minuten te schorsen, opdat de fractievoorzitters kun
nen overleggen of het voorstel van het college eventu
eel toch nog in behandeling kan worden genomen,
Nadat het de VOORZITTER gebleken is dat het voor
stel van orde van de heer Pieren voldoende wordt on
dersteund, schorst hij voor enkele ogenblikken de ver
gadering
Na hervatting van de vergadering verleent de voorzit
ter het woord aan de heer Van Poppelen,
De heer VAN POPPELEN, namens alle fracties het
woord voerend, zegt dat het college geen rekening
heeft gehouden met de wensen die in twee commis
sies unaniem zijn geuit,nl. om het onderhavige agen
dapunt niet in de openbaarheid te behandelen tijdens
de raadsvergadering, maar na de raadsvergadering.
De fractievoorzitters zijn zeer ontstemd over de wijze,
waarop de heer Van Koppenhagen met zijn uiteen
zettingen is begonnen. Deze heeft gesteld dat de raad
de openbaarheid schuwt. De gehele raad van Soest
schroomt de openbaarheid niet. Alleen is het zo dat
zij geen precedent hebben willen scheppen dat iemand
tijdens een raadsvergadering een agendapunt gaat toe
lichten.
De heer Van Koppenhagen heeft zijn betoog onder
steund met de projectie van dia's. Óp het eerste gezicht
zou men onder de indruk kunnen komen van de ge
toonde afbeeldingen. Maar als men het geheel op zich
laat inwerken, dan komt de gedachte op dat men met
foto's min of meer datgene kan afbeelden wat men wil.
Men had in dit geval ook foto's kunnen nemen met
precies tegenovergesteld resultaat. Dan was het beeld
heel anders geweest dan nu is overgekomen De frac
tievoorzitters zijn niet onder de indruk gekomen van
de getoonde dia's.
Door een van de vragenstellers is geinformeerd waar
om bij Amersfoort wel kan worden verkabeld en bij
Soest niet. Daarop is het korte antwoord gekomen dat
Amersfoort niet verkabelt, Is het dan wel juist dat bij
Utrecht verkabeld wordt?
De raad wordt min of meer onder dwang gezet, om
dit raadsvoorstel goed te keuren Allereerst hadden
de fracties graag gezien dat zij er vooraf over waren
geïnformeerd, dat het geen zin had om neen tegen het
voorstel te zeggen, Dan had de vorige keer het voorstel
niet ter tafel behoeven te komen, dan had de materie
in een ingekomen stuk medegedeeld kunnen worden.
De raad heeft op dit punt toch niets te vertellen, want
de minister beslist en de P.U.E.M gaat zijn gang wel.
De commissie grondbedrijf en uitbreidingsplan en de
financiële commissie hebben voorgesteld het voorstel
aan te houden tot een volgende raadsvergadering, Om
dat de raad eigenlijk toch geen beslissing kan nemen,
gelet bovendien op de uitspraak van de heer Van Kop
penhagen dat de stroomvoorziening in Soest moeilijk
heden zou kunnen gaan opleveren, maar vooral in ver
band met het gezegde dat de P U.E.M, toch zijn gang
gaat, menen de fracties dat zij met het voorstel akkoord
moeten gaan Als de raad van Soest in dezen toch geen
zeggenschap heeft, wat heeft het dan voor zin om het
voorstel aan te houden? Vandaar dat de fractievoor
zitters - naar spreker hoopt met instemming van de
fractieleden - tot de slotsom zijn gekomen: kennis ne
mend van de dwang die op de raad is gelegd en in ver
band met het feit dat een uitspraak van de gemeente
raad in dezen toch geen invloed heeft, leggen wij ons
bij deze kwestie neer
De VOORZITTER zegt dat de genoemde commissies
zich hebben uitgesproken om dit punt aan te houden
tot een volgende vergadering. Hij neemt aan dat dit
slaat op de beslissing ten aanzien van dit agendapunt
Als de raad vandaag niet wil beslissen, dan wil spreker
zich daartegen niet verzetten. Als het de wens van de
raad is om de beslissing nog een maand uit te stellen,
dan moet dit maar gebeuren, als men dat nodig heeft
voor intern beraad of wat dan ook. Het punt staat nu
echter op de agenda en er zijn heren gekomen om de
desbetreffende kwestie toe te lichten. Dan is het niet
correct om te zeggen: Gaat u maar naar huis en komt
u een volgende keer maar terug. Bovendien heeft de
raad om de voorlichting gevraagd. Spreker begrijpt
niet dat de raad het er niet mee eens is dat vanavond
deze voorlichting is gegeven. Men had in feite kunnen
opmerken dat deze voorlichting in augustus had moe
ten plaatsvinden, want in de raadsvergadering van 15
juli is daarom gevraagd. Men behoeft er niet bevreesd
voor te zijn, dat „men" zomaar voorlichting kan ge
ven. Dit moet op verzoek van de raad, of op voorstel
van het college of de burgemeester gebeuren. Even
goed kan men de secretaris wel eens om voorlichting
verzoeken, ofschoon deze geen lid van de raad is
Men ziet hier spoken waar ze helemaal niet zijn. De
gemeentewet laat immers de mogelijkheid open dat
deskundigen, zoals gezegd op verzoek van de raad of
het college, in de raad een toelichting geven. Het zal
wel eens meer voorkomen dat er een zuiver technisch
onderwerp aan de orde is en dat men, staande de be
handeling van het desbetreffende agendapunt, behoef
te heeft aan voorlichting. Dat is dan mogelijk Als het
zinvol is om voorlichting te krijgen, moet men van deze
mogelijkheid ook gebruik maken.
Spreker is erover verheugd dat de raad besloten heeft
nu te beslissen. Hij begrijpt dat het een beslissing is
die niet van harte gaat. Dat gaat het echter bij geen van
allen, ook bij het college niet. In de vergadering van
15 juli heeft spreker dit goed tot uiting laten komen.
Er is aan het tracé van de hoogspanningslijn wat gedok
terd en het college is van mening dat er een verbete
ring te dien aanzien heeft plaatsgevonden. Toch blijft
het een nare zaak. Er is echter geen andere uitweg.
De heer Van Poppelen heeft een beschuldiging geuit
aan het adres van de heer Van Koppenhagen Deze zit
nog in de zaal. Spreker vindt het een kwestie van eer
lijke behandeling, wanneer hij hem de gelegenheid geeft
zijn desbetreffende opmerking nader toe te lichten.
De heer VAN POPPELEN: Ik wil even stellen dat ik
namens alle fractievoorzitters heb gesproken.
De heer VAN KOPPENHAGEN spijt het dat zijn be
doelde uitlating wat zwaar is overgekomen Hij heeft
het helemaal niet zo zwaar bedoeld. Naar zijn gevoe
len was zijn uitlating wat lichter van aard dan de raads
leden hebben opgevat. Hij was een beetje bedroefd
door de opmerking dat de kwestie weer terug moest
naar de commissies. Hij is nog nooit in een raadsver
gadering geweest en kent de procedure niet zo. De
opmerking van „terug naar de commissies" deed hem
denken aan: achter gesloten deuren behandelen. Deze
gedachte heeft hem doen verleiden tot zijn opmerking
over het de openbaarheid schuwen. Hij biedt daarvoor
zijn verontschuldiging aan.
Een ander punt is de kwestie dat de raad voor een vol
dongen feit zou zijn gesteld in de zin van: de P.U.E.M,
doet maar. Dat is niet waar. Spreker heeft gezegd dat
de minister de beslissing heeft genomen. Wat de onder
havige lijn betreft, is de P.U.E.M. aan deze beslissing
gebonden. Het is niet zo dat hieromtrent nog een keus
kan worden gedaan. Daarvoor is de procedure geweest,