24 november 1967. 31 e- en en ar e- uur dergelijke voorstellen worden gedaan, zou hij gaarne zien dat die eerst in tern in de besturen van de betrokken stichtingen worden behandeld, zodat alle bestuursleden van een en ander op de hoogte zijn. De heer DE GROOT zegt dat de fractie van de Boerenpartij geen enkel bezwaar heeft tegen het benoemen van de heer Storimans in de onderwijscommis sie in de plaats van mevrouw Walter. Wel heeft de fractie er bezwaar tegen, dat zij niet in de onderwijscommissie is vertegenwoordigd, terwijl de vier andere fracties dat wel zijn. In het aanvankelijke ontwerp voor de samenstel ling van de raadscommissies - dat de raadsleden vóór de raadsvergadering van 6 september 1966 werd toegezonden - werd sprekers fractiegenoot de heer Stam genoemd als lid van de onderwijscommissie. De meerderheid van de raad heeft evenwel op 6 september 1966 gemeend de fractie van de Boerenpartij uit de onderwijscommissie te moeten weren. De fractie van de Boerenpartij acht dit een betreurenswaardige situatie. Zij acht het beslist niet in overeen stemming met een goed gemeentelijk beleid op onderwijsgebied, dat een gemean- teraadsfractie - die altijd nog ongeveer 15% van de kiezers achter zich heeft - niet kan deelnemen aan het overleg inzake onderwijsaangelegenheden. Een der gelijke situatie is te meer onjuist, omdat men op het ogenblik staat aan de vooravond van belangrijke ontwikkelingen op onderwijsgebied. Men denke aan de inwerkingtreding van de Mammoetwet. De fractie van de Boerenpartij zou het daarom bijzonder op prijs stellen in de onderwijscommissie deel te nemen aan het overleg over deze zaken. Sprekers fractie heeft lang gewacht met hei ter sprake brengen van dit punt Zij heeft namelijk altijd nog de hoop gehad, dat het college het initiatief terzake zou nemen en de raad in de gelegenheid zou stellen ge noemde fout te corrigeren. De fractie acht echter thans de tijd gekomen om hierop te attenderen, vooral nu de samenstelling van de onderwijscommis sie vanavond toch op de helling komt. De fractie hoopt dat het college als nog het initiatief neemt door de raad de gelegenheid te geven bedoelde fout te corrigeren. De VOORZITTER merkt op dat de voorliggende benoemingsvoorstellen zijn ontstaan, doordat mevrouw Walter in verband met haar benoeming tot wet houder uit verschillende commissies moet treden. De fractie van mevrouw Wal ter is gevraagd kandidaten te stellen. Het betreft hier dus een zuiver interne aangelegenheid van de betrokken fractie. Bij het eerste optreden van de raad in huidige samenstelling is uitgemaakt, hoe de verschillende fracties in de diverse commissies vertegenwoordigd moeten zijn. Spreker is van oordeel, dat de thans aan de orde zijnde persoonsveranderingen geen aanleiding vormen om nu een principiële verandering in de samenstelling van de commissies te brengen. Dit is een antwoord aan de heer de Groot en ook aan de heer Berkel- bach van der Sprenkel. De fractie van de K.V.P. is alleen gevraagd met voor stellen te komen voor de vervanging van mevrouw Walter. Daarbij is niet voor uitgelopen op een eventueel samengaan - hetzij in de vorm van een personele unie, hetzij in een juridische vorm - van Mal va Hoeve en Molenschot. In het college is over het laatste wel gesproken. Het college is van oordeel, dat het aanbeveling verdient, dit punt te zijner tijd onder ogen te zien en in de richting van een dergelijk samengaan te koersen. Maar de onderhavige ge legenheid is niet aangegrepen om op een onderdeel hiervan vooruit te lopen. Te zijner tijd zal men met de nieuwe plannen voor de dag moeten komen en daaraan dan ook bestuurlijke consequenties moeten verbinden. Het samengaan van Mal va Hoeve en Molenschot is een zaak, waarvan de raadsleden nog niets weten en waarvan zelfs de leden van de betrokken be sturen nauwelijks op de hoogte zijn. Het is alleen gen gedachte, die in het college leeft Te zijner tijd zal daarover - na overleg met de besturen van beide stichtingen en ook na plaatsbepaling van zowel Malva Hoeve als Molen schot in het grotere geheel - een principiële beslissing moeten worden geno men. Aan de K.V.P-fractie is dus niet een suggestie in deze richting gedaan. - 297 - is je-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1967 | | pagina 298