18 november 1964.
De beide prijsopgaven hadden n.1. betrekking op oliestook.
Het is erg moeilijk om op dit moment voor bedoelde centrale verwarming
een afgerond bedrag te noemen.
Spreker zou de raad daarom op dit moment willen vragen een principebe
sluit te nemen, in die zin dat men ermede akkoord gaat, dat hetgeen vast
kan worden besteld, inderdaad wordt besteld en dat de raad in een volgen
de vergadering de juiste desbetreffende bedragen zullen worden voorgelegd.
Nu kan reeds worden medegedeeld, dat een kostenberekening leert, dat de
vaste kosten van deze verwarmingsinstallatie per woning 230,17 oftewel
rond 4,50 per week zullen bedragen. Dit bedrag blijft binnen het hier
voor door de regering gestelde raam: de vaste kosten van centrale verwar
ming moeten liggen beneden de 30% van de huur. De huur van de betrokken
woningen zal waarschijnlijk rond 16,a 18,-- per week bedragen.
Het brandstofverbruik wordt berekend op 135,per woning per jaar
oftewel bijna 2,75 per week. Dit blijft dus alleszins binnen aanvaard
bare grenzen. De totale vaste en geschatte variabele lasten zullen per
woning 365,per jaar oftewel rond 7,-- per week bedragen.
De heer DIJKSTRA vraagt om hoeveel verwarmingspunten het hierbij gaat.
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt dat de opgave van het Baarns Verwarmings-
bedrijf n.v. betrekking heeft op de verwarming van alle ruimten in de
woningen
De heer DIJKSTRA: Dat is dan zeer voordelig.
Het door de wethouder Van Zadelhoff geformuleerde principebesluit wordt
hierna zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Hierna sluit de VOORZITTER, te 21.20 uur, de vergadering.
Aldus vastgesteld in de openbare ver
gaderingen van 20 januari 1965.
De secretaris
De voorzitter
- 191 -