebruikneming door ondergetekende van het aldus ontstane driehoekige stuk-
ie grond groot plm.425 m2 dat momenteel buiten de eigendom van hem valt,
opdat met de bouw van het bedrijf vóór 1 januari a.s. een aanvang kan wor
den gemaakt, (brief afd.I, nr.3266).
"3a. Verkoop van het aangrenzende perceeltje aan de andere zijde van de eigen
dom van ondergetekende voor de bouw van een bedrijfswoning, voor dezelfde
prijs per meter als het bedrijfsterrein en op het tijdstip dat het bouwwerk
voor de filmdrukinrichting glas- en waterdicht is."
(Dat betreft de hoek van de Batenburgweg en de van Weerden Poelmanweg.
Daarom heeft de heer Schaatsbergen indertijd reeds gevraagd. Naar aanlei
ding daarvan heeft men gezegd, dat eerst moest blijken dat de plannen voor
de bouw van het bedrijf serieus zijn.
- 158 -