15 juni 1966.
Die circulaire is alleen maar een soort van beginselverklaring. Praktisch
hebben wij daar niets aan.
De heer ELBERXSE heeft begrepen dat in de circulaire van de mi
nister van binnenlandse zaken als werken die prioriteit genieten worden
genoemd: de onder handen zijnde werken en de z.g. pipe-line-gevallen.
Spreker gelooft dat het goed zou zijn als het gemeentebestuur van Soest
er achter tracht te komen wat men onder deze pipe-line-gevallen verstaat,
met andere woorden: hoe hier dergelijke gevallen kunnen worden opgerakeld
of gecreëerd. Hij dacht dat men dan een methode zou hebben om aan geld te
komen. Naar zijn wijze van zien is o.a. de bouwstroom van 850 woningwet
woningen een pipe-line-gevalHij gelooft dat hiermede een begin moet
worden kunnen gemaakt, wil men ooit uit de woningnood komen.
De VOORZITTER heeft hoop dat de financiering ten aanzien van
de door de heer Elbertse genoemde bouwstroom wel zal gelukken.
In meer bedoelde circulaire van de minister staat:
"Ten einde in staat te zijn de dreigende situatie zo goed mogelijk het
hoofd te bieden, zijn mijn ambtgenoot en ik voornemens bij de toewijzing
van leningen in het kader van de centrale financiëring nog meer dan tot
dusverre" (spreker weet niet waarop dit "nog meer dan dusverre" slaat)
"voorrang te geven aan consolidatie" (wat dit betreft heeft de gemeente
één lening verkregen, n.1. die waarop agendapunt 17 betrekking heeft)
"en pipe-line-financiering, hetgeen betekent dat voor nieuwe investeringen
althans zolang de huidige gespannen situatie op de geld- en kapitaalmarkt
duurt, minder kan worden beschikbaar gesteld dan aanvankelijk verwacht
werd"
Dit is eigenlijk alleen maar een soort van beginselverklaring van de mi
nister, waarmede eigenlijk alleen maar wordt bedoeld te zeggen, dat de
gemeenten maar niet te veel moeten verwachten. Spreker weet niet wat er
ten aanzien van de pipe-line-financiering precies zal gebeuren. Hij neemt
aan dat gedeputeerde staten zullen moeten worden ingeschakeld om de minis
ter te adviseren, welke pipe-line-financieringen in aanmerking komen.
De heer ELBERTSE: Zou het geen aanbeveling verdienen om een
beetje druk uit te oefenen op gedeputeerde staten
De VOORZITTER:Die zijn van de situatie volkomen op de hoogte.
Met hen heeft heel geregeld contact plaats over de financieringsmoeilijk
heden en wij ondervinden van hen alle steun.
De heer DIJKSTRA begrijpt uit het antwoord van de voorzitter
dat het gemeentebestuur weliswaar zoals altijd het opmaken van een urgen-
tielijst volkomen in de hand heeft (hetgeen eigenlijk gebeurt bij het
vaststellen van de begroting, waarbij blijkt wat de raad wel of niet ur
gent vindt), doch dat het gemeentebestuur geen enkele praktische invloed
kan uitoefenen op de prioriteit waarmede alle desbetreffende objecten wor
den uitgevoerd. Spreker vraagt zich af of het college niet een gaatje ziet
dat de mogelijkheid biedt om langs informele weg meer de hand te hebben
in de bepaling van deze prioriteit, die nu door de minister volkomen in
de hand is genomen. Hij denkt hierbij aan een methode waarbij de gemeente
Soest de minister, hetzij via gedeputeerde staten, hetzij rechtstreeks,
laat weten, welke objecten zij graag het eerst voor uitvoering in aanmer
king zou zien komen, omdat anders de prioriteiten volkomen uit de lucht
komen vallen. Hij acht het waarschijnlijk dat het college hierop thans
niet concreet kan antwoorden. Hij laat het echter graag aan de vinding
rijkheid van het college over om ondershands een weg te vinden waarbij
wordt voorkomen, dat de minister voor het ene vaste financieringsmiddelen
beschikbaar stelt, terwijl het gemeentebestuur liever zou hebben gezien dat
die middelen beschikbaar werden gesteld voor het andere.
118