16 maart 1966. berg De heer ORANJE kan zich voorstellen dat op een gegeven moment verkeersoverwegingen aanleiding kunnen zijn voor het weigeren van ontheffing voor een benzine-installatieSpreker meent echter dat hiervan in het onder havige geval nauwelijks sprake is en hij vraagt zich in dit verband af of men iemand die voor eigen risico een benzine-opslagplaats met pomp wil heb ben in zijn vrijheid moet beperken. Mevrouw POLET-Musier vraagt of het college bereids een verzoek heeft bereikt om ontheffing te verlenen voor het plaatsen van een benzine pomp voor het eigen bedrijf van betrokkene op een meer naar achteren gele gen terrein. De wethouder HILHORST Als hij dat vraagt, kan hij het krijgen.' De heer PIEREN verzoekt het college, ervoor te waken dat er langs de Postweg niet allerlei te repareren auto's worden geparkeerd. Langs de Montgomeryweg bij 't Zwaantje staan soms wel tien tot twintig caravans geparkeerd. Spreker zou het op prijs stellen als ten aanzien van de Postweg een dergelijke situatie werd voorkomen De VOORZITTER meent dat het gemeentebestuur ten aanzien van de benzine-pompen een nogal streng beleid moet voeren. Bijna elke week komt er een verzoek binnen van iemand die een benzine-pomp voor zijn huis wil plaatsen. Het college is van mening, dat openbare benzine-pompen alleen maar daar behoren te worden geplaatst waar de stedebouwkundige situatie dat toelaat, waar het verkeer erom vraagt enz. en dat moet worden voorkomen dat iedereen die een bedrijf heeft dat iets met motorvoertuigen heeft te maken, een benzine-pomp voor zijn deur zet onder het motto: Dan verdien ik meteen ook nog wat aan toevallige passanten die benzine nodig hebben. In het onderhavige gevaldat een normaal woonperceel op een smal perceel grond betreft, is de stedebouwkundige situatie bepaald niet zo, dat zonder schade een benzine-pomp kan worden geplaatst op de plaats waar de aanvrager haar wil plaatsen. De Postweg wordt voor enorm veel geld helemaal in orde gemaakt. Hiermede laat zich niet rijmen dat in een voortuintje een dubbele benzine-pomp wordt geplaatst die alleen via de berm en het voetpad bereik baar is. Er staan al enige benzine-pompen aan de Postweg en het is niet nodig dat de bewoners van de Postweg, die helemaal geen achterland heeft, een geweldig grote keuze uit pompen hebben. Kortom: Noch de stedebouwkundige situatie noch de behoefte aan benzine-pompen doet in dit geval het verlenen van de gevraagde ontheffing gewenst zijn. Spreker ontraadt de raad derhalve met grote klem de gevraagde ontheffing te verlenen. Iets anders is dat de betrokkene natuurlijk in de gelegenheid moet zijn om voor zijn eigen bedrijf een benzine-opslagplaats en een benzine-pomp te plaatsen. Maar die pomp behoeft dan niet vóór het erkertje van zijn wo ning in de voortuin te staan; die kan veel beter geplaatst worden bij zijn bedrijfsruimte achter op zijn terrein. Voor het plaatsen van benzine-pompen op achterterreinen heeft het gemeentebestuur herhaaldelijk ontheffing ver leend. Een dergelijke aanvrage is in het onderhavige geval nog niet binnen gekomen, maar het is natuurlijk mogelijk dat na het weigeren van de gevraagde ontheffing, alsnog een aanvrage voor het plaatsen van een pomp op het achter terrein zal worden ingediend. Er bestaat een verordening waarmede het door de heer Pieren gesig naleerde euvel wel enigszins in de hand kan worden gehouden. Spreker zal de politie vragen hieraan aandacht te schenken. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 60(15)Voorstel tot wijziging van de gemeentebegroting 1965 (overschrijving kredieten), 61(16)Voorstel tot inbrengen van grond in het grondbedrijf. (i 62(17)Voorstel tot verhuur van een perceel grond aan de buurtvereniging Oranje te Soesterberg. - 58 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1966 | | pagina 59