15 december 1966,
niet
edoe-
rom start
voor-
[erd om
jfd naar
ïklijk
lad kunnen
van de
254(3) Voorstel tot vaststelling van het getal wekelijkse lesuren vakonderwijs
aan de openbare scholen voor g.l.o. en u.l.o. voor het jaar 1967.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Volgnummer 470.
Bij dit volgnummer stelt de voorzitter aan de orde punt 2a van
de agenda
255(2a) Voorstel tot vaststelling van een bedrag per leerling voor het jaar 1967
als bedoeld in artikel 55bis van de Lager-onderwijswet 1920 voor het g.l.o.,
v.g1oen u.l.o.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Volgnummer 512.
Bij dit volgnummer stelt de voorzitter aan de orde punt 2b van
de agenda
255^2b) Voorstel tot vaststelling van het bedrag per leerling voor het jaar 1967
als bedoeld in artikel 34, lid 4 van het besluit buitengewoon lager onder
wijs 1949 voor het b.l.o.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
De heer DE GROOT zegt dat met betrekking tot volgnummer 546 in
de afdeling vragen zijn gesteld. Burgemeester en wethouders hebben geant
woord, dat er weliswaar niet minder gebruik wordt gemaakt van de school-
melkvoorziening op de lagere scholen, doch dat het lager geraamde bedrag
zijn oorzaak vindt in het feit dat een extra subsidie ingevolge een raads
besluit van 18 december 1963 is vervallen.
Hoe gaat het op het ogenblik met de schoolmelkvoorziening?
Uit het antwoord van burgemeester en wethouders blijkt, dat de deelname
aan de schoolmelkvoorziening niet is teruggelopen. Verdient het geen aan
beveling - ook al uit een oogpunt van bevordering van de volksgezondheid -
om het gebruik van melk voor schoolgaande kinderen van gemeentewege te
propaganderen en desnoods beter te financieren?
De wethouder DE HAAN zegt dat voor de schoolmelkvoorziening door
de plaatselijke commissie bonnen worden uitgegeven tegen een bepaalde
prijs. Wanneer de melkprijs tussentijds een paar maal omhoog gaat, kunnen
niet ineens alle bonnen worden ingenomen en nieuwe bonnen (tegen een ho
gere prijs) worden uitgegeven. Dat is namelijk een bijzonder dure zaak.
Wanneer iets dergelijks in één jaar een paar maal gebeurt, krijgt men
een prijsschommelingAan de bonnen moet men daarom in verband met de
daarop staande prijzen niet te grote waarde hechten. Als op een gegeven
moment de prijs 57 cent is en op de bonnen staat 55 cent, dan is er een-
nadelig saldo. Dat kan later, als de bonnen op 60 cent zijn gebracht en
de melkprijs 59 cent bedraagt, weer ten dele worden ingelopen. Maar ook
dat is maar van korte duur, als de melkprijs wéér hoger wordt.
De deelname aan de schoolmelkvoorziening is niet groter gewor
den. De openbare scholen nemen allemaal deel. Bij de bijzondere scholen
hebben de schoolbesturen uiteindelijk de beslissing of al dan niet aan
de schoolmelkvoorziening zal worden deelgenomen. Van de zijde van het school-
melkcomité is een paar maal op de schoolbesturen aandrang uitgeoefend om
de mogelijkheid tot deelname aan hun scholen te openen. Maar dat stuit
dan dikwijls o.a. op bezwaren van het onderwijzend personeel. De gemeente
heeft geen enkele bevoegdheid om een schoolmelkvoorziening op de bijzon
dere scholen er door te drukken. Hoogstens kan opnieuw enige aandrang op
de schoolbesturen worden uitgeoefend. Ook de openbare kleuterscholen
zijn bij de schoolmelkvoorziening aangesloten.
De heer DE GROOT zegt dat ter bevordering van de gezondheid van
de jeugd de schoolmelkvoorziening warm in de belangstelling van de besturen
- 275 -
it
:e
twoord
ai-
aan-
i jn
och-
11e
•ide-
sn
;aan.
t gaat
punt
n
4 hoe-
men
delijke
zake
Lgens
ri ge-
g plaats-
oepen.
n. Dit
iwerken.
l, dan
vendien
jven
m goede
jenoe-
rden
am niet