hem zoeven gereleveerde ruimere opzet te geven.
Dit verzoek wordt daarop met 15 tegen 4 stemmen inge
willigd.
Voor hebben gesteld de leden: Van Poppelen, mevrouw
Walter Van der Togt, Korte, Pieren, Oldenboom, Eb-
bers, De Bruin, mevrouw Oranje-Entink, Verheus, Hom,
De Haan, Veldhuijsen, mevrouw Polet Musier, Berkel-
bach van der Sprenkel en Dijkstra.
Tegen hebben gestemd de leden: Stam, Elbertse, Van den
Arend en De Groot
k. Brief d.d. 27 maart 1970 van de Soester Kunstenaars
vereniging Artishock, met betrekking tot de Griekenland
avond, met voorstel te antwoorden conform de concept
brief van burgemeester en wethouders
De heer DE GROOT verklaart zich te kunnen verenigen
met de concept brief, Het betreft hier een betreurens
waardig misverstand tussen de vereniging Artishock en
het gemeentebestuur. Voorshands is hij geneigd aan te
nemen dat de schuld eerder aan de kant van Artishock
dan aan de zijde van het gemeentebestuur ligt. Blijkens
het schrijven van het college heeft men namelijk bij het
organiseren van de Griekenlandavond verzuimd toestem
ming te vragen voor het vertonen van een film. Blijkens
de door het college verstrekte gegevens was de situatie in
de betrokken zaal zodanig, dat het in verband met brand
gevaar onverantwoord was daar een film te vertonen.
Het valt te betreuren dat toch de film is vertoond, zodat
men heeft gehandeld in strijd met de wettelijke bepalin
gen, en dat er van politietoezicht tijdens de betrokken
avond geen sprake is geweest Dit afgezien van het feit
dat vóór deze avond de politie had medegedeeld dat de
filmvertoning niet mocht doorgaan
De fractie van Binding Rechts juicht het overigens toe,
dat de betrokken vereniging heeft gemeend de aandacht
te moeten vestigen op een bepaalde wantoestand die in
een bepaald land zou bestaanHet is alleen jammer dat
de vereniging niet meer van dergelijke situaties bij de kop
neemt Men spitst zich nu toe op de situatie in Grieken
land, maar er zijn ook andere landen waarop men de
schijnwerper zou kunnen richten. Men denke aan Oost-
Duitsland, Roemenië e d
Wat denkt het college te doen om kortsluitingen te voor
komen als die welke zich hier heeft voorgedaan?
Mevrouw POLET MUSLER gelooft dat een van de oor
zaken van de kortsluiting is geweest, dat er wel een ont
heffing van de vermakelijkheidsbelasting is geweest, ter
wijl daarbij niet is vermeld dat men ook een vergunning
van de politie moest hebben voor de vertoning van de
film, Zij kan zich voorstellen dat de organisatoren hebben
gedacht: Nu wij de ontheffing van de vermakelijkheidsbe
lasting hebben gekregen, is alles in orde,
Aan het adres van de heer De Groot merkt spreekster
op, dat er tussen Griekenland en de landen van Oost-Eu
ropa toch wel dit grote verschil bestaat, dat Griekenland
een N-A.V.O.-partner is en wat dat betreft een beetje
eerder kritiek verdient dan de andere.
De heer VERHEUS merkt op dat in het politierapport
zwaar het accent wordt gelegd op het brandgevaar dat
bij vertoning van de film zou bestaan Wanneer er geen
film was geweest, maar een gewone spreker was opgetre
den, zou dan het brandgevaar kleiner zijn geweest dan bij
het vertonen van een film? Dat kan spreker zich niet
voorstellen.
De heer EBBERS: Bovendien meen ik dat de film zelf-
een 16 mm of 8 mm film - altijd onbrandbaar is.
De heer DIJKSTRA: Maar een normale film?
De heer EBBERS: Een normale film is wel brandbaar,
maar die draaien ze daar niet.
De VOORZITTER heeft begrepen dat de raad zich wel
met het concept-antwoord van het college kan verenigen.
Er is gesproken over „kortsluiting". Dat is een beetje
een zacht woord, Men heeft verzuimd een vergunning aan
te vragen - een vergunning die vereist is in verband met
de veiligheid en de openbare orde. Mevrouw Polet heeft
gezegd dat bij het afgeven van de vrijstelling van de ver
makelijkheidsbelasting er op gewezen had moeten wor
den, dat ook een vergunning nodig was voor het vertonen
van de film Dat is echter zoiets normaals, dat men daar
in het verleden nimmer enige moeilijkheid mee heeft ge
had, Dit is de eerste keer dat een organisatie (die toch
wel een beetje de weg kent) dit niet geweten blijkt te
hebben Maar goed: dat kan voor komen. De brandweer
heeft echter tevoren - gewaarschuwd door de politie
zich van de situatie op de hoogte gesteld en de voorzitter
van Artishock er op gewezen dat een vergunning moest
worden aangevraagd en dat, zoals op dat moment de outil
lage en de inrichting van de zaal waren, de film niet ver
toond kon worden in verband met het gevaar. Daar dit
alles zich op het laatste moment afspeelde, kan spreker
zich voorstellen dat de situatie voor de organisatoren bij
zonder moeilijk was. Wanneer men te goeder trouw - en
dat moet men dan toch maar aannemen - iets dergelijks
georganiseerd heeft, is het natuurlijk bijzonder vervelend
op het allerlaatste moment te horen: Het kan niet door
gaan. Spreker had toen, eerlijk gezegd, een telefoontje
verwacht met de noodkreet: Help ons uit de moeilijk
heid; wat kunnen en moeten wij doen om de avond toch
te laten doorgaan? Hij heeft die dag echter helemaal
niets gehoord. De hele avond is hij bereikbaar geweest,
maar er is helemaal geen telefoontje gekomen. Hij vindt
daarom „kortsluiting" een iets te mild woord voor het
geen zich hier heeft afgespeeld.
Er zijn nog enige technische vragen gesteld. In de bios
coopwet is deze gehele materie geregeld. Wanneer ergens
een film vertoond wordt, is daarvoor een hele procedure
in de wet vastgelegd. En die is in het onderhavige geval
in het geheel buiten spel gebleven. In de bioscoopwet
wordt ook wel de al dan niet brandbaarheid van de di
verse films vermeld.
De wethouder DE HAAN deelt als aanvulling op de
woorden van de voorzitter mede, dat er maandagochtend
nog een gesprek is geweest met het bestuur van
Artishock. Daarbij is duidelijk afgesproken dat de met de
uitvoering van de bioscoopwet belaste ambtenaar het be
stuur volledig op de hoogte zal brengen met de voor
schriften en de vereiste toestemmingen, ten einde in de
toekomst elke „kortsluiting" te voorkomen,
De heer PIEREN merkt op dat de bijzondere wetten
waarmede de organiserende verenigingen te maken krij
gen, toch wel bijzonder gecompliceerd zijn. Toen in
Soesterberg een bingo-avond georganiseerd zou worden,
bleek dat men daarbij zelfs kon vallen onder de wet op de
kansspelen Wordt er muziek gemaakt, dan is weer een
muziekvergunning vereist. Zo zijn er alle mogelijke com
plicaties Andere gemeentebesturen geven in een korte
brochure richtlijnen ter zake. Spreker zou het op prijs
stellen indien een dergelijke brochure ook in Soest werd
uitgegeven, zodat de verenigingen weten waarmede ze te
maken kunnen krijgen.
De VOORZITTER zou in de eerste plaats willen zeggen:
Wanneer men iets wil organiseren, laat men dan even bij
het gemeentehuis informeren welke vergunningen men
nodig heeft. Wanneer men een gids uitgeeft als door de
heer Pieren bedoeld, dan valt te vrezen dat het toch voor
komt dat ten onrechte een vergunning niet is aangevraagd,
71