27 september 1967.
Hij moet eerlijjk zeggen: Wanneer ik als oud Rotterdammer in die stad rond
loop, dan gaat mijn hart toch wel eens open; dan durf ik Rotterdam als
haven- er. industriestad dikwijls ten voorbeeld te stellen aan plattelands
gemeenten. In Rotterdam weet men namelijk wel, hoe het met de opgeruimd-
actie moet gaan.'
De VOORZITTER herhaalt nog eens dat hij geen gelegenheid heeft
gehad zich ter zake nader .te oriënteren. Hetgeen hij heeft vernomen, komt
er echter op neer dat de provincie zich niet heeft gehouden aan de gemaakte
afspraken. Die afspraken hielden in, dat de auto's op de bodem van de kuil
zouden worden geplaatst en dat er een beplanting zou worden aangebracht,
zodat men de wrakken niet ziet. Het college zal zich over deze zaak met de
provincie verstaan. De zaak komt nu naar voren, doordat er auto's naar het
terrein zijn gebracht. Tot nu toe zijn daar nooit auto's heengebracht.
Daardoor heeft niemand er aanstoot aan genomen, dat er geen begroeiing is.
Op het ogenblik komt echter naar voren, dat die begroeiing ontbreekt.
De provincie zal er voorts op worden gewezen, dat alle middelen
moeten worden aangegrepen om te voorkomen, dat ter plaatse een rattenplaag
ontstaat. Dat is te doen met het uitleggen van rattenbestrijdingsmiddelen.
Alleen: men moet actief bezig zijn.
Spreker begrijpt heel goed de ontstane onrust. Hij gelooft dat
ook de provincie begrip voor deze onrust zal hebben en dat de zaak betrekke
lijk snel voor elkaar kan worden gebracht.
Hoe lang de wrakken ter plaatse zullen worden opgeslagen, weet
spreker niet. Hij weet alleen dat de provincie ervan uitgaat, dat het hier
een tijdelijke kwestie betreft. Anders is het terrein vol. Een volgende maal
wil de provincie een andere autosloperij liquideren en dat zou dan niet kun
nen omdat het terrein vol is. Het betreft hier echt een doorgangshuis. Men
zit op het moment echter net middenin een vervelende situatie.
De heer EBBERSIk hoop niet dat het semipermanent wordt.
De VOORZITTER: Neen.
Vervolgens sluit spreker, te 22.15 uur de vergadering.
Vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad der gemeente Soest op 20
december 1967.
De secretaris
De voorzitter,
'Mf.
- 266 -
