16 september 1964.
187 (14) Voorstel tot wijziging van de gemeente- en bedrijfsbegrotingen voor het
dienstjaar 1963.
De VOORZITTER deelt mede dat de financiële commissie hier
mede akkoord gaat, met dien verstande dat één lid van deze commissie
zich zijn stem wenst voor te behouden.
De heer DE BRUIN: Mijnheer de voorzitter, ik trek het door
mij gemaakte voorbehoud bij dezen gaarne in.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aan
genomen
188 (15) Voorstel tot aankoop van grond:
a. gelegen nabij de Eigendomweg van J.H. Hoogeveen.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
b. gelegen nabij het Oude Grachtje en op de Eng van J. de Bruin.
De VOORZITTER deelt mede dat in het bij dit voorstel be
horende concept-besluit het gestelde onder 1.1, als volgt is gewijzigd:
"De gemeente is verplicht uiterlijk 1 november 1964 een be
drag van vijftigduizend gulden op rekening van de koopsom te betalen."
De heer HILHORST merkt op dat deze voordracht nogal uit
voerig is besproken in de vergadering van de commissie grondbedrijf en
uitbreidingsplan, omdat de bij die gelegenheid voorgelegde bescheiden he
lemaal niet in overeenstemming waren met het thans voorliggende con
cept-besluit. In deze commissie werd dit betreurd. Een en ander was wel
iswaar te wijten aan ziekte bij het personeel, doch dit neemt niet weg dat
het onjuist moet worden geacht dat voorstellen als het onderhavige de raad
bereiken op een wijze als thans is gebeurd.
Toen de raad enige tijd geleden de aankoop van het perceel
van de heer Goppel behandelde, bleek het nodig de taxateur nog voor de
raadsvergadering uit te nodigen. (Spreker betreurt het vandaag de dag nog
dat die zaak aldus moest worden afgehandeld). Men had toen nl. de over
tuiging dat de betrokkene het toch wel zeer handig had gespeeld. Men zal
zich herinneren, dat toen bleek dat desondanks de gehele raad achter die
zaak stond, door spreker uitdrukkelijk is gesteld, dat hij hoopte dat de
gemeente in de toekomst niet met twee maten zou meten.
Laat men nu hetgeen van de heer J. de Bruin ware te kopen
eens vergelijken met het perceel dat indertijd van de heer Goppel is aan
gekocht. De behuizing op het terrein van de heer J. de Bruin kan in verge
lijking met de destijds in het geding zijnde onbewoonbare krotten van de
heer Goppel een villa worden genoemd. Men vergelijke ook eens de opper
vlakte van de grond die thans wordt ingebracht met die welke ten aanzien
van de aankoop van de grond van de heer Goppel in het geding was.
Aan de andere kant, zo zegt spreker, wordt het verschil
slechts gevormd door de kippen waarvan mevrouw Muurling dacht dat wij
ze zouden bekomen, omdat we er 27,50 per stuk voor betaalden. Het zal
mevrouw Muurling achteraf echter wel zijn gebleken, dat zij geen kip
kreeg. Spreker heeft bij de door hem bedoelde gelegenheid gesteld: Dezelf
de maatstaf moet ook in het geding komen bij andere aankopen. Thans feli
citeert hij de gemeente met de onderhavige aankoop, maar tegelijkertijd
condoleert hij de verkoper met het zover onder de werkelijke waarde lig
gende bedrag waarmede deze genoegen heeft te nemen. Hij meent werke
lijk dat men, wil men geen moeilijkheden krijgen bij verdere aankopen, de
zuivere agrariërs moet behandelen gelijkwaardig aan degene die uit specu
latieve overwegingen bij tijd en wijle een kippenfarm opricht.
In het onderhavige geval heeft de betrokkene zelf ingestemd
met hetgeen thans wordt voorgesteld. Dit is de tweede maal dat spreker
gaarne een correctie zou aanbrengen in hetgeen door een betrokkene zelf
is aanvaard. Die is nlook het geval geweest ten aanzien van de heer Bos
man
- 142 -
