1 2 juni 1 963
Het stuk wordt aangenomen voor kennisgeving,
De heer DE BRUIN merkt op dat op 1 juni namens de heer Kretz een
stuk is binnengekomen, gericht aan de raad van de gemeente Soest. Waarom is dit
stuk niet bij de ingekomen stukken vermeld?
De VOORZITTER zegt dat dit stuk te laat is ingekomen om nog op de
lijst van ingekomen stukken vermeld te worden. Was dit nog wel mogelijk geweest,
dan was toch voorgesteld het stuk te stellen in handen van burgemeester en wethou
ders om preadvies Nu kan het stuk in de volgende raadsvergadering direct met het
preadvies aan de orde worden gesteld.
De heer DE BRUIN merkt op dat er ten aanzien van deze kwestie
reeds vier afwijzingen van burgemeester en wethouders zijn Hij gelooft daarom
niet, dat het college nog zoveel dingen heeft te bekijken.
De VOORZITTER: Maar het moet toch klaar worden gemaakt.
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt dat de kwestie heel eenvoudig
is. De betrokkene vraagt iets, dat op grond van het uitbreidingsplan niet mogelijk
is Dat: kunnen burgemeester en wethouders niet inwilligen. En naar sprekers oor
deel kan de raad dat evenmin doen.
De heer DE BRUIN: Goed, maar het is een aan de raad gericht stuk.
De VOORZITTER: Het komt ook in de raad.
Vervolgens deelt de VOORZITTER mede nog een stuk aan de orde
te willen stellen. Dit betreft echter niet een aan de raad, doch een aan het college
gericht stuk. De fractievoorzitters hebben daar een afschrift van ontvangen. Spre
ker is hierover benaderd door mevrouw Polet-Musler en later nog door een ande
re fractie Het lijkt hem daarom goed de raad in de gelegenheid te stellen over
dit stuk te discussiëren, hoewel het dus niet aan de raad is gericht,
Het stuk is afkomstig van de huurders van het kampeerterrein in
Soestdumen Deze geven uiting aan hun verontrusting over een door hen ontvangen
brief van burgemeester en wethouders, waarin staat dat zij over twee jaar geen
gelegenheid meer zullen krijgen het terrein te huren. Het college heeft de adres
santen nog niet geantwoord, omdat het bekend was dat in de raad belangstelling
voor deze materie bestaat. Burgemeester en wethouders hebben daarom deze
raadsvergadering willen afwachten, alvorens het antwoord te laten uitgaan.
Bij de behandeling van de begrot mg is ter sprake gekomen de kwes
tie van de liquidatie van het kampeerterrein in Soestduinen De heer Hom heeft
toen een lans voor dit terrein gebroken en bepleit niet tot liquidermg daarvan over
te gaan Het college heeft daarop gezegd dat het bestaan van dit kampeerterrein in
strijd is met de richtlijnen van het streekplan De Utrechtse Heuvelrug en dat de
gemeente loyaal moet medewerken aan de uitvoering van het streekplan. Er is
toen ook gezegd: Laten wij dit terrein niet hals over kop liquideren, maar een uit
stervingssysteem toepassen. Daarbij is genoemd een termijn van twee jaar. Nu
heeft het college een brief laten uitgaan aan de kampeerders om hen erop te voor
te bereiden, dat het kampeerterrein in Soestduinen een aflopende zaak is Spreker
gelooft dat deze brief misschien iets te positief is uitgevallen. Over die twee jaar
zou namelijk nog wel eens gesproken kunnen worden. Die twee jaar zijn ook in de
raadsvergadering genoemd en op grond daarvan zijn ze in de brief aan de kam
peerders gekomen.
Het college heeft echter besloten geen kampeervergunningen meer
af te geven aan nieuwe mensen en degenen die het vorig jaar op het kampeerter
rein hebben gestaan, nog een paar jaar gelegenheid te geven daar te blijven staan.
Het is onmogelijk in dit gebied van de Utrechtse Heuvelrug een
nieuwe kampeerterrein te creëren, omdat het streekplan zich daartegen verzet.
Daarover bestaat natuurlijk verontrusting. Dit is echter niet alleen het geval bij
de mensen die het geluk hebben gehad het vorig jaar op het terrein in Soestduinen
te kunnen staan Achter deze mensen staan natuurlijk duizenden anderen Dat be
treft echter een probleem dat men in Soest niet kan oplossen. Dit probleem van
het "tweede huis" kan waarschijnlijk geheel Nederland niet oplossen, wil men niet
alle aanwezige natuurterreinen versnipperen.
- 78 -