20 september 1967.
Eng, maar dan met een doorbraak door Soest-Zuid. Met uitzondering van
spreker is echter de gehele raad met het genoemde voorstel akkoord gegaan.
Wanneer op deze wijze uitspraken worden gedaan, dan mag men toch verwachten
dat die gemeend zijn. Het college moet op dergelijke uitspraken dan toch
voortborduren. Spreker zegt dit omdat in een informele vergadering het col
lege is verweten, dat bij aankoop van een bepaald perceel doelbewuste be
doelingen van die aankoop niet zijn vermeld. Dat is echter niet het geval,
want in de betrokken notulen staat duidelijk dat de aankoop noodzakelijk
was in verband met de wegaanleg. Ook toen heeft het college dus de raad heel
openhartig en duidelijk medegedeeld, wat de bedoeling van de desbetreffende
aankoop was.
Spreker gelooft dat het zaak is, dat de raad het college machtigt
de weg over de Eng zo spoedig mogelijk gerealiseerd te krijgen.
Met de heer de Groot zou hij niets liever zien dan dat deze weg
zo diep mogelijk werd ingegraven. Deze week heeft men kunnen constateren
dat de ingegraven spoorweg tussen Hilversum en Baarn zelfs wanneer men
vlak bij de berm zit, geen hinder oplevert. Hieruit blijkt wel dat wanneer
de weg over de Eng wordt ingegraven, de rust in dat gebied! geen geweld zal
worden aangedaan.
Spreker blijft op het standpunt staan, dat men de overkoepeling
over de Kerkstraat moet trachten te vermijden en dat men een doorbraak moet
zien te verkrijgen via Soest-Zuid. Hij hoopt dat de raad dit standpunt zal
kunnen delen. Hij moet hieraan echter onmiddellijk toevoegen, dat blijkens
het studiemateriaal, voor zover dat in dit opzicht aanwezig is, deze op
lossing wel niet te verwezenlijken zal zijn. Mocht deze oplossing inder
daad niet te verwezenlijken zijn, dan sluit hij zich volledig aan bij de
gedachtengang van de heer van Poppelen, dat men echt niet voor het verdere
gedeelte het tracé van de Birkstraat moet blijven volgen. Het laatste zou
betekenen dat de gehele bebouwing rechts van de Birkstraat zou moeten ver
dwijnen. En dan zou de oplossing nog niet anders kunnen worden verkregen
dan via tunnels, terwijl de weg blijft lopen dwars door de ter plaatse
aanwezige bedrijven. Wanneer de weg daarentegen enkele honderden meters
in zuidelijke richting wordt opgeschoven, dan krijgt men een veel betere
oplossing
De heer Oldenboom mag zeggen dat de agrarische bevolking slechts
1% van het totaal uitmaakt, maar wanneer hier duizend boeren wonen en er
komen zeshonderd duizend mensen bij, dan wordt het aantal agrariërs pro
centueel geringer, maar het werkelijke aantal blijft hetzelfde.
De heer DE BRUIN: Maar er verdwijnen er ook wel wat.'
De wethouder HILHORST: Er verdwijnen agrariërs, omdat wij nu een
maal hun grond aankopen. Wanneer de gemeente geen ingrepen doet, dan blij
ven ze.(de heer Hilhorst verlaat daarop, te 21.30 uur de vergadering).
De wethouder DE HAAN zegt aan de hand van de door wethouder Hil
horst gemaakte aantekeningen te zullen trachten de verschillende sprekers
verder te beantwoorden. Hij moet dus als invaller optreden. Hij vraagt
daarom enige clementie van de raad.
De heer Berkelbach van der Sprenkel heeft gesignaleerd dat in
het rapport de werkgelegenheid niet uitputtend is behandeld. De burgemeester
heeft reeds gesteld, dat het college niet de pretentie heeft dat het rapport
uitputtend is. Het werkgelegenheidsvraagstuk behoeft ongetwijfeld nadere
studie. Er is onlangs een rapport verschenen over de werkgelegenheid en al
hetgeen daarmede samenhangt; los van het thans voorliggende structuurrapport.
Spreker gelooft dat het zin heeft daarop voort te bouwen. Genoemd rapport
is weer achterhaald door nieuwe ontwikkelingen, gelijk dit met zovele zaken
tegenwoordig het geval is. Maar er kan toch nog menig woord over worden
gesproken, ook weer in het raam van het geheel.
Spreker gelooft dat het zin zal hebben om ten aanzien van de
- 221 -