21 augustus 1968. niet geheel juist is. De wethouder VAN DEN AREND: De tekening is wel juist, maar het hek dat is geplaatst staat verkeerd. Volgens deze tekening zouden enkele gebouwtjes, waaronder het waslokaal, moeten verdwijnen. Maar in werkelijk heid is dat niet zo. Als het hek juist wordt geplaatst, staan deze gebouw tjes nog op het terrein van het slachthuis. Alleen de mestvaalt valt erbui ten, maar achter het slachthuis is nog wel ruimte om de mestvaalt onder te brengen. De heer DE GROOT: Maar volgens de tekening staan die aanbouwsels op het in ruil te geven terrein en dat betekent, dat de tekening niet juist is of dat die gebouwtjes moeten verdwijnen.' De wethouder VAN DEN AREND: De heer Borreman zegt dat ook volgens gemeentewerken de tekening wel juist is. In werkelijkheid is het in ieder geval zo, dat deze gebouwtjes op het terrein an het slachthuis staan. Deze ruiling geeft in dat opzicht dus geen moeilijkheden. Mevrouw POLET-MuslerDan is de tekening niet juist.' De VOORZITTER: De tekening is inderdaad niet juist, want volgens deze tekening staan gebouwtjes op het te ruilen gedeelte, terwijl ze daar in werkelijkheid niet op staan. Ik geloof dat wij voordat wij gaan transpor teren een andere tekening aan de notaris moeten voorleggen. De heer PIEREN meent dat de heer De Groot een klein verwijtje aan het college heeft gericht door te zeggen: De buurman is hierin niet gekend. Spreker dacht dat de buurman hierin wel gekend is en hierbij zelfs direct betrokken is geweest, aangezien in het college van burgemeester en wethou ders aanwezig is de voor het slachthuis verantwoordelijke wethouder. De VOORZITTER zegt dat de heer De Groot de directie van het slacht huis heeft bedoeld. De heer DE BRUIN zegt dat hij heeft bedoeld te vragen in hoeverre Baarn akkoord gaat met deze ruiling. Hij heeft hieromtrent niets in de stuk ken kunnen vinden. Hij vraagt zich nu af of Baarn hiermede niet akkoord be hoeft te gaan. De VOORZITTER zegt dat Baarn hiermede niet akkoord behoeft te gaan Baarn is overigens wel op de hoogte van de Soester plannen. Het stukje grond dat de gemeente door deze ruiling verkrijgt is nodig voor de uitvoering van die plannen. Die plannen worden door Soest en Baarn samen voorbereid. Bij die voorbereiding is vastgesteld hoeveel grond hiervoor nodig is en daarbij is voorts de plaats bepaald. Da verdere uitwerking geschiedt door Soest. Het voorstel wordt - met vaststelling van de desbetreffende begro tingswijziging - zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 189(10) Voorstel tot wijziging van de straatnaamgeving in het plan Soesterveen. De heer DE GROOT merkt op dat de straatnaamgeving in het Soester veen indertijd tot stand is gekomen zonder medewerking van de raadsfractie van de Boerenpartij. Deze fractie is nog steeds van mening, dat de straat namen in het Soesterveen een aanfluiting voor de gemeente Soest vormen en zij vindt het bijzonder jammer, dat de raad het indertijd van haar kant ge dane voorstel niet heeft overgenomen, vooral gelet op hetgeen vandaag in Tjechoslowakije is gebeurd. Hetgeen het college nu voorstelt is in wezen geen verslechtering, maar het is ook niet de verbetering die de B.P.-fractie graag zou zien. Daarom kan deze fractie haar medewerking aan dit voorstel niet verlenen. De heer WESTRA zegt dat hij, hoewel hij niet kleurenblind is, op de ter inzage gelegde tekening niet de in dit voorstel genoemde blauwe on derbroken lijn heeft kunnen vinden. De VOORZITTER zegt als antwoord aan de heer Westra dat bij de ter inzage gelegde stukken ook het vorige plan had moeten worden gelegd, doch dat hem is gebleken dat dat niet is gebeurd. Mevrouw POLET-Musler zegt naar aanleiding van de opmerking van - 142 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1968 | | pagina 143