20 december 1968. creëerd. Deze materie kan wellicht met de ijsclub worden besproken. De bestuurders van deze club zijn aardig thuis in de onderhavige materie. Zij zouden als lid van de sportstichting best eens een adviesje kunnen uitbrengen De heer VAN POPPELEN zegt dat de voorzieningen die hij op het oog heeft beslist geen 30.000,per terrein kosten. Een jaar of drie, vier geleden heeft hij ten aanzien van bepaalde terreinen voorstellen gedaan. De gemeenteraad bleek geen belangstelling te hebben. Tijdens de volgende raadsvergadering werd besloten de gronden toch aan te kopen; aan de gronden werd echter een andere bestemming gegeven. Vermoedelijk liggen bedoelde gronden nog een aantal jaren braak. Ter plaatse kunnen tegen zeer lage kosten goede sportvelden worden aangelegd. De heer WESTRA zegt in eerste instantie uitdrukkelijk niet te hebben gesproken over ontspanningsavonden. Hij heeft gesproken over verenigingsgelden. De vraag rijst of de verenigingsgelden wel altijd doelmatig worden besteed. Het gaat hem niet om het bedrag en het is al lerminst de bedoeling om de verenigingen te betuttelen. De overheid legt bijna vier ton op tafel; zij mag z.i. dan ook zeker wel weten of het geld wordt gebruikt voor het doel waarvoor het bestemd is. De heer VAN DEN BERG herinnert eraan dat wethouder De Haan vanmorgen heeft gezegd dat alle ten behoeve van de sporthal toegezegde subsidies zijn binnengekomen. Is het mogelijk om op te geven van welke instanties (en tot welk bedrag) subsidies zijn ontvangen? De wethouder DE HAAN zegt gaarne van de heer Van Poppelen entre nous te horen wat deze in het achterhoofd heeft. Burgemeester en wethouders zijn zeer benieuwd. De heer Westra hinkt eigenlijk een beetje op twee gedachten. Deze wil zich liever niet met de verenigingen bemoeien, maar wil wel de doelmatigheid van de bestedingen beoordelen. Dan begeeft men zich op heel glad ijs. Het kan spreker in wezen weinig schelen wat de vereni gingen met hun geld doen; als de verenigingen maar zorgen dat zij rede lijkerwijze aan hun doel beantwoorden. De sport moet behoorlijk worden beoefend, de leden, vooral de jeugdleden, moeten goed worden opgevangen en de huur van de terreinen moet op tijd worden betaald. De heer WESTRA: Daarmede ben ik het natuurlijk eens. De wethouder DE HAAN: En voor de rest moeten de verenigingen het zelf maar verder weten. De heer WESTRA: Maar er gebeuren ook andere dingen.' De wethouder DE HAAN zegt als antwoord aan de heer Van den Berg dat het ministerie van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk een subsidie heeft verleend van 200.000,De provincie Utrecht heeft een subsidie verleend van 15.000,De Nederlandse Sport Fede ratie verleent een bedrag h fonds perdu en een renteloos voorschot. Van de hoogte van deze bedragen is spreker niet helemaal zeker. De heer DE GROOT zegt bericht te hebben ontvangen van het feit dat op 6 januari a.s. de commissie actieve en passieve recreatie van het samenwerkingsorgaan Eemland zal vergaderen. Tijdens deze vergadering zal een inventarisatie worden gemaakt van de bestaande sportaccommodaties en de tekorten op dit terrein. De gemeentebesturen wordt verzocht om de no dige voorlichting te verstrekken. Kunnen deze gegevens, onder meer aan de vertegenwoordiger van de gemeente Soest in de voornoemde commissie, tijdig worden verstrekt? De VOORZITTER antwoordt dat de betrokken gegevens bij de ge meenten worden opgevraagd door de secretaris van het samenwerkingsorgaan (de gemeentesecretaris van Amersfoort)Soest stuurt derhalve de betrok ken gegevens door naar de secretaris in Amersfoort. Deze krijgt ook de gegevens van de andere gemeenten. Hoe een verdere groepering plaatsvindt - 338 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1968 | | pagina 339