17 juli 1968
hetgeen waarop dit voorstel betrekking heeft.
De VOORZITTER zegt met de heer Verheus van mening te zijn, dat
het verstandig is dat wanneer het onderhavige krediet ten behoeve van ge
meentewerken wordt besteed, wordt overlegd met de brandweer, opdat het meu
bilair in het gebouw van gemeentewerken en de meubelen in het gebouw van
de brandweer qua aard en soort niet volledig van elkaar zullen verschillen
Hij kan zich voorstellen, dat er b.v. in de theoriezaal van de brandweer
wel eens stoelen van de afdeling gemeentewerken zullen worden bijgezet.
Naar zijn mening moeten de stoelen van de brandweer en die van gemeentewer
ken dan toch wel bij elkaar passen. Dit betekent z.i. dat de aanschaffing
in behoorlijk onderling overleg dient te geschieden. De zuinigheid die bij
de brandweer wordt betracht, aldus spreker, kan dan vanzelf doorslaan naar
gemeentewerken.
nog nader zullen worden besproken in overleg met de commissie openbare
werken zoals de aanschaffingen voor de brandweer met de brandweercommissie
worden besproken.
De wethouder mevrouw WALTER-van der Togt beantwoordt deze vraag
bevestigend
De VOORZITTER sluit hierna, te 20,38 uur, de vergadering.
De heer WESTRA vraagt of de aanschaffingen voor gemeentewerken
Vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad der gemeente Soest op 16
oktober 1968
De secretaris
De voorzitter,
- 133 -