19 juni 1968. bestuur van het Waterleidingbedrijf Midden-Nederland. De heer EBBERS zegt dat men misschien wel verbaasd zal zijn over het feit, dat hij het woord vraagt. Hij is wel bereid om lid te worden van het algemeen bestuur van het W.M.N., maar hij had verwacht dat burgemeester en wethouders hem eerst hadden gevraagd of hij daartoe bereid zou zijn. Ook de heer De Bruin bleek niets van de voorgestelde benoeming te weten. De VOORZITTER zegt dat het natuurlijk fout is dat de heer Ebbers niet even is gepolst. Burgemeester en wethouders menen dat er geen sprake is van een politieke benoeming. Daarom is de fractievoorzitter niet op de hoogte gebracht. De heer Ebbers had persoonlijk moeten worden benaderd om te horen of deze bereid zou zijn de voorgestelde benoeming te aanvaarden. Spreker zou gaarne van de heer Ebbers vernemen of deze zitting wil nemen in het algemeen bestuur van het W.M N De heer EBBERS: Daartoe ben ik bereid. De VOORZITTER neemt aan dat ook de heer Oldenboom niet is gepolst. Mevrouw POLET-Musler zegt dat installateurs die zowel in Soest als in Amersfoort werken er nogal eens over klagen, dat de waterdruk in Amers foort veel beter is dan in Soest. Wellicht zullen de toekomstige vertegenwoor digers van Soest in het algemeen bestuur van het W.M.N. eens aandacht kunnen besteden aan deze zaak. De VOORZITTER: Dat zeggen wij toe.' Vervolgens verzoekt spreker de heren De Bruin en Van Poppelen met hem het stembureau te vormen. Leden. Uitgebracht worden 2 x 21 stemmen, waarvan 1 blanco, 21 op mevrouw M.C.P. Walter-van der Togt17 op de heer J.J. Ebbers en 3 op de heer G.H. Oldenboom, zodat zijn benoemd mevrouw Wplter-van der Togt en de heer Ebbers. Plaatsvervangende leden. Uitgebracht worden 2 x 21 stemmen 21 op de heer K. de Haan, 18 op de heer G.H. Oldenboom en 3 op de heer J.J. Eb bers, zodat de heren De Haan en Oldenboom zijn benoemd. De VOORZITTER dankt de leden van het stembureau voor de verrichte werkzaamheden. 151(26) Voorstel tot aanvulling van het besluit tot vaststelling van gastarieven. De VOORZITTER deelt mede dat van de financiële commissie de vol gende opmerking is ingekomen: "De financiële commissie verenigt zich met dit voorstel. Geldt de voorgestelde regeling voor alle bejaardenwoningen?". De wethouder VAN DEN AREND zegt dat de regeling blijkens het te ne men besluit alleen zal gelden voor de woningen die per 1 juli 1968. gereödko- men. Het valt te betreuren dat dit niet duidelijk in de voordracht staat. Het is derhalve de bedoeling dat de regeling zal gelden voor de woningen die na 1 juli 1968 gereedkomen. De VOORZITTER: En waarvan de bewoners prijs stellen op aardgas. De wethouder VAN DEN AREND: Uiteraard. De heer WESTRA vraagt of burgemeester en wethouders zouden willen bezien of de thans voorgestelde regeling ook van toepassing kan worden verklaard voor de bewoners van huizen die zijn gebouwd in het kader van de woningwet, b.v. de 12 woningen aan de Hartweg. Vermoedelijk verkeren de bewoners van deze woningen in dezelfde financiële omstandigheden als de bewoners van de in de voordracht bedoelde bejaardenwoningen. Wanneer de bewoners van de woningen aan de Hartweg eveneens uitsluitend gas gebruiken voor huishoudelijke doel einden, dan zou de regeling misschien ook voor hen van toepassing kunnen zijn. De wethouder VAN DEN AREND zegt toe dat deze aangelegenheid zal wor den onderzocht. De heer PIEREN merkt op dat de wethouder een onderzoek toezegt. Daartegen maakt spreker enig bezwaar. In de gascommissie is duidelijk ge steld, dat de regeling, mede in verband met de consequenties voor de verwar ming, zo mogelijk ook zou gelden voor de flatwoningen. De gascommissie zou - 117 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1968 | | pagina 118