A
VOLGNUMMER 8.70.42.
De heer DE GROOT merkt op dat hij het wegens de
moeilijke financiële positie waarin de gemeente Soest
verkeert, op dit moment onverantwoord vindt dat de
onder dit volgnummer genoemde f, 15.000,- aan de
algemene middelen wordt onttrokken ten behoeve
van de aankoop van kunstwerken.
Het volgnummer wordt zonder hoofdelijke stemming
voorlopig vastgesteld
De heer De Groot verkrijgt op zijn verzoek aanteke
ning in de notulen, dat hij zich met deze post niet
heeft verenigd.
VOLGNUMMER 8.70.44
De heer DE GROOT vraagt of de wijziging van de sta
tuten van de Stichting Openluchttheater Soest al is
goedgekeurd door gedeputeerde staten en of de raad
binnenkort een begrotingswijziging kan verwachten
ten bedrage van f 10.000,— als een eventuele garantie
voor een in de toekomst mogelijk te ramen tekort.
De wethouder DIJKSTRA antwoordt dat, voor zover
hem bekend is, de statutenwijziging nog niet is goed
gekeurd door gedeputeerde staten, doch dat hij ver
wacht dat gedeputeerde staten die wijziging zonder
meer zullen goedkeuren Zodra gedeputeerde staten
die wijziging hebben goedgekeurd en het stichtingsbe
stuur concrete uitvoering kan geven aan de nieuwe
statuten, zal er een suppletoire begroting aan de raad
worden voorgelegd. Spreker kan bepaald nog niet
zeggen hoe groot het betreffende bedrag zal zijn; dat
hangt af van besprekingen met de verschillende gezel
schappen die men naar Soest hoopt te kunnen krijgen.
Een raming daarvan op dit moment zou een slag in de
lucht zijn.
Het volgnummer wordt hierna zonder hoofdelijke
stemming voorlopig vastgesteld,
HOOFDSTUK X ECONOMISCHE AANGELEGEN
HEDEN.
De heer SMIT zegt naar aanleiding van hetgeen de wet
houder van middenstandszaken heeft opgemerkt over
de vorming van een commissie in samenwerking met
de middenstand en het instellen van een koopavond,
dat ie winkeliersvereniging reeds over vrij omvangrijk
statistisch materiaal aangaande de koopavondmaterie
beschikt en dat zij dat graag ter beschikking van de
wethouder stelt.
De wethouder EBBERS antwoordt dat hij daarvan
gaarne gebruik zal maken.
Het hoofdstuk wordt zonder hoofdelijke stemming
voorlopig vastgesteld.
De gehele begroting van de gewone dienst wordt hier
na zonder hoofdelijke stemming voorlopig vastgesteld.
KAPITAALDIENST
De begroting van de kapitaaldienst wordt zonder dis
cussie en zonder hoofdelijke stemming voorlopig vast
gesteld.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming de ge
meentebegroting 1971 in haar geheel, met inachtne
ming van de in de nota van wijziging aangegeven ver
anderingen, opgenomen in de eerste wijziging 1971,
definitief vastgesteld.
De VOORZITTER stelt hierna aan de orde het volgen
de ingekomen stuk:
Brief van burgemeester en wethouders inzake de in
1971 in rekening te brengen kosten van uitweg.
Dit stuk wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke
stemming voor kennisgeving aangenomen.
De VOORZITTER spreekt hierna de volgende woor
den:
Dames en heren! Wij zijn nu, toch nog niet eens zo
gek laat, aan het einde van deze begrotingsvergadering
gekomen. Alvorens deze vergadering te sluiten, zeg ik
u gaarne van harte dank voor de wijze waarop u met
ons deze begroting hebt willen behandelen.
Er is veel over gesproken en er is heel veel informatie
gevraagd.
Ik geloof dat het erg nuttig is geweest dat men in de
ze nieuwe raad allerlei dingen in deze revue heeft la
ten passeren. U heeft op allerlei punten informatie ge
kregen en wij zijn ook weer geinformeerd omtrent za
ken die bij u leven en in het bijzonder uw aandacht
hebben, ik dank u voor uw uithoudingsvermogen en
voor de manier waarop u een en ander met ons hebt
willen behandelen.
Ik spreek gaarne ook een dankwoord aan het adres
van degenen die het mogelijk hebben gemaakt om toch
binnen een betrekkelijk korte tijd deze begroting hier
te krijgen.
Anders beginnen wij in augustus met de begroting. Dat
hebben wij dit jaar niet kunnen doen; in verband met
de wethoudersbenoeming in september kon de begro
ting pas in september in het college aan de orde wor
den gesteld. Dat is toen vlot gebeurd, maar dan moet
er nog heel veel verwerkt worden en heel veel infor
matie gegeven worden.
Als wij de begroting met de begeleidende stukken van
nu vergelijken met die van een aantal jaren geleden, dan
is er, zoals ook de heer Oldenboom heeft gezegd, een
grote vooruitgang te zien. Dat is echter niet het werk
van het college van burgemeester en wethouders, maar
het is het werk van de ambtenaren die, zoals vandaag
duidelijk naar voren is gekomen, heel hard werken,
zich zelf identificeren met het belang van de gemeen
te en buiten het normale dat van hen verwacht wordt,
gewoon omdat zij graag willen dat alles goed loopt en
omdat zij erachter staan, dit werk gedaan hebben en
wel met grote zorgvuldigheid gedaan hebben. Een
woord van dank aan die groep harde werkers is hier
toch wel op zijn plaats.
De VOORZITTER sluit hierna te 16.53 uur, de verga
dering.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der
gemeente Soest op 18 maart 1971.
De secretaris,
De voorzitter,
266