Spreker hoopt dat de raad zijn amendement zal aanvaar
den, Mocht dit niet het geval zijn, dan zal dat spreker bij
zonder spijten, maar hij za) dan echter niet zover gaan, om
zijn stem aan het gehele oorstel te onthouden Dat zou
een negatieve daad zijn. riij wil medewerken aan het tot
standkomen van de m jgelijkheid, om straks een weg over
de Eng aan te leggen
De heer OLDENBOOM merkt op dat hij een van de wei
nigen was die met de structuurnota heeft ingestemd met
uitzondering van het plan van de weg over de Eng Als
jong raadslid hier geconfronteerd met deze weg over de
Eng, krijgt hij eigenlijk dezelfde reactie als hij in vele ge
sprekken met het publiek meteen had Waarom moet er
nu zo'n grote tweebaansweg door het dorp lopen' Het
dorp wordt in tweeen gesplitst Denk eens aan de lucht
verontreiniging enz Dergelijke uitspraken heeft hij meer
dan eens moeten horen, en men begrijpt dat de vragen
stellers dan voor zich zagen de snelweg Utrecht Amster
dam of Utrecht-Arnhem De voorlichting was en is
aan de gedachtevorming van deze voorstelling wel een
beetje debet. De Protestant-Christelijke fractie heeft al
eens meer aangedrongen op intensieve voorlichting en
hierbij zelfs ook de aanstelling van een voorlichtings
ambtenaar te berde gebracht Dit laatste stuitte bij het
college op kostenbezwaren De kosten die gepaard gaan
met een goed voorlichtingsapparaat, zouden in het onder
havige geval er al dubbel en dwars zijn uitgekomen
Waarom heeft men bezwaar tegen de weg over de Eng en
waarom had spreker dit bezwaar aanvankelijk ook. Pla
nologie is een bijzonder jong vak en iedereen denkt dat
hij dat kan bedrijven. Er is niets zo gewillig als een pen
en een grote landkaart: een streep is dan al gauw te trek
ken. De door de heer Westra bepleite ruitvorming is
door spreker eens uitgetekend op tafel gebracht Hij is
toen met deze tekening terecht door de deskundigen in
zijn hemd gezet.
Wanneer men zich met de weg over de Eng bezighoudt,
is het nuttig om zich bij elk alternatief plan af te vragen:
waarom wens ik dit alternatief? En komen de alterna
tieve plannen tegemoet aan de bezwaren die er ten aan
zien van de weg over de Eng bestaan? Bij een logische
analyse van het geheel blijkt dan, dat een groot aantal
z.g, alternatieve plannen gewoon wegvallen, omdat daar
mede op geen enkele wijze aan de bezwaren tegen het
Engproject wordt tegemoet gekomen.
Spreker heeft in de loop der jaren langzaam zijn mening
met betrekking tot de weg over de Eng veranderd De
argumentatie die langzamerhand werd opgebouwd door
verkeersdeskundigen was toch wel zo sterk, dat hij zich
nu als een bekeerling een enthousiast voorstander van het
geheel moet tonen. Hij meent dat er geen andere oplos
sing te vinden is die dezelfde voordelen, gepaard gaande
met dezelfde nadelen, voor de gemeente heeft.
De heer DE BRUIN zegt dat hij m eerste instantie heeft
opgemerkt dat de financiële kwestie met betrekking tot
het Eng-tracé niet goed uit de doeken is gekomen Dat is
hem bestreden en mevrouw Walter heeft te dien aanzien
o.a- gezegd:
„Een weg kost wat hij kosten moet'' Het voorbeeld van
mevrouw Walter op dit punt was niet heel erg geslaagd,
want dat betrof een rijksweg. Voor het Eng-trace zal de
gemeente van verschillende instanties een bijdrage krijgen,
maar het blijft toch een gemeentelijke weg. De kosten
die de gemeente niet vergoed krijgt, zal zij zelf moeten
dragen. Spreker weet wel dat er in de stukken enige taxa
ties zijn aangegeven. Als hij zich goed herinnert taxeerde
men de weg om de noord op f. 21 miljoen en de weg over
de Eng op f, 23 miljoen.
De heer OLDENBOOM: Andersom
De heer DE BRUIN: Ik zei ook als ik mij goed herinner.
De heer VAN POPPELEN: Maar het is belangrijk!
De heer DE BRUIN wil er even aan herinneren, dat de
gemeente met het bureau Goudappel en Coffeng in zee
is gegaan, maar dat in 1964 de gemeente is begonnen
met Van Hasselt en Koning Op de persconferentie van 29
oktober 1964 is bekend gemaakt dat de 5,5 km weg over
de Eng een bedrag zou vergen van f, 19 miljoen, zonder
grondkosten Spreker twijfelt daarom ten zeerste aan de
taxaties die thans bij de stukken liggen
De heer Van Poppelen heeft als fractievoorzitter van de
K.V.P. gepleit voor duidelijkheid en voor inspraak die de
bevolking straks moet worden geboden inzake de verdere
uitvoering van het Eng-tracé Duidelijkheid is een zeer ge
laden woord. Iedereen heeft het erover Van de week
heeft spreker in de krant gelezen het verkiezingsprogram
ma van de K V P en daarin staat: De weg over de Eng:
de aanleg daarvan die de uitvoering van een fraai stads
park vrijwel onmogelijk maakt, zalalleen dan verant
woord kunnen zijn als alle andere oplossingen grotere
schade zouden opleveren aan algemene en persoonlijke
belangen.
De heer VAN POPPELEN merkt op dat hij hoopt dat er
geen vierde instantie meer zal zijn, want er wordt al niet
meer over het voorstel als zodanig gepraat, maar er wor
den fabeltjes te berde gebracht.
Spreker dankt het college voor de wijze, waarop het van
avond toch op alle punten is ingegaan om aan het pu
bliek zoveel mogelijk duidelijkheid mee te geven,
De heer De Bruin heeft spreker wederom uit de tent ge
lokt. Spreker weet niet of de heer De Bruin daarmee
toont een slecht verliezer te zijn. De heer De Bruin heeft
het steeds maar over een park, maar er ligt nog geen park
over de Eng. Spreker herhaalt hetgeen hij in eerste instan
tie heeft gezegd: De K V.P.-fractie zal er nauwlettend op
toe zien, dat op de Eng zoveel mogelijk park zal worden
aangelegd. Maar duidelijk is dat waar een weg lig geen
gras kan groeien
In de raad zitten economen en financieringsdeskundi
gen, althans dat menen zij. Spreker wijst erop dat al zou
de weg over de Eng meer kosten dan een weg door de
polder, men als goed econoom niet alleen moet kijken
naar investeringen, maar ook naar tal van bijkomstige fa
cetten, waarmede een goede huishouding rekening heeft
te houden, Daarom dient men niet te zien naar de inves
teringen sec, maar naar het rendement van de weg. Daar
om gaat het en daarom zijn alle fracties in de raad voor
de weg over de Eng, behalve die van de V.V.D.
De heer PIEREN merkt op dat de heer De Bruin in de
derde en laatste ronde heeft gesproken over grote duide
lijkheid, Wanneer men zo'n betoog houdt, is het wel ver
standig om uit te laten komen wat duidelijkheid is. De
heer Berkelbach van der Sprenkel heeft in de eerste ron
de al direct gezegd, dat hij zo teleurgesteld was. Spreker
heeft het vermoeden dat de heer Berkelbach van der
Sprenkel eigenlijk in eerste instantie heeft gewacht tot
de heer De Bruin als fractievoorzitter van de V.V.D. het
woord zou hebben gevoerd,
De heer DE BRUIN: Ja, dat was afgesproken, hoor.
De heer PIEREN: Ik weet het wel: u gaat strijdend ten
onder.
Voortgaande zegt spreker dat de heer Berkelbach van
der Sprenkel blijkbaar had verwacht, dat de V.V.D.-frac-
tie nu inderdaad met een goed alternatief voorstel ter
tafel zou komen.
Spreker zit niet in de commissie grondbedrijf en uitbrei-
44