f. Brief van burgemeester en wethouders van de gemeen
te Rauwerderhem d.d. maart 1971 met verzoek om adhe
sie te betuigen aan de motie van de raad van die gemeen
te inzake de normen die aangehouden worden voor de
uitkeringen van het kleuter- en basisonderwijs en het
verschil in schaalbedrag per inwoner op grond van de Fi-
nanciële-Verhoudïngswet met voorstel dit schrijven voor
kennisgeving aan te nemen.
De VOORZITTER deelt mede dat van de onderwijscom
missie de volgende opmerking is ingekomen „De on
derwijscommissie deelt mede, dat de grootst mogelijke
meerderheid van de onderwijscommissie het eerste deel
(ad a) van de motie steunt.'' Van de financiële commis
sie is de volgende opmerking binnengekomen: „De finan
ciële commissie is er eveneens voor om het eerste deel
van de motie (a) te ondersteunen. Eén lid wil de gehele
motie steunen."
Spreker zegt dat het college zich kan verenigen met het
oordeel van de beide commissies om het eerste deel van
de motie te ondersteunen.
Met betrekking tot dit stuk wordt hierna besloten het
eerste deel van de motie (a) te ondersteunen.
g. Brief van bewoners van de Valeriaanstraat d.d. 3
maart 1971 inzake bestemming van een perceel grond,
dat wordt begrensd door de Valeriaanstraat, de Weeg
breestraat en de Varenstraat, met voorstel betrokkenen
te antwoorden overeenkomstig de betreffende concept
brief.
De heer JONKER herinnert eraan dat er vorig jaar twee
voorlichtingsavonden voor nieuwe bewoners van het
Soesterveen hebben plaatsgevonden. In ieder geval is tij
dens de tweede voorlichtingsavond gesproken over het
perceel grond dat wordt begrensd door de Valeriaan
straat, Weegbreestraat en Varenstraat. De directeur van
gemeentewerken deelde toen mede dat het stuk grond
bestemd is voor de vestiging van een verenigingsgebouw,
buurtcentrum of iets dergelijks; in ieder geval zou het te
stichten gebouw een functie vervullen in de sociale wijk-
opbouw.
In de aan de bewoners van de Valeriaanstraat gerichte
concept-brief wordt gesteld dat woningbouw op het be
doelde perceel grond mogelijk is, wanneer er geen be
langstelling is voor een voorziening in het kader van de
sociale wijkopbouw.
Acht het college het juist dat de gemeente zich in dezen
volledig passief opstelt en op geen enkele wijze stimule
rend optreedt om ter plaatse iets van de grond te krijgen
op het gebied van de sociale wijkopbouw?
In de concept-brief wordt gesteld dat het bestemmings
plan Soesterveen I onherroepelijk is goedgekeurd, zodat
er formeel geen procedure kan worden gevolgd, waarbij
het bouwplan ter visie wordt gelegd en bezwaren kunnen
worden ingebracht. In deze concept-brief stellen burge
meester en wethouders voorts:
„Overigens willen wij de mogelijkheid van inspraak door
omwonenden niet bij voorbaat uitsluiten. Op welke wijze
en in hoeverre deze inspraak in concreto verwezenlijkt
kan worden, zal afhangen van de omstandigheden".
De toezegging, die er ongetwijfeld ergens wel inzit, wordt
met vele slagen om de arm en ingewikkelde bewoordin
gen begeleid, zodat het goede effect van de toezegging
eigenlijk weer verloren dreigt te gaan. Kan niet gewoon
worden medegedeeld dat er te zijner tijd nog wel contact
zal worden opgenomen met de betrokkenen, waarbij zij
op de hoogte worden gebracht van de stand van zaken en
waarbij zij in de gelegenheid zullen worden gesteld om te
zeggen hetgeen zij op hun hart hebben?
De wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT
zegt dat de gronden in Smitsveen over het algemeen een
zelfde soort van bestemming hebben, nl. woningbouw
met de daarbij behorende voorzieningen. Bij de uitwer
king van het plan is het onderhavige stukje grond bewust
uit de bebouwing met woningen gehouden om ruimte te
hebben voor een op dat moment nog niet voorziene be
hoefte in de wijk. (In dit verband zij gewezen op de thans
gebleken behoefte aan ruimte voor peuterspeelzalen. Men
heeft die peuterspeelzalen kunnen realiseren, maar er was
alleen plaats in een onderbouw. Wanneer men tijdig van
de behoefte aan peuterspeelzalen had geweten, hadden
er aparte gebouwen kunnen worden gesticht).
Burgemeester en wethouders dachten aan een buurtca
fé of een praathuis. Voor een dergelijke vestiging dient
belangstelling te bestaan bij het particulier initiatief. Ter
stimulering hebben burgemeester en wethouders een
advertentie geplaatst in een horecablad met de medede
ling dat er een stuk grond beschikbaar is voor een be
paalde voorziening Een bepaald horecabedrijf heeft na
dere inlichtingen gevraagd, een beslissing is nog niet ge
vallen. Het is denkbaar dat zich vanuit een dergelijke
vestiging sociale activiteiten zullen ontwikkelen, maar de
vraag is of het de taak van het gemeentebestuur is om in
dezen bepaalde dingen op te leggen. Wellicht ligt er op
dit terrein een taak voor bestaande verenigingen. Niet
vergeten mag worden dat de bevolking vaak bijzonder
passief is Een voorbeeld van deze passiviteit is de geringe
interesse die er bestond voor een door de belangenvere-
niging „De Veenbes" op te richten hobbyclub; slechts
drie mensen hadden interesse. Men heeft ook een avond
willen beleggen over het versieren van balcons; slechts
acht mensen hadden belangstelling. Daaruit blijkt dat de
bevolking nogal gezapig reageert. Het is denkbaar dat
een horecavoorziening - met een biljart en kaarthoekjes -
wat meer leven in de brouwerij kan brengen. Voorlopig
is de grond dan ook gereserveerd voor een horecavoor
ziening.
Wanneer blijkt dat er geen belangstelling is voor de grond,
zodat deze renteloos blijft liggen, dan zal er op die grond
woningbouw worden gerealiseerd.
De briefschrijvers kan worden medegedeeld dat er een
gegadigde is voor de grond, terwijl ook kan worden ver
teld welke plannen de gemeente heeft met de grond. Op
deze wijze kan de inspraak worden geregeld. De gemeen
te heeft nog geen ervaring met de wettelijk vereiste plan
procedure, zodat niet kan worden gezegd hoe de in
spraak precies zal worden geregeld Burgemeester en wet
houders hebben echter wel de intentie om de bewoners
bij de zaak te betrekken. Dat blijkt ook uit het feit dat
het college in bespreking is met bewoners van de Varen
straat over hetgeen er zal worden gebouwd op een
plaats in de buurt van deze straat (een school of eventu
eel een torenflat). Dat voortdurende contact met een
aantal afgevaardigden uit de buurt is heel plezierig. Een
dergelijk contact zou ook in het onderhavige geval kun
nen plaatsvinden.
Met betrekking tot het stuk wordt hierna besloten over
eenkomstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en
wethouders is voorgesteld.
h. Brief van het bestuur van de Algemene Bond van Be
jaarden, afdeling Soest, inzake aanduiding stemlokaal
op oproepkaarten voor de verkiezingen met het voorstel
het bestuur te antwoorden overeenkomstig de betreffen
de concept-brief.
De heer DE GROOT zegt gaarne akkoord te gaan met de
inhoud van de concept-brief. Hij wil het onderhavige