2 december 1964. bevestigend beantwoorden, omdat hij niet precies weet hoe de bouwstroom wordt opgezet. Toch gelooft hij, dat de heer Hom te dezen volledig aan zijn trekken zal komen, aangezien de woningwet bouw in het westelijke ge deelte van dit plan is geconcentreerd en het de bedoeling is om zoveel mogelijk juist in het westelijke gedeelte te beginnen en de bouwstroom vervolgens naar het oosten te laten uitlopen. Spreker vraagt zich af, of de heer Oranje wel goed de samen stelling en de werkwijze van een bouwteam als het onderhavige heeft be grepen. Het gaat hierbij om een op elkaar afstemmen van de mogelijkheden van de bouw, van de eisen die de architect stelt en van de economische kant van de zaak (ten aanzien waarvan het bureau Berenschot natuurlijk de vinger aan de pols houdt)Het in deze opzet verkregen samenspel loopt nu reeds bijna een jaar en de eerste resultaten hiervan heeft men als ge meentebestuur begin september voor zich gekregen. Dit alles is het uitvloeisel van de vraag van de N.V. Coördi- natiebouw, of zij het bouwplan met betrekking tot de Eng I eens zou mo gen laten doorlichten door het raadgevend bureau Berenschot, teneinde na te gaan of hieruit een efficiënt bouwplan zou zijn te ontwikkelen. Dit bleek niet mogelijk. Daarna is door de architect en het bureau Be renschot naar een totaal ander systeem geroeid, waarbij men uiteindelijk tot een zeker gegeven kwam, n.1. tot een woningtype van 7,5 m breedte en 10 m diepte voor wat betreft de woningwetsector en 11 m diepte voor wat de andere sectoren betreft. Het voordeel van dit systeem is, dat men een betrekkelijk vrije keuze heeft bij de indeling van de woningen voor wat betreft de plattegrond. In de gegeven breedte kan men verschil lende ruimten maken, aangepast aan de eisen ten aanzien van de woningwet en premiebouw zowel als aan de wensen van de bewoners. Als antwoord aan mevrouw Polet zegt spreker, dat in de toekomst natuurlijk een andere combinatie een kans zou kunnen krijgen. Men heeft in Soest nog terreinen ten aanzien waarvan men nog niet beschikt over een goedgekeurd uitbreidingsplan en ten aanzien waarvan de gemeente heel goed door andere combinaties met voorstellen zal kunnen worden benaderd. Uit een oogpunt van de gemeentefinanciën hoopt spreker in dit verband, dat er nu zo spoedig mogelijk een uitspraak van de Kroon komt ten aan zien van het uitbreidingsplan Eng II. Het is met het oog op de gemeente- financiën en gegeven het leningsplafond te hopen, dat de gemeente dan weer eens wat gronden zal kunnen verkopen. De heer ORANJE constateert met een zeker genoegen, dat het standpunt dat de heer Berkelbach van der Sprenkel in feite inneemt (heeft spreker hem goed begrepen, dan vertolkte de heer Berkelbach van der Spren kei de mening van zijn gehele fractie), niet zo heel ver is verwijderd van het standpunt dat door de V.V.D.-fractie wordt ingenomen. De heer Ber kelbach van der Sprenkel heeft zich alleen laten imponeren door de vrees, dat door het blijven innemen van een ander standpunt dan dat van het col lege de zaak anderhalf jaar achterop zou geraken. Hierin ligt naar spre kers gevoel het kernverschil tussen de opvatting van de heer Berkelbach van der Sprenkel en zijn opvatting. Hij kan n.1. nog niet geloven, dat dit de ontwikkeling van zaken anderhalf jaar achterop zou brengen. Er wordt immers niet alleen in Soest gebouwd; er wordt in alle mogelijke ge meenten in geheel Nederland gebouwd. In allerhande gemeenten wordt ook in grotere complexen gebouwd. Dit houdt in, dat er ondernemers zijn aan wie die grotere complexen naar het oordeel van de betrokken gemeentebesturen kennelijk wel kunnen worden toevertrouwd. De wethouder Van Zadelhoff heeft mevrouw Polet zojuist de toe zegging gedaan, dat er in de toekomst bij de woningbouw in Soest wel de gelijk andere combinaties zullen kunnen worden ingeschakeld. - 207 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1964 | | pagina 208