en niet door de rijksoverheid werd gedwarsboomd, dan wa ren er in dit opzicht geen problemen. Spreker staat volledig achter de bestaande, enige jaren geleden door de toenmalige wethouder van onderwijs naar beste weten, met gebruikma king van de toen bekende factoren, opgezette planning. Een planning is een planning en is niet een futurologisch sche ma. Gemeentebestuurders zijn geen futurologen. Overigens is het zo, dat futurologen met de toekomst kunnen voorspel len. De futurologie kan veel, maar niet meer dan gebruik maken van de bestaande gegevens en de daaruit afgeleide gegevens. De hiervoor bedoelde planning meld rekening met het te verwachten accres zoals dat voortvloeide uit de geplande bebouwing daarnaast zo goed mogelijk met de leeftijden van de bewoners en ook met de levensbeschouwelijke aspec ten, de zuilenvorming; ofte wel met de culturele en maat schappelijke verscheidenheid in de samenleving, De nuances zijn verlegd De nieuwe, hoofdzakelijk van bui ten komende, bewoners hebben in veel grotere mate een be roep op de openbare school gedaan dan tot dusverre in Soest het geval was. Daar kan men moeilijk planners een verwijt van maken. Als spreker enige jaren geleden voor de taak gesteld was om de planning te maken, had hij ongetwij feld dezelfde planning ontworpen. Een planning is een zaak die voortdurend moet worden her zien, omdat voortdurend externe factoren nieuw opdoemen. De samenstelling van de bevolking wordt geleidelijk, maar voortdurend gewijzigd. Dat betekent dat de planning moet worden herzien. De verlangens van de mensen zijn aan aller lei wijzigingen onderhevig. Dit is een zaak die bijzonder moeilijk te voorzien is Er zijn nog andere externe factoren, bijv., de wetgeving ver andert, de door de rijksoverheid aan gemeenten toegemeten normen veranderen van tijd tot tijd. De plannen moeten in derdaad voortdurend worden herzien. Een onaangename bijkomstigheid is, dat als een planning wordt bekend gemaakt aan de raad en via de pers aan het fmbliek, men daarop gaat zitten, een jaar of anderhalfjaar ater die planning weer ter hand neemt en dan zegt: Dit heb ben ze gezegd, maar er is niets van uitgekomen Dat oordeel is vaak onbillijk. Niettemin zal het gemeentebestuur moeten voortgaan op deze weg en telkens zijn planning moeten her zien. Er ligt een volledige planning gereed voor de scholen bouw in de verdere sectors van het Veen, die gebouwd wor den en ook in andere sectors van de gemeente, zoals Eng II, Kerckenlandt en nog enkele andere delen, die verder bij ge bouwd worden. Deze planning is voorlopig voor intern gebruik, omdat ze nog niet geredigeerd is in een zodanige vorm dat ze voor iets anders dan voor intern gebruik beschik baar kan worden gesteld. Deze planning, die enige weken ge leden gereed is gekomen en waaraan de secretarie zeer hard heeft gewerkt, wordt op het ogenblik ook gebruikt bij het aanvragen van de verklaringen van het ministerie die de ge meente nodig heeft, de rijksgoedkeuring, de financiering van scholen en andere objecten. Van vele zijden in de raad is in zeer kritische woorden ge zegd: Er deugt niets van de planning. Spreker moet dat be strijden. Hij wijst er nogmaals op, dat die planning door zijn voorganger naar beste weten is opgemaakt en dat hij zelf het zeker niet anders zou hebben gedaan. Deze planning wordt voortgezet. Daar wordt zo gezegd wekelijks aan veranderd naar aanleiding van factoren die anders geworden zijn. Dat proces blijft zo voortgaan. Het college hoopt de raad van tijd tot tijd via de commissies van bijstand regelmatig op de hoogte te houden van de desbetreffende inzichten en de wij zigingen daarin. De grote externe factor die het gemeentebestuur voortdu rend een spaak in de wielen steekt is de financiering, met andere woorden: het rijk. Het rijk kan ook moeilijk anders. Het is niet de tegenwoordige minister Witteveen die de kwa de pier is. Minister Zijlstra zou de gemeente dezelfde rem hebben opgelegd; hij heeft al verscheidene malen, nu als pr- sident-directeur van de Nederlandse Bank, gewaarschuwd voor hetgeen nu uit de hand aan het lopen is. Men heeft gis teren in de krant kunnen lezen de zoveelste waarschuwing van de economische en financiële commissie van de E.E.G. aan het adres van de Nederlandse economie, zoals die ge hanteerd wordt. De minister kan moeilijk anders doen dan stopzetten. Voor dit feit is men op het ogenblik gesteld. De overheidsuitgaven moeten op de meest imperatieve ma nier worden afgeremd, Dat betexent dat de lagere overheden, de gemeenten, het loodje moeten leggen wat hun investe ringen betreft. De gemeente Soest zal, als het niet anders gaat, vreemde oplossingen moeten gaan uitvoeren en in het uiterste geval de woningbouw moeten stopzetten; dat is het alternatief. Spreker is het volkomen eens met de opvatting, dat woning bouw alleen kan geschieden wanneer tegelijker tijd de addi tionele dingen worden gebouwd, in de eerste plaats scholen en dingen als een zwembad, een instructiebad, een cultu reel centrum, enz. Verder zij te denken aan een raadhuis, een politiebureau, pompstations, rioolwaterzuiveringsinstal latie en talloze andere, zeer kostbare voorzieningen, waar een gemeente eenvoudig niet onderuit kan wanneer de plaats wordt uitgebreid. Toch zegt het rijk op het ogenblik: Nee. Er zijn allerlei slimmigheden en handigheden om tot indi recte financiering te komen. Spreker hoort bij wijze van spreken dagelijks van nieuwe trucs die worden uitgevonden, bijzonder grote listigheden. Het college tracht ze toe te passen Ze zijn ook al toegepast bij de bouw van de drie scholen in het Smitsveen, in dat geval in de vorm van een lease-overeenkomst; dergelijke overeenkomsten zijn bereids verboden. In de praktijk is het zo, dat de lagere overheid op allerlei spitsvondige wijzen een oplossing voor de financie ring tracht te vinden en dat de minister van financiën en de minister van binnenlandse zaken reeds even later een desbe treffend verbod uitvaardigen. Gisteren is er van de kant van de gemeente met een bepaalde bank getelefoneerd ter ver krijging van een lening ten behoeve van de investering in de scholenbouw. Dat betrof een burgerzinlening 1/4% onder de marktprijs. In zo'n geval komt de bank aan haar trekken, doordat de aannemer dat verschil van 1/4% gekapitaliseerd uitkeert. Deze gang van zaken, die betekent dat de gemeente iets duurder uit is, dat de uitkomsten voor de bouwer dezelf de blijven en dat de bank aan haar trekken komt, was gister morgen om tien uur, het tijdstip van bedoeld telefoonge sprek, nog mogelijk, maar twee uur later kreeg spreker van de Algemene Bank Nederland dit bericht: Wij zouden u graag helpen, maar wij kunnen niet, want een uur geleden hebben alle banken telegrafisch bericht ontvan gen dat deze burgerzinleningen verboden zijn. Daarmede was de zoveelste slimme achterom-methode afgekapt. Er zijn nog vele andere methoden. Het college tracht wat dat betreft eigenlijk dagelijks slimmer dan slim te zijn Spreker heeft er begrip voor dat de heer Van Poppelen heeft gezegd, dat Den Haag maar eens bestormd moet worden. Maar er zijn 900 gemeenten die druk aan het springen zijn om Den Haag te bestormen met dezelfde problemen. Spre ker heeft dat verleden week gemerkt, toen hij bezoek kreeg van een tweetal hoge functionarissen van het ministerie van onderwijs en wetenschappen. De heer VAN POPPELEN: U mag daar ook gaan blaffen. De wethouder DIJKSTRA: Dat hebben wij dan ook ruim schoots gedaan.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1970 | | pagina 246