21 juni 1967. De wethouder HILHORST: De gemeente behoeft de aanleg inderdaad niet te betalen. De heer WESTRADan ben ik tevreden. De heer DIJKSTRA leest in het ontwerp-besluit dat "Het Middenstands huis" het onderhoud van de strook in onderling overleg met "de andeie zake lijk gerechtigden" zal moeten regelen. Vervolgens vraagt spreker wat wordt bedoeld met "de anderezakelijk gerechtigden" en of het niet beter is om deze woorden te vervangen door "de andere rechthebbenden". De VOORZITTER zegt dat ook de P.U.EM., mevrouw Schadewijk en de heer van der Linden ter plaatse hetzelfde zakelijke recht van overpad heb ben, dat de gemeente de grond beschikbaar stelt en dat deze betrokkenen dan maar met elkaar het onderhoud moeten regelen. De heer DIJKSTRA: Ik heb begrepen dat het om de toegang tot twee garages gaat. De VOORZITTER: Ja, maar er is al een zakelijk recht voor nog een garage en voor het P.U.EM.-huisje. Dit zijn allemaal zakelijke rechten ten laste van dit weggetje van de gemeente en ten bate van de omliggende per celen. De P.U.E.M. heeft hier bovendien het recht van kabel leggen. De heer DIJKSTRA: Gesteld zou kunnen worden, dat hier ook per soonlijke rechten in het spel zouden kunnen zijn - waarbij ik denk aan de huurders van die garages - en dat kan men ondervangen door de terminologie "de andere rechthebbenden", maar ik maak hiervan geen gewetenskwestie. De VOORZITTER: Met "zakelijk gerechtigden" beperkt men het iets. De heer DIJKSTRA: Ja, maar mensen die een te bouwen huis zouden huren en een van deze garages erbij, zouden hiervan geen gebruik kunnen maken De VOORZITTER: Die kunnen er wel gebruik van maken, maar de zake lijk gerechtigden - de eigenaars van de garages - moeten ook het onderhoud regelen. De heer DIJKSTRA: U wilt het dus beperkt houden zoals het hier staat De VOORZITTER: Inderdaad. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 145(19) Voorstel tot het wijzigen van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1966. De VOORZITTER deelt mede dat van de financiële commissie het vol gende bericht is ingekomen: "De financiële commissie gaat hiermede akkoord. Eén lid verzocht voortaan de extra afschrijvingen ook in het voorstel te vermelden." De heer WESTRA merkt op dat in dit voorstel ten aanzien van een groot aantal posten een toelichting wordt gegeven, dat daarbij soms in bijzonderheden wordt afgedaald tot 0,60, doch dat het ook enige posten omvat ten aanzien waarvan totaal geen toelichting wordt gegeven, hoewel zij een verhoging van ramingen met ongeveer 2 ton betreffen, Wat dit laat ste betreft doelt spreker met name op drie posten betreffende de kosten van de sociale dienst. Hij zal gaarne vernemen, waarvan de desbetreffende meerdere uitgaven ten bedrage.van bijna 2 ton een gevolg zijn. Ten aanzien van de staat L II wordt een groot aantal extra afschrij vingen voorgesteld. Tegen deze extra afschrijvingen als zodanig heeft spre kers fractie geen bezwaar, maar met het oog op het feit dat deze extra af schrijvingen een bedrag van 400.000,-- belopen meent zij, dat ter zake wel enige toelichting had mogen worden gegeven, De wethouder VAN DEN AREND zegt dat bij de bespreking van deze zaak in de financiële commissie door de heer Westra en enkele andere leden ernstige bezwaren tegen de summiere toelichting bij de verschillende volg nummers naar voren zijn gebracht en dat toen is .foegezegd, dat in de toe komst waar mogelijk een uitgebreidere toelichting zal worden gegeven. Spreker kan op dit moment niet zeggen, waardoor het grote verschil ten 146( - 156 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1967 | | pagina 157